Quantcast
Channel: Rollende Bierton
Viewing all 1735 articles
Browse latest View live

Hallo?

$
0
0
Secret Army is een Engelse dramaserie over een Belgische verzetsorganisatie die tijdens de Tweede Wereldoorlog Britse piloten hielp ontsnappen. De serie werd in Nederland door de NCRV en in België door de BRT uitgezonden onder de titel Geheim Commando. De serie is een co-productie van de BBC en d BRT en werd tussen 7 september 1977 en 15 december 1979 uitgezonden.
De serie is bedacht door Gerard Glaiser, een voormalige RAF-piloot. Hij baseerde zich op ware gebeurtenissen, die hij ontleende aan de Belgische verzetsgroep Comet Line, die werd geleid door de jonge Belgische Andrée de Jongh en aan de belevenissen van Group Captain William Randle. De serie werd grotendeels opgenomen op locatie in België opgenomen, terwijl ook werd gefilmd in Engeland in Norfolk. De serie werd geparodieerd in de Britse komische reeks ‘Allo ‘Allo (https://bestelcentrale.wordpress.com/2014/10/03/tv-serie-secret-army/).



De BBC heeft alle 83 afleveringen van de komische tv-serie "Allo allo" (eindelijk?) verkocht aan de Duitse tv-zender ProSiebenSat1. Binnenkort kunnen de Duitsers de Engelsen dus voor de allereerste keer zien Duits spreken. ... Hoeft het nog gezegd dat "Allo allo" de draak steekt met de bezetting van een Normandisch dorpje tijdens WOII? Cafébaas René Artois en zijn entourage dollen in ieder geval met de Nazi's tijdens hun poging (en) om een waardevol schilderij ten gelde te maken en proberen gestrande Britse piloten via een ontsnappingsroute terug naar Engeland te verschepen. De diverse streken én verkleedpartijen van de hoofdrolvertolkers moeten nu ook het Duitse kijkerspubliek gaan inpalmen. "De Duitsers zullen ook vallen voor de humor", meldt de BBC in ieder geval.Die hebben de serie inmiddels al 'grijs' uitgezonden...De VRT heeft de serie al twee keer uitgezonden. Ook in Nederland was het schouwspel al te zien maar in Duitsland kwam "Allo allo" nog niet op de buis wegens het 'onderwerp'....De serie, met pure Britse humor, was één van de paradepaardjes van de BBC begin der jaren '70. Afwachten wat het in Duitsland zelf wordt... (http://muziekmuseum.skynetblogs.be/archive/2008/03/15/allo-allo-in-het-duits.html) De serie is bekend vanwege de catchphrases... zoals  I shall say this only onceyou stupid woman en good moaning.


'Allo 'Allo! is een Britse komedieserie, uitgezonden op BBC tussen 1982 en 1992 met in totaal 85 afleveringen. De serie is bedacht en ontwikkeld door Jeremy Lloyd en David Croft, die ook de meeste afleveringen hebben geschreven. De hoofdrollen werden vertolkt door Gorden Kaye, Carmen Silvera, Vicki Michelle en Sue Hodge. De serie staat bekend als een van de succesvolste Britse komedies aller tijden (https://nl.wikipedia.org/wiki/%27Allo_%27Allo!) (www.seriesvanvroeger.nl/categorie-allo_allo-175-p1-datum.html). De serie wordt vaak gerefereerd in films en humoristische programma's (www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?tab=mc&ref_=tt_trv_cnn), zoals: "If you want to know more A-Level French, we suggest immersing yourself in French culture by watching these BBC videos of 'Allo 'Allo!".


In WW2 France, Rene Artois runs a small café where Resistance fighters, Gestapo men, German Army officers and escaped Allied POWs interact daily, ignorant of one another's true identity or presence, exasperating Rene (www.imdb.com/title/tt0086659/?ref_=ttmd_md_nm).


Hilary Minster, who played General von Klinkerhoffen, also appeared (as Hauptmann Muller) in Secret Army (1977), from which 'Allo 'Allo! (1982) was derived. Richard Marner (Col. von Strohm) and Guy Siner (Lt. Grüber) as well as John D. Collins (Flying Officer Fairfax) also played small roles in Secret Army (1977) (www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv). Of was het Secret Mission (1942) (zie www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv,
www.imdb.com/title/tt0035301/)


Hilary Minster (Generaal Von Klinkerhoffen), Richard Marner (Kolonel Von Strohm), Guy Siner (Luitenant Gruber) en John D. Collins (RAF-piloot Fairfax) speelden ook kleine rollen in de originele serie Secret Army.....Hoewel de serie is gestopt in december 1992, werd op 28 april 2007 eenmalig een reüniespecial uitgezonden door de BBC. Een groot deel van de nog levende acteurs keerde terug in deze uitzending, waarin herinneringen werden opgehaald. De anderhalf uur durende aflevering bevat ook een verhaallijn; de Duitsers zijn inmiddels verdwenen en René schrijft zijn memoires. Deze scènes werden voor een live-publiek opgenomen.
De serie is niet bedoeld als parodie op de Tweede Wereldoorlog zelf, maar op de films en televisieseries over deze oorlog. De serie is met name een parodie op een andere BBC-reeks, Secret Army, over een Brusselse verzetsorganisatie die Britse piloten het land uit smokkelt tijdens de Tweede Wereldoorlog.
In de serie wordt de spot gedreven met een aantal clichés over Fransen, Duitsers, Italianen en Engelsen.
In de serie worden zogenaamd de volgende talen gesproken: Frans, Duits, Italiaans, Spaans, Zweeds (in seizoen 6) en Engels. In werkelijkheid spreken alle acteurs Engels, maar met verschillende accenten om de verschillende talen te benadrukken. De Britten in de serie spreken met een opvallend deftig accent, en gebruiken typisch Britse woorden en uitdrukkingen, zoals "chinwag" ("babbeltje"), "chaps" ("kerels") en "peckish" ("hongerig"). Fransen noemen zij "Frogs" en Duitsers "Jerries". Bijna alle personages kunnen elkaar verstaan, maar er is een taalbarrière tussen de Fransen en de Britse piloten, net als tussen de Engelsen en Duitsers.
Door deze taalbarrière kon er een gimmick worden ingebouwd rondom het personage van Officer Crabtree. Crabtree is een Brit die maar zeer matig Frans spreekt. Om dit effect te benadrukken zegt hij vaak woorden verkeerd, zoals "Good moaning", een running gag in de serie. Soms ontstaan zo schuttingwoorden. Voorbeelden zijn: "The bummers pissed over on a dick night" in plaats van "The bombers passed over on a dark night", "I was pissing your coffee when I thought I'd drip in for a drunk" in plaats van "I was passing your cafe when I thought I'd drop in for a drink" en "Long distance dick" in plaats van "duck". Echter, dit gebeurt alleen als hij met een Frans accent spreekt (dus zogenaamd Frans praat). Als hij in gesprek is met andere Britten is zijn rare uitspraak ineens verdwenen, omdat hij dan "Engels" spreekt.
Later wordt er ook een andere grap opgevoerd met kapitein Hans Geering in Londen: oorspronkelijk sprak hij met een Duits accent en een nog schuchtere, hoge stem. Wanneer hij in Londen echter met Britten praat, spreekt hij met een diepe stem op vrij deftige toon.(https://nl.wikipedia.org/wiki/%27Allo_%27Allo!).

In het op een bestaand Frans dorp gebaseerde plaatsje Nouvion woont René Artois (gespeeld door Gorden Kaye). Hij is de eigenaar van het plaatselijke café samen met zijn vrouw Edith (gespeeld door Carmen Silvera). Hij heeft buiten haar weten om relaties met allebei de serveersters in het café, Yvette en Maria. Later raken ze Maria kwijt en wordt zij vanaf seizoen vier vervangen door Mimi.
Het rustige leventje van René wordt op zijn kop gezet door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Zo goed en zo kwaad als het gaat probeert hij echter zijn oude leven voort te zetten, door de Duitsers te paaien met af en toe een gratis drankje en gratis "diensten" van zijn serveersters, in ruil voor moeilijk verkrijgbare artikelen zoals paraffine, suiker en boter. Om zijn positie bij de Duitsers nog wat te versterken tipt hij Kolonel Von Strohm en zijn assistent Kapitein Hans Geering (in seizoen 4 vervangen door Alberto Bertorelli) dat er in het nabijgelegen kasteel een beroemd schilderij te vinden is, De gevallen Madonna met de grote bloemkolen (Engels: The Fallen Madonna with the Big Boobies), geschilderd door Van Klomp. De kolonel en de kapitein weten het schilderij in het geheim uit het kasteel te ontvreemden. Eigenlijk moeten ze het schilderij net als de andere kostbaarheden van Nouvion aan Hitler geven, maar ze willen het schilderij liever achterhouden zodat het kan dienen als oudedagsvoorziening wanneer ze na de oorlog met pensioen gaan. Daarom smeden ze samen met René een complot om het schilderij te verstoppen in een uitgeholde salami in de kelder van zijn café. Omdat de kolonel en de kapitein beiden Renés hulp nodig hebben om het schilderij uit handen van Hitler te houden, zien ze veel van hem door de vingers.
Rond dezelfde tijd raakt René tegen wil en dank betrokken bij de activiteiten van het Franse verzet, dat zijn café als uitvalsbasis gebruikt om twee neergehaalde Engelse piloten terug te smokkelen naar Engeland. René moet wel meewerken omdat het verzet hem anders dreigt om te brengen wegens het bedienen van Duitsers in zijn café. Het verzet installeert tevens een geheime radio in het bed van Ediths moeder waarmee René contact kan houden met Londen. Dit onder de schuilnaam Nighthawk (nachtzwaluw). Agent Crabtree (gespeeld door Arthur Bostrom), een Engels geheim agent die Frans met een zwaar accent spreekt, komt het verzet versterken vanaf seizoen 2. Het verzet krijgt ook hulp van de vervalser Monsieur LeClerc, en later ook van de plaatselijke begrafenisondernemer Monsieur Alfonse.
De situatie verslechtert nog meer voor René wanneer twee afgevaardigden van de Gestapo, Herr Otto Flick en zijn hulpje Von Smallhausen, naar Nouvion komen om De gevallen Madonna terug te vinden en een einde te maken aan het verzet. René is al snel hun hoofdverdachte. Aan het einde van het eerste seizoen wordt hij opgepakt en door de meedogenloze generaal Von Klinkerhoffen tot het vuurpeloton veroordeeld. Von Strohm en Geering proberen hem te helpen door de kogels van het vuurpeloton te vervangen door nepkogels, maar verwisselen de kogels dusdanig dat niemand meer zeker weet of er nu met echte of nepkogels geschoten wordt. René heeft geluk en wordt met de nepkogels neergeschoten waardoor hij het incident overleeft. Hij besluit van de verwarring gebruik te maken om zijn dood in scène te zetten. De rest van de serie gaat hij door het leven als zijn "tweelingbroer" (die toevallig ook René heet) zodat hij weer een nieuwe start kan maken.
Al met al bevindt René zich in een complexe situatie. Steeds terugkerende thema's in de serie zijn: het in handen krijgen van het schilderij (dat op de vreemdste plekken verstopt wordt, en meerdere malen wordt vervalst om de Gestapo op het verkeerde been te zetten), de vele liefdesaffaires van René, de vaak bizarre en vergezochte pogingen van het verzet om de Britse piloten terug naar Engeland te smokkelen en de in scène gezette dood van René. Bij dit laatste punt komt dan ook nog eens dat Edith het testament van René heeft gevonden en, tegen zijn zin, alles erft zodat hij ook geen eigenaar meer is van zijn eigen café  (https://nl.wikipedia.org/wiki/%27Allo_%27Allo!).


There is a restaurant on the Great Square of Kortrijk in Belgium named "Bistro Allo Allo" after the series. The inside of the restaurant is decorated with black and white photos of a few of its most hilarious scenes (www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv).


Writer David Croft says that the inspiration for Officer Crabtree, the policeman (played by Arthur Bostrom) who speaks spectacularly bad French, came from Edward Heath, former British Prime Minister, who spoke French with a broad English accent. In real life, Arthur Bostrom speaks French fluently (www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv).


'listen very carefully, I shall say this only once' was never meant to be a catchphrase, it was said once and it got a laugh, so the character of Michelle said it in every episode after. Many famous catchphrase were created by accident (www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv).



The character of Herr Otto Flick is a combination parody on the Nazi minister Joseph Goebbels and the Gestapo agent Arnold Toht from the film Indiana Jones and the Raiders of the Lost Ark (1981).
(www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv).


In 1986, Gorden Kaye and Vicki Michelle in character as Rene and Yvette released a single, which was their cover of Lara Fabien's "Je T'Aime" (www.imdb.com/title/tt0086659/trivia?ref_=tt_trv_trv).


Centraal in de serie staat een Franse bistro/hotel, een café. Maar komt er ook bier in voor? Of is het enkel rode wijn en kaas (die laatste voor in je oren).

In de tweede en vijfde serie zit een scene met bier:
Monsieur LeClerc enters the café, disguised as a "simple farm hand". As he wants something to drink, René gives him a beer. However, he finds the stench of the farm hand even worse than the cologne Gruber gave him and spreads some of it on LeClerc, which makes him sneeze and spill his beer. He tells René that the airmen will be picked up at two o'clock in the morning and that he and the others should be at farmer Claude's farm at one o'clock. René tells him to reply to Michelle that they are not coming. However, Edith thinks he is a coward and will refuse to marry him if he goes on like that. She tells Monsieur LeClerc to tell Michelle that they will be there (https://en.wikipedia.org/wiki/%27Allo_%27Allo!_(series_2)).

Michelle gathers René, monsieur LeClerc and Mimi in the backroom and tells them that the Germans have discovered the whereabouts of the landmines and taken them to the airbase. Since they know exactly where the mines are stored, the airmen will be delivered inside their barrels to the base. There, they can climb into the empty landmines. The barrels will be "disguised" as beer barrels for the officers' mess, but since no women are allowed in the base, René and LeClerc will have to make the delivery. They point out that they cannot go, due to the curfue, but Michelle says they will be escorted by officer Crabtree - who will be disguised as a policeman. While Yvette is down in the cellar, feeding the airmen, Michelle comes down and informs them of the plan.
That same night, René, LeClerc and Crabtree deliver the beer barrels and are easily let into the airbase. Meanwhile, herrs Flick and Von Smallhausen peek out of the mines, in which they are hidden, thinking they are in the headquarters of the resistance. They keep hiding, but will pop out when they hear voices in French. The next moment, the three Frenchmen enter the landmine store, with the barrels containing the airmen. Before they get out of the barrels and before the whole gang discover that the Gestapo agents are inside the empty landmines, they hear German voices approaching. René, LeClerc and Crabtree hide, while some workers come and remove the mines, to put them aboard a bomb plane. Now that the mission has failed, the three of them get out of the store and leave the airmen behind (https://en.wikipedia.org/wiki/%27Allo_%27Allo!_(series_5)).


Zo kan het ook

$
0
0

Nieuws augustus/september 2016

$
0
0
Duvel en Heineken jagen op Tripel Karmeliet en Kwak
Brouwerij Bosteels, bij het grote publiek vooral bekend van de bieren Kwak en Karmeliet, zou op zoek zijn naar een overnemer. Het bedrijf moet kiezen welke kant het op wil (www.standaard.be/cnt/dmf20160830_02446117).
De brouwerij Duvel Moortgat en de Nederlandse groep Heineken willen de Belgische brouwerij Bosteels, bekend van Kwak en Tripel Karmeliet, overnemen. Dat meldt De Tijd.
‘Het is niet duidelijk in welk stadium de overnamegesprekken zich bevinden’, meldt De Tijd. ‘Duidelijk is wel dat Bosteels voor beide bedrijven een interessante aanwinst zou zijn.’
Het aantal onafhankelijke bierbrouwers in België is behoorlijk klein. De overname van de brouwerij Bosteels zou dat aantal dus nog doen dalen. ‘De meeste lambiekbrouwerijen zijn nog onafhankelijk en daarnaast zijn er nog brouwerijen zoals Haacht, Van Honsebrouck, Anthony Martin en Omer Vander Ghinste.’
‘Daarnaast zijn er nog talloze kleine brouwerijen, waarvan er veel in volle groei zijn. Het Brusselse Brasserie de la Senne en het Brugse De Halve Maan zijn er maar enkele van’, klinkt het (www.standaard.be/cnt/dmf20160830_02445345) (www.nu.nl/beurs/4314188/heineken-kijkt-overname-belgische-speciaalbierbrouwerij.html).

De Belgische brouwerijgroep Duvel Moortgat neemt een belang in de Amsterdamse speciaalbierenbrouwerij ’t IJ (www.standaard.be/cnt/dmf20150925_01887545).  Duvel Moortgat heeft een deal gesloten met een importeur in Indonesië. Tot voor kort waren van de Belgische bieren enkel die van marktleider AB InBev op hippe plaatsen op de Indonesische archipel te vinden, maar eind vorig jaar is de eerste container met Duvel en Liefmans in de hoofdstad Jakarta aangekomen (www.standaard.be/cnt/dmf20160317_02187811).

Brouwerij Duvel Moortgat haakt af om brouwerij Bosteels over te nemen.
De vraagprijs voor de brouwerij van bieren als Karmeliet en Kwak is blijkbaar te hoog
Bij Bosteels zouden ze minstens 200 miljoen euro willen incasseren bij een overname, goed voor 15 keer de bedrijfswinst voor afschrijvingen en waardeverminderingen. Dat is niet zo ongewoon bij een overname binnen de biersector, maar het bleek toch te veel voor Duvel Moortgat.

De kans is groot dat Duvel Moortgat zich nu opnieuw op niet-Belgische brouwerijen gaat richten, nadat het de laatste jaren bijvoorbeeld al Brouwerij 't IJ en een aantal Amerikaanse brouwerijen in handen kreeg (www.biernet.nl/nieuws/duvel-gaat-bosteels-niet-overnemen).

Het afhaken van Duvel Moortgat betekent niet dat Bosteels nu sowieso niet wordt overgenomen. Ook Heineken zou interesse hebben in een overname van de Belgische brouwerij. Het zou zo zijn assortiment speciaalbieren willen uitbreiden, dat op dit moment louter bestaat uit Affligem, dat één van de snelst groeiende merken binnen de groep is (www.biernet.nl/nieuws/duvel-gaat-bosteels-niet-overnemen).  Dus als dat gebeurt dan zullen we Kwak en dergelijke veel meer zien in de Nederlandse cafés. De vraag die zich dan aandient is of het dan nog als speciaalbier zal worden gezien...

Afgelopen jaar nam Heineken een belang van 50 procent en de Amerikaanse brouwer van speciaalbier Lagunitas.
Lagunitas is de op vier na grootste ambachtelijke brouwerij in de Verenigde Staten. De IPA (India pale ale) die het bedrijf in het assortiment heeft, is het meest verkochte biertje in zijn soort in de VS. Ook in Nederland wint dat type bier, dat bitterder smaakt dan gewoon pils en wat meer alcohol bevat, snel aan populariteit (www.z24.nl/ondernemen/heineken-heeft-weer-brouwer-speciaalbier-in-het-vizier-dit-keer-een-belgische-partij-660627).


Heineken in de lucht
De KLM heeft [deze maand] voor het eerst hun innovatieve tap-trolley ingezet.
Dankzij dit systeem kunnen passagiers van een getapt Heineken biertje genieten.
Begin juli moest de lancering nog worden uitgesteld, nadat was gebleken dat de certificering niet in orde was. KLM verzekert dat dit nu wel het geval is.
Om een goed getapt biertje te serveren is niet zo makkelijk op grote hoogte. De tap-trolley is een samenwerking tussen KLM en Heineken.
Aan boord van vlucht KL735 naar Curacao serveerde KLM gisteren in de World Business Class een speciale Indische rijsttafel. En daar serveerden ze een vers getapte Heineken bij.
Dit was de eerste keer dat KLM de innovatieve tap-trolley inzette. Waar mogelijk zet KLM de tap-trolley in tijdens bijzondere vluchten en evenementen.
Het bier aan boord is gratis, maar je moet wel een aardig dikke portemonnee hebben, aangezien je dus Business Class moet vliegen! (www.biernet.nl/nieuws/eerste-getapte-heineken-tijdens-vlucht)

Heineken in F1
Heineken is F1-sponsor:


Amstel vrienden
Amstel staat sinds jaar en dag voor vriendschap. Maar wat weinig mensen weten waarom dat is. De link tussen vriendschap en Amstel is er al vanaf de start van de brouwerij. De oprichters van Amstel waren namelijk twee goede vrienden, die vonden dat er in 1870 geen bier goed genoeg was voor hun avonden samen. Daarom besloten zij samen bier te brouwen.
...
De commercial, ontwikkeld door creative agency INDIE Amsterdam, neemt je mee terug in de tijd, waar het verhaal van Amstel Bier begon. Amstel Bier werd opgericht in 1870 door de vrienden Charles de Pesters en Johannes van Marwijk Kooy. Ze besloten zelf het perfecte bier te brouwen. Zodat niet alleen op hun vriendschap maar ook op die van vele anderen met het bijzondere Amstel Bier geproost kan worden (www.biermagazine.nl/bier/22/777/nieuwe_campagne_over_de_oorsprong_van_amstelbier.html).
Ja dat is het bekende verhaal vrienden die het bier niet goed vinden en dan zelf maar gaan brouwen. Dat is bij veel craft breweries het geval... Amstel doet ook iets met sport en muziek:


'Bierreclame op televisie beïnvloedt drankgedrag van tieners'
Tieners drinken meer naarmate ze vaker bierreclame op televisie te zien krijgen. Het maakt echter niet uit van welk merk de reclame is.
Tijdens het onderzoek van de Universiteit van Boston, waaraan ruim duizend 13- tot 20-jarigen meededen, is ook gelet op het verband tussen bier drinken en televisie kijken in het algemeen.
Het is in eerdere onderzoeken uitgewezen dat men meer drinkt indien hij of zij vaker de televisie aanzet. De onderzoekers van de universiteit in de Amerikaanse stad Boston beweren echter dat het uitzenden van een bierreclame ook invloed heeft op de kijkers (www.nu.nl/eten-en-drinken/4317974/bierreclame-televisie-beinvloedt-drankgedrag-van-tieners.html).

'Nederlanders bestellen online relatief vaak alcohol' 
Ongeveer een op de zes Nederlanders bestelt weleens eten of drinken bij een online speciaalzaak. Van die groep koopt 44 procent regelmatig drank.
Dat staat in de Smart Food Monitor, een onderzoek naar online speciaalzaken van Multiscope onder bijna 7.000 Nederlanders. De redenen dat mensen hier bestellen zijn onder meer het relatief brede assortiment (19 procent gaf dit als reden op) of zodat ze de deur niet uit hoeven (18 procent).
De twee populairste online speciaalzaken zijn Gall.nl (van Gall & Gall) en Wijnvoordeel.nl. Hier bestellen respectievelijk 16 en 13 procent van de online winkelende consumenten weleens een fles drank.
Tweederde van de Nederlanders die online alcohol bestellen is man (http://www.nu.nl/eten-en-drinken/4315474/nederlanders-bestellen-online-relatief-vaak-alcohol.html).

Festivals
Begin september was er in Brussel het Belgian Beer Weekend , in Grave een Speciaal Bier Festival en in Breda een bierfestival :
maar er zijn er meer...

Nieuwe stadsbrouwerij in Bredevoort
Stadsbrouwerij De Borghman, gevestigd in de school op ’t Zand waar ooit Bredevoorts kasteel stond...Brouwer Gerco Honders omschrijft Borghmans Blond als “licht en fruitig bier met een moutig neuskarakter, tonen van honing en een mooie bitterhop”. Het  heeft een alcoholpercentage van 6,6 en is gebrouwen op Achterhoeks Eigen Wijze (www.biernet.nl/nieuws/nieuwe-stadsbrouwerij-in-bredevoort). Maar er zijn er meer...

Zo heeft.ook Stadsbrouwerij De Koninck een nieuw bier.

Beer Awards
Delirium Tremens [bracht] een gouden medaille mee en Averbode abdijbier en La Guillotine een bronzen medaille op de International Beer Challenge (IBC) in Londen (www.biermagazine.nl/bier/22/763/weer_prijzen_voor_brouwerij_huyge.html). Maar er zijn er meer die prijzen winnen... o.a. Bronzen Poes, Brouwerij De Neus en Brouwerij de Bie.

Ridderschap van de Roerstok der Brouwers
De Ridderschap van de Roerstok der Brouwers is de rechtstreekse afstammeling van de eeuwenoude brouwersgilde en werd gesticht in 1946. Vandaag de dag vertegenwoordigt zij de tradities en de waardigheid van het edele brouwersambacht.
Ter gelegenheid van het jaarlijkse Belgian Beer Weekend op de Brusselse Grote Markt worden belangrijke personen, die het Belgische Bier uitmuntende diensten hebben bewezen, uitgenodigd om toe te treden tot het Ridderschap.
...
Jan-Renier Swinkels, directievoorzitter van Bavaria N.V., is vrijdag tijdens een ceremonie in het Brusselse stadhuis opgenomen in het Ridderschap van de Belgische Brouwers....
Bavaria en Palm
Bavaria N.V. nam recentelijk een meerderheidsbelang in Palm Belgian Craft Brewers. Daarmee verenigden twee Brabantse familiebrouwers hun ambacht en portfolio. Met de overname van Palm heeft Bavaria N.V. haar portfolio uitgebreid met zeven prachtige biermerken en kan Palm gebruikmaken van de internationale distributiekracht van Bavaria N.V. (www.biernet.nl/nieuws/bavaria-directievoorzitter-geridderd-in-belgiewww.biermagazine.nl/bier/22/775/bavaria_directievoorzitter_jan_renier_swinkels_geridderd_door_belgische_brouwers.html)

Amsterdam krijgt tijdelijke bar voor mensen met een kater 
 Amsterdam krijgt eind september een tijdelijke bar voor mensen met een kater. Alleen mensen die de avond ervoor te diep in het glaasje hebben gekeken, krijgen toegang tot het gebouw in De Pijp.
Het initiatief komt van Joep Verbunt, die in het verleden al eens een bubbelbadbioscoop, een discosupermarkt en een tomatengevecht in de hoofdstad organiseerde. De bar is open tussen 23 september tot en met 25 september.
De Hangover Bar is van tijdelijke aard. "Loopt het goed, dan zullen we het vaker organiseren en wellicht wordt het permanent" (www.nu.nl/eten-en-drinken/4317907/amsterdam-krijgt-tijdelijke-bar-mensen-met-kater.html)

Brouwerij Sint-Bernardus biercafé in Tokyo
Brouwerij Sint-Bernardus uit Watou opende enkele jaren terug al een eerste eigen themacafé in Japan, en wil dat nu nog eens overdoen. In principe tegen uiterlijk volgend jaar moet er een tweede Sint-Bernardus café in Tokio de deuren openen. Het succes van het eerste café verklaart uiteraard de bijkomende investering. Het West-Vlaamse bier dat op de Japanse markt verkocht en gedronken wordt, smaakt anders dan de bieren van hier. Het aanbod wordt dus specifiek aangepast aan de Japanse smaakpapillen (https://bierflash.wordpress.com/2016/09/01/brouwerij-sint-bernardus-opent-tweede-themacafe-in-tokyo/).

Inhuldiging ondergrondse bierpijplijn in Brugge 16 september 2016
Brouwerij De Halve Maan legt op dit moment de laatste hand aan de ingebruikname van de fameuze ondergrondse bierpijplijn die aangelegd werd in Brugge. De meest prangende vraag van de mensen is nu wanneer die bekende bierpijplijn in gebruik wordt genomen. Wel nu: de officiële inhuldiging van de bierpijplijn vindt plaats op vrijdagavond 16 september 2016, om 19.00 uur (www.biermagazine.nl/bier/22/770/inhuldiging_ondergrondse_bierpijplijn_in_brugge_16_september_2016.html).

Drankvoorkeur bepaalt niet voedingspatroon
Bij onderzoek naar het verband tussen matige alcoholconsumptie en een lager risico op hart- en vaatziekten komt vooral wijn goed uit de bus. In hoeverre hebben de gezondere eetgewoontes van wijndrinkers hierop invloed? Wageningen University bevestigt in nieuw onderzoek dat het verband tussen drankvoorkeur en voedingspatroon afhankelijk is van factoren als leeftijd, opleidingsniveau, werk en roken.
Europa
De onderzoekers namen data van meer dan 29.000 60-plussers uit 14 Europese landen onder de loep. Ze bepaalden de voorkeur voor alcoholische drank (bier, sterkedrank of wijn) en het dieet werd gelinkt aan de ‘healthy diet indicator’ (HDI). Dit is een scoresysteem voor de kwaliteit van wat men eet.
Kleine verschillen
De meeste mensen bleken wijndrinkers te zijn. Zij hadden niet de hoogste HDI score. Dat waren de niet-drinkers en mensen zonder voorkeur voor één alcoholische drank. Mensen met een voorkeur voor sterkedrank scoorden het laagst. Echter, wanneer er in de analyses rekening werd gehouden met verschillende factoren zoals leeftijd, gezondheid (hart- en vaatziekten en kanker), opleidingsniveau, werk, culturele normen en roken, dan bleek het voedingspatroon niet te verschillen tussen de bier-, wijn of sterkedrankdrinker of geheelonthouder (www.kennisinstituutbier.nl/node/5344).

Alcoholvrije sport
Alcoholvrij bier heeft mogelijk een positieve invloed op de hoeveelheid electrolyten: kalium en natrium in het bloed tijdens inspanning. Dit concluderen onderzoekers van de Chileense Universiteit Finis Terrae naar aanleiding van de eerste studie naar het effect op de electrolytenbalans tijdens het sporten na het drinken van bier.
Kalium en natrium
Voetballers die, voordat zij 45 minuten op een loopband gingen hardlopen, 700 ml alcoholvrij bier (0.0%) dronken, hadden een betere samenstelling van kalium en natrium in het bloed dan wanneer zij vooraf water of bier (4.6% alcohol) dronken. De hoeveelheid kalium was niet verhoogd en de hoeveelheid natrium niet verlaagd. Dit is positief. Als het andersom was geweest, dan had dit het prestatievermogen tijdens het hardlopen kunnen beïnvloeden door vermoeidheid en minder kracht in de spieren. Na het drinken van bier en water was er juist wel een negatieve invloed op de hoeveelheid kalium en natrium.
Eerste onderzoek
Dit allereerste onderzoek naar dit onderwerp laat zien dat alcoholvrij bier misschien kan bijdragen aan goede hydratatie tijdens het sporten door een gunstige invloed op de electrolytenbalans in het bloed. Meer onderzoek is nodig voordat alcoholvrij bier wordt aangeprezen als een goede drank om te drinken voor inspanning. Het effect op de vochtbalans tijdens inspanning en de optimale hoeveelheid bier voor inspanning zijn nog niet onderzocht (www.kennisinstituutbier.nl/node/5349).

Heineken F1
Dutch beer giant Heineken has confirmed it is to enter Formula 1 with a multi-year sponsorship deal for trackside advertising and title sponsorship of several grand prix races, making it the championship’s official global beer (www.beermarketing.com/news/breaking-heineken-signs-337-million-deal-become-global-beer-partner-f1/). Eurocare, een organisatie die zich onder meer inzet tegen alcoholreclame, is niet blij met de deal tussen de Formule 1 en biermerk Heineken die in aanloop naar de Grand Prix van Canada wereldkundig werd gemaakt. De slogan 'If You Drive, Never Drink' die Heineken voert, kan het bezwaar van Eurocare niet wegnemen.
"De Formule 1 moet zichzelf afvragen of het een autosportevenement is of een reclamepodium voor alcoholmerken", zegt Mariann Skar van Eurocare tegen Reuters (www.gpupdate.net/nl/f1-nieuws/340604/eurocare-niet-blij-met-deal-tussen-f1-en-heineken/). De bierbrouwer (ook sponsor van de Champions League) stapte af van het aloude adagium ‘aan drank en rijden doen we niet’. Aan individuele sponsoring (de tweede gouden sponsorregel bij Heineken) doet het daarentegen nog steeds niet, hoewel de voorlichtingscampagne met dj Armin van Buuren er wel naar geurt.
Hoe zou de Formule 1-wereld er uit hebben gezien, indien Heineken beide regels had losgelaten?
(www.formule1.nl/nieuws/heineken-zijn-eigen-formule-1-team/)


Centraal bij de F1-sponsoring van Heineken komt de slogan 'If You Drive, Never Drink' te staan. Sir Jackie Stewart wordt één van de ambassadeurs van deze campagne, waar Bernie Ecclestone zeer blij mee is: "Een tijdje geleden ben ik begonnen met de 'Think Before You Drive'-campagne bij Formule 1-evenementen. Ik ben blij dat dit belangrijke initiatief nu zo sterk gesteund wordt door Heineken met zijn 'If You Drive, Never Drink'-campagne. We gaan deze boodschap uitdragen op een manier die past bij de cultuur van Heineken."
Ecclestone vindt het mooi dat een merk als Heineken in de sport gestapt is: "Heineken is een premium merk, met een geweldige reputatie op het gebied van eersteklas marketing. Ik verwelkom ze met open armen in de Formule 1-familie en kijk uit naar hun activiteiten bij Formule 1-evenementen. Ik hoop dat dit het begin is van een lange en speciale relatie. Als ik een biertje neem, ben ik altijd blij geweest als het een Heineken was." (www.gpupdate.net/nl/f1-nieuws/340344/heineken-stapt-in-de-formule-1-if-you-drive-never-drink/) Die TV-reclame met Sir Jackie Stewart zag ik net op TV. Een autocoureur die steeds een flesje Heineken afslaat. Wanneer komt de Bavaria 0,0% spoof dat je die coureur dan een alcoholvrije Bavaria ziet drinken?


Racelegende Sir Jackie Stewart in Heineken-commercial Formule 1
Marketingcommunicatieadviseur Lisa van der Heijden: 'Het is de typerende Heineken-manier om verantwoord drinken ‘cool’ te maken en zo bij te dragen aan een gezonde sociale norm rondom alcohol (www.adformatie.nl/nieuws/racelegende-sir-jackie-stewart-heineken-commercial-formule-1).


Usually when a company wants to advertise its product, it depicts people enjoying said product. Heineken, however, has taken a different approach. And it's brought in Sir Jackie Stewart to help get the point across (www.carscoops.com/2016/09/sir-jackie-stewart-doesnt-want-heineken.html).

"Who do you think you are, Jackie Stewart?" has for decades been the standard greeting from traffic cops to those who have had the misfortune to be pulled over for speeding in Scotland. Sir Jackie aka "The Flying Scot" was and is a sporting icon in his home country, having won the F1 Championship in 1969, 1971 and 1973, arguably its most glamorous era.
In this new ad to mark the beginning of Heineken’s F1 sponsorship, Stewart is seen trackside in his heyday, declining bottles of Heineken being offered to him by an array of people who have joined him by way of special effects and smart editing. The spot ends in the present day with Stewart still refusing to partake before he steps into his very swish ride. It's fitting that Heineken should choose Sir Jackie for this campaign, since he’s been an outspoken and frankly, rather belligerent, campaigner for driver safety for many years (www.fastcocreate.com/3063389/quick-hit/formula-one-legend-sir-jackie-stewart-doesnt-drink-heineken-in-new-heineken-ad)


Bierbrouwer AB InBev wil in 2025 zo'n 20 procent van al het in België verkochte bier alcoholvrij maken. 
Bierbrouwer AB InBev wil in 2025 zo'n 20 procent van al het in België verkochte bier alcoholvrij maken. AB Inbev hoopt op die manier de verkoop van bier aan te wakkeren.
Alle merken van het concern moeten uiteindelijk een alcoholvrije variant krijgen, zegt directeur van het concern in West-Europa Jean-Jacques Velkeniers in de Belgische krant De Tijd (www.nu.nl/eten-en-drinken/4313115/belgische-bierbrouwer-wil-meer-alcoholvrij-bier-in-schappen.html).

Bier en kanker
Recentelijk was er veel aandacht voor alcohol en kanker in de media. Dit kwam door twee publicaties van onderzoekers uit Nieuw-Zeeland. In een opiniestuk in het wetenschappelijke tijdschrift Addiction stellen zij dat er een causaal verband is tussen drankgebruik en zeven vormen van kanker. In de andere publicatie in het tijdschrift Drug and Alcohol Review concluderen zij dat er geen veilige ondergrens is voor alcoholconsumptie in relatie tot kanker. Aan beide onderzoeken lijken wat haken en ogen te zitten.... Het gaat hier om een opiniestuk en niet een grondige analyse van de huidige wetenschappelijke kennis. Bijvoorbeeld, kanker in het mond- en halsgebied komt zelden voor bij alcoholconsumptie als men niet rookt. In het geval van borstkanker zijn er een aantal factoren die vaak een belangrijkere rol spelen dan alcohol, zoals genetische aanleg, overgewicht, voeding en borstvoeding. In de media is dit belangrijke feit over het algemeen niet genoemd en is het opiniestuk gebracht als een wetenschappelijke analyse.
Daarbij komt dat op basis van bevolkingsstudies nooit gesproken wordt over een causaal verband, maar over een correlatie. Een correlatie kan versterkt worden door het fysiologische mechanisme te ontrafelen in interventiestudies.
De mogelijke beschermende werking van matige alcoholconsumptie tegen hart- en vaatzieken gebaseerd op observationele studies wordt versterkt door de vele interventiestudies naar de fysiologische werking erachter. Dit in tegenstelling tot de relatie tussen alcohol en kanker, het fysiologische mechanisme hierachter is nog lang niet ontrafelt.
...
Dezelfde onderzoekers publiceerden ook in Drug en Alcohol Review een onderzoek naar de alcoholgerelateerde kankersterfgevallen in Nieuw-Zeeland. In dit onderzoek zijn alcoholconsumptiecijfers naast populatiestatistieken van kankersterfgevallen gelegd, waarbij een vergelijking is gemaakt tussen Maori en niet-Maori. ... Ook aan dit onderzoek zitten wat haken en ogen waardoor de conclusies twijfelachtig zijn. Volgens de International Forum on Alcohol Research (ISFAR), een groep onderzoekers op het gebied van alcohol, kan de Nieuw-Zeelandse onderzoeksgroep op basis van de volgende punten eigenlijk niet zulke harde conclusies trekken:
Door de gebruikte methodiek, het naast elkaar leggen van alcoholgegevens van de populatie en kankersterfgevallen, is het onduidelijk of de genoemde 243 personen die gestorven zijn aan alcoholgerelateerde kankers überhaupt alcohol gedronken hebben. ... Dit onderzoek wordt niet in perspectief geplaatst. Er wordt niet ingegaan op de gezondheidseffecten van matige consumptie; de J-curve tussen alcoholconsumptie en hart- en vaatziekten en vroegtijdig overlijden (www.kennisinstituutbier.nl/node/5298). Al is er ook onderzoek die die J-shaped in twijfel trekt (zoals ik hier al aangaf)

Deel in hersenen gevonden dat bepaalt hoe snel iemand dronken wordt 
Onderzoekers hebben een deel in de hersenen ontdekt dat bepalend is voor het al dan niet snel dronken worden. Met de vondst zou in de toekomst voorkomen kunnen worden dat mensen te veel drinken. Oorzaak zou de gevoeligheid van een receptor (ontvanger) zijn die te vinden is in het cerebellum, ook wel bekend als de kleine hersenen. Dit mechanisme is onderdeel van het centrale zenuwstelsel en is aan de achterkant van de schedel te vinden. De onderzoekers kwamen tot de conclusie na het onderzoeken van muizen. Er werden speciale muizen gefokt waarbij de receptoren gevoelig waren voor alcohol. Door de gevoeligheid van deze receptor te verhogen, bekend onder de naam GABAA, kan worden voorkomen dat mensen te veel drinken. De onderzoekers, van de universiteit van Washington, hebben hun bevindingen gepubliceerd in de Journal of Neuroscience (www.nu.nl/gezondheid/4314942/deel-in-hersenen-gevonden-bepaalt-snel-iemand-dronken-wordt.html).

Matige alcoholconsumptie en vrouwen – veertig jaar onderzoek onder de loep.
Matige alcoholconsumptie brengt zowel positieve gezondheidseffecten als risico’s met zich mee. Onderzoekers van Harvard schrijven dit in een nieuw overzichtsartikel specifiek gericht op vrouwen en gezondheid. Dit doen ze naar aanleiding van het 40-jarig bestaan van een grote studie onder vrouwen: de Nurses’ Health Study (www.kennisinstituutbier.nl/node/5350).

FAS
Dad raises boy with foetal alcohol syndrome – despite finding out he isn’t his biological son
This man raised his son with mental and physical disabilities alone for three years before discovering he wasn't the father...I met Thomas’ mum – my ex Sophie* – when I was a 21-year-old tiling apprentice in Yorkshire. Just four weeks into our relationship, she told me she was pregnant.... But Sophie – who had spent her childhood in and out of care – wasn’t ready for the responsibilities of motherhood and drank throughout the pregnancy.... While I asked her to stop, I had no idea her drinking was so dangerous (Department of Health guidelines say it is safest not to drink at all while pregnant) so I never told the midwife.... Gary Atkinson, 29, with his son, seven-year-old Thomas, who was born with foetal alcohol syndrome
Thomas was born with foetal alcohol syndrome (FAS), a lifelong, incurable condition caused by drinking during pregnancy, which can result in severe mental and physical disabilities (www.thesun.co.uk/living/1712706/dad-raises-boy-with-foetal-alcohol-syndrome-despite-finding-out-he-isnt-his-biological-son/). Ondanks hoe 'gezond'bier dan ook is, het heeft ook gevaren...



Het nadeel van het zo verzamelen en opsparen van nieuws is dat ik niet echt in kan gaan op de achtergronden van het nieuws...

Bierkini
Er was afgelopen weken rumoer over de burkini. Daarom heeft Biernet aandacht voor de bierkini:


Leuk cadeau
Er liggen 3420 lege flesjes bier in de tuin van een net getrouwd stel uit Brummen. Wouter en Michelle Harberink trouwden zaterdag en kregen bij thuiskomst deze bijzondere verrassing (www.omroepgelderland.nl/nieuws/2116019/Getrouwd-stel-uit-Brummen-krijgt-3420-lege-flesjes-bier-cadeau).



Titel plaatsen

$
0
0


Collage

$
0
0



Bier

Houblon Chouffe (9%)

$
0
0
In 2013 dronk ik ook al eens een Houblon Chouffe. het etiket is echter veranderd. Wel herkende ik de broek van de kabouter. Ook de kroonkurk is anders; lichtgroen. De baan is ook anders, of althans het onderschrift. in plaats van 'Dobbelen IPA Tripel' is het nu: 'Biere Triple - IPA - Tripel Bier'. Het is nog steeds verwarrend.

Dobbelen slaat op het dubbele gebruik van hop en IPA is een typische term uit de Angelsaksische brouwwereld. IPA staat voor 'Indian Pale Ale', een verwijzing naar de destijds zwaar gehopte ales die naar India werden verscheept. De hop werkte als bewaarmiddel. Tripel heeft dan weer met de kleur en de hergisting te maken (www.demorgen.be/dm/nl/3744/Al-Dente/article/detail/1013754/2009/10/12/Houblon-Chouffe-een-bier-voor-hopheads.dhtml).

Tja, de kleur is goudgeel, wellicht wat licht van kleur. Het schuim is wit. De geur is overheerlijk duidelijk hoppig. De smaak drijft ook op de hopsmaak. Een echte IPA lijkt mij, dankzij die duidelijke hopsmaak.

In 2013 vond ik het volgende om op te schrijven: De hopbitterheid valt mij op in het begin van de slok en de droge afdronk blijft inderdaad lang in de mond hangen. Ik las in de reviews dat het een troebel bier was, maar mijn bier was helder. Toen ik in de fles keek zag  ik een gistdepot. na wat walsen schonk ik dit uit en werd mijn bier inderdaad net zo troebel als een witbier. Het gist maakte de smaak van het bier wat aardser en romiger. Ik kan me goed voorstellen dat ze met dit bier prijzen winnen.

De hopbitterheid is nu redelijk snel weg. Het bier was wederom helder. Bij de tweede maal inschenken (en wat walsen) werd het wederom een uiterlijk van een troebel witbier. De geur vind ik in ieder geval erg fijn. De smaak heeft ook hopbitterheid, maar het mondgevoel heeft ook iets astringent. Ik vind het een erg fijn bier. Met 9%, misschien net wat zwaar, maar erg lekker.

Houblon Chouffe is een blonde tripel, type India Pale Ale. De bittere smaak wordt bekomen door 3 verschillende hopvariëteiten. "Houblon" is trouwens het Franse woord voor hop. Houblon Chouffe heeft een alcoholpercentage van 9% en werd gelanceerd in 2006. Op het etiket staat een kromgebogen kabouter tussen de hopranken met hop en gerst op zijn rug en hebberig starend naar het bier.
In 2011 werd Houblon Chouffe (onder de naam "Chouffe Dobbelen IPA tripel") door Test-Aankoop na een test van 210 speciaalbieren uitgeroepen als behorende tot de 18 beste bieren (bieren waarover de 30 proevers unaniem lovend waren) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Houblon_Chouffe).

Naar mijn bescheiden mening, of -in internetslang- IMHO terecht...

Oktoberfest 2016

$
0
0

Volgende week begint Oktoberfest 2016:

Oktoberfest-Calendar 2016
From tapping the first barell to big brass-concerts: Important events on the Oktoberfest 2016.
Saturday   17.09.1611 a.m.
Arrival of the tent patrons with parade through Munich.
Saturday17.09.1612 p.m.
Tapping of the first Octoberfest-beer-barrel by the Munich mayor in the Schottenhamel Tent.
Sunday18.09.1610 a.m.
Traditional costume parade through Munich.
Tuesday20.09.1612 p.m. - 6 p.m.
1. Family day: all rides and performances cost less.
Thursday22.09.1610 a.m.
Traditional religious Oktoberfest mass.
Sunday25.09.1611 a.m.
Traditional concert of the Oktoberfest brass-bands at the feet of the Bavaria.
Tuesday27.09.1612 p.m. - 6 p.m.2. Family day: all rides and performances cost less.
Sunday02.10.1612 p.m.
Traditional gun-salute on the steps of the Bavaria monument.


Clothing: At Oktoberfest, you’re going to see a lot of German outfits, some traditional and some not so much. Here’s how you can identify what everyone’s wearing.
o   Dirndl: (Dern-dull) The traditional German dress that you’ll see many lovely ladies and a few adventurous men wearing. This dress is German-engineered to highlight every woman’s assets.
o   Lederhosen: (Lay-der-hose-in) This word literally translates to “leather pants.” You’ll see a lot of men wearing these trousers, some short and some to the knee, held up by a pair of leather suspenders. It’s been Oktoberfest-proven that when you wear lederhosen, your Bier tastes better and the Frauleins find you irresistible.
o   Ladyhosen: (Lay-dee-hose-in) Some women at Oktoberfest decide to get in on the leather pants party too. When a lady wears Lederhosen, they are simply referred to as Ladyhosen  (www.alpinevillagecenter.com/german-phrases-speak-oktoberfest/).

Food and Beverage: Oktoberfest is a celebration of life and happiness, and that just couldn’t happen without great eats and libations. For those that think the German language is hard, I just tell them, “Beer is Bier and bread is Brot. What more could you need to know?
o   Noch ein Bier, bitte: (nock ine beer bit-a) Because I know you won’t want just one, this is how you ask for “Another beer, please!”
o   Prost!: (Prōst) Its easy to remember because it rhymes with toast. This is how we say, “Cheers!” Sometimes you’ll hear ein Prosit this means “a toast.”
o   Brezeln: (Bray-tsuln) “Pretzel”. You’ll be wanting lots of our giant, soft pretzels to go with your beer.
o   Wurst: (virst) Sausage.
o   Guten Appetite!: (goo-ten app-a-teet) The German version of bon appetite.

Event terms: These are things you’re going to hear on stage. Knowing them will help you understand what’s going on.
o   Gemütlichkeit: (gu-moot-lish-kite) This word has a very broad meaning. It is an atmosphere of comfort, peace, and acceptance, and it is what Oktoberfest is all about.
o   Ozapft is!: (Ō-tsapft is) literally means “It’s tapped!”. This is the traditional opening cheer for Oktoberfest when the first keg is tapped.
o   Familiennachmittag: (fam-ill-ee-in-nock-mit-tog) “Family afternoon”. At Alpine Village Oktoberfest, our Familiennachmittag is on Sunday, and it is German fun for toddlers, grandparents, and everyone in between.
o   Schunkeln: (Shoon-kulln) It’s the perfect dance for drinking because you don’t have to leave your seat. At Oktoberfest we sit on long benches and when the Schunkeln song comes on, everyone locks arms and sways back and forth.
o   Zillertaler Hochzeits Marsch: (tsill-er-tall-er hock-tsites march) This is a traditional Bavarian wedding dance. Couples wrap one arm around their partner and clasp hands keeping the other arm strait like an arrow, and they skip in the direction the arrow is pointing then swap arms and change direction. It’s a lot of fun and a great cardio workout  (www.alpinevillagecenter.com/german-phrases-speak-oktoberfest/).

Cheers and chants: You’ll want to master these so that even after a couple of beers you’ll be able to cheer loudly with the whole tent.
o   Eins, zwei, drei: (ine tsvy dry) “One, two, three” We use this a lot to count down to the start of a contest or end it with g’suffa for ein Prosit. Make sure when you’re counting with your fingers in German, one is the thumb, two is thumb and forefinger, and three is thumb, forefinger, and middle finger.
o   Oans, zwoa, g’suffa!: (ōnns tswō g’zoo-fa) “One, two, drink up!” This the very Bavarian way of saying it.
o   Zicke zacke, zicke zacke, hoi hoi hoi!: (tsick-a tsack-a, tsick-a tsack-a, hoy hoy hoy) Festmeister Hans leads us in this cheer throughout the night and it’s often followed by Prost! and a swig of beer.
o   Zusammen!: (tsoo-zamm-in) “together!” Festmeister Hans will shout this out when he wants everyone to join in (www.alpinevillagecenter.com/german-phrases-speak-oktoberfest/).



Belgisch bier

$
0
0
De afgelopen 5 jaar is het aantal brouwerijen in België, bierland bij uitstek, met 70% gestegen. Zelfs kenners staan versteld (www.foodlog.nl/artikel/belgische-biermarkt-is-booming/).

Over Belgisch bier wordt de laatste tijd een beetje laatdunkend gedaan, maar ook in België is de craftbrewing revolutie aan de gang, zo blijkt:

In 2009 telde België 145 brouwerijen. Eind 2014 waren het er al weer 247, meldt De Standaard op basis van cijfers van de FOD Economie. Daarmee lijkt het dieptepunt definitief voorbij.
Rond 1900 telde België nog meer dan 3.000 brouwerijen. In de loop van de 20e eeuw verdwenen ze bij bosjes. De grote (internationale) bierconcerns kochten ze stuk voor stuk op, tot er in 2000 nog maar 100 Belgische brouwerijen waren.
'Artisanale brouwkunst'
De nieuwkomers zijn kleine, artisanale brouwers. Ze brouwen bijzondere speciaalbieren. In een gewoon pilsje hebben de Belgen immers steeds minder trek. Maar een speciaalbiertje gaat er wel in. "Vroeger zopen we meer, nu proeven we meer’, zegt bierkenner Ben Vinken. "De consumptie van pils staat al enkele jaren onder druk, terwijl de speciale bieren blijven groeien. De consument laat zich niet meer alleen door de marketing dicteren wat hij drinkt. We zijn op zoek naar authentieke producten, naar artisanale brouwkunst, naar andere smaken." (www.foodlog.nl/artikel/belgische-biermarkt-is-booming/).

Oktoberfest 2016 komt er aan

$
0
0

wijnblog van de buren

$
0
0

Blogspot heeft verschillende blogs, laatst klikte ik eens om te zien wat 'het volgende blog' was en toen kwam ik dit blog tegen. Het gaat over wijn.

VinoForum Dijleland is een vereniging die haar leden wijnkennis wil bijbrengen. Het deelnemen aan een activiteit van VinoForum Dijleland gebeurt op risico van de deelnemer; door het deelnemen eraan erkent de deelnemer dat het bestuur geen enkele aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid draagt noch in de organisatie van de activiteit, noch in de gevolgen van het deelnemen eraan.
(http://vinoforum-dijleland.blogspot.nl/search?updated-min=2008-01-01T00:00:00%2B01:00&updated-max=2009-01-01T00:00:00%2B01:00&max-results=5)

De blogberichten staan er sinds 2008 en beginnen als 'Beste wijnvrienden,' of als 'Beste collegae in vinum et veritas,'...

Eindelijk is het zomer en worden de beloften aan alle soorten mooie en goede dingen die ons te wachten staan, heel reëel. Genieten wordt de dwingende boodschap! Maar eerst nog een bericht over ons programma voor volgend jaar.
(http://vinoforum-dijleland.blogspot.nl/search?updated-min=2008-01-01T00:00:00%2B01:00&updated-max=2009-01-01T00:00:00%2B01:00&max-results=5)

Op het blog staan niet echt veel berichten (ca. 20 per jaar) Ik heb weken dat ik dat aantal berichten haal. Nou post ik misschien ook te veel en is dat meteen ook tekenend voor het verschil tussen wijn (soms en paar glazen) en bier (kan eigenlijk altijd en dan paar glazen of meer)...

Publiek

$
0
0

Cuisine médiévale

$
0
0

Na ongeveer vijf eeuwen uit de geschiedenis verdwenen te zijn, duikt het bier plots weer op rond de achtste en negende eeuw. Hoewel bierbrouwen een typische huisnijverheid is, brengt Karel de Grote (771-814) daarin verandering. Hij stelt dat iedere inwoner moet toezien op de teelt van het graan dat moet gebruikt worden om later bier van te brouwen. Vanaf de negende eeuw zal deze artisanale industrie zich geleidelijk ontplooien, zodat er al van brouwerijen kan gesproken worden. Pas vanaf de middeleeuwen gaat men de ingrediënten (gerst, tarwe en het kruidenmengsel gruit) met elkaar vermengen in een beslagkuip en vervolgens laten koken. In de doorbraak van dit productieproces hebben de monniken een voorname rol gespeeld. Zij raadden de bevolking immers aan om bier te drinken in plaats van het zwaar verontreinigde en niet–gekookte drinkwater dat een haard van infecties was en talrijke ziekten veroorzaakte, zoals cholera en tyfus.
Het middeleeuwse brouwproces gelijkt ook op de fabricagemethoden die reeds in het tweede millennium voor Christus werden gebruikt in China. Men maakte er zelfs al een onderscheid tussen jong en ongefilterd bier en helder, geklaard bier. De Chinezen volgden de vloeibare brouwmethode reeds op het ogenblik dat in het oude Egypte nog op basis van een brood-brij werd gewerkt. Volgens de Chinezen bevatte bier twee elementen: het vloeibare dat neerdaalde en het geestelijke dat hen verhief.
In de middeleeuwen komt de biernijverheid tot ware ontplooiing in Beieren waar men ruim 500 kloosterbrouwerijen telt. Het bier moet vooral als voedingsbron worden gezien; het levert minder gevaar op voor infecties, omdat het water gekookt wordt tijdens het brouwen. De eruit vervaardigde bierpap is erg voedzaam en draagt bij tot een betere spijsvertering van zware maaltijden. Omdat vis en vlees te sterk gepekeld zijn, wordt massaal naar het bier gegrepen dat zo uitgroeit tot een volksdrank. Al in 1350 vaardigt München een stedelijke ordonnantie uit om het debiet van het bier te controleren (https://pilsje.wordpress.com/geschiedenis-van-het-bier/).

Leuven, 1448. De jonge wees Jan Portalis arriveert aan de stadspoort (http://users.telenet.be/michel.vanhalme/strip3221.htm)


Aan het einde van de 12de eeuw namen herbergen, in de steden en langs belangrijke wegen, meer en meer de taak van de huisvrouw en abdijen over. Van allerlei granen o.a. gerst, tarwe, rogge, haver en boekweit maakten ze een troebel bier (nu gekend als "witbier"). Dat brachten ze op smaak met een kruidenmengsel dat ze "gruyt" noemden. Het hoofdbestanddeel van gruyt was gagel. De andere kruiden verschilden van stad tot stad. De meest gebruikte waren rozemarijn, koreander, duizendblad, jeneverbes, kaneel, anijs, kruidnagel, salie, saffraan, laurier, rozemarijn, etc.. Door het kruidenmengsel te veranderen, verkregen ze een eerste vorm van smaakverscheidenheid.Omdat de locale machtshebbers geld gezien hadden in "gruyt" onderwierpen ze het gebruik ervan aan het "gruytrecht." Enkel bepaalde families hadden het recht om gruyt te maken en alle brouwers werden verplicht hun gruyt bij hen te betrekken. Om een beeld te hebben van de immense macht die de families hierdoor verwierven, moeten we maar aan de pracht en praal van de gevel van het huidige gruuthuse-museum te Brugge (http://home.scarlet.be/bierliefhebber/HTML/
Inleiding/Geschiedenis%20van%20het%20Belgisch%20bier.html).

Afbeelding van een middeleeuwse brouwer

"Saint  Isidore zegt (etym. Lib. VI, cap. 18) dat het vasten is om voedsel op te slaan en zich te onthouden van het eten van" (www.wikiwand.com/fr/Cuisine_m%C3%A9di%C3%A9vale).

De middeleeuwse keuken is voorzien van borden, eten en koken methoden van de verschillende Europese culturen in de Middeleeuwen tussen de V e en XVI e  eeuw....In kloosters, had de basisstructuur van de regeling is bepaald door de regel van Sint-Benedictus in de VII e  eeuw en werd aangescherpt door paus Benedictus XII in 1336, maar ... de monniken wisten hoe deze regels te omzeilen. De wijn werd beperkt tot ongeveer 26 cl per dag, maar er was geen overeenkomstige limiet op bier ....Het vlees van de "viervoetige dieren" is ook het hele jaar verboden, behalve voor erg zwak en ziek. Deze regel werd aanvankelijk genegeerd door te stellen dat het slachtafval en andere bewerkte voedingsmiddelen, zoals spek bijvoorbeeld was niet het vlees. Dan, kloosters hadden een kamer genaamd genade, waar de regel van Benedictus niet van toepassing is en waar veel monniken aten. Toen paus Benedictus XII ingesteld ten minste de helft van de monniken hadden om te eten in de refter, monniken reageerden door het uitsluiten van de zieken en de genodigden naar de tafel van de abt van deze berekening (www.wikiwand.com/fr/Cuisine_m%C3%A9di%C3%A9vale).

Als de wijn was de meest voorkomende drankje in het grootste deel van Europa, dit was niet het geval in de noordelijke regio's waar de wijnstok niet werd gekweekt. Degenen die konden dronken wijn import, maar het was vaak zelfs voor de nobele drinken van bier of het bier in het bijzonder in de late Middeleeuwen. In Engeland, Nederland, Noord-Duitsland, Polen en Scandinavië, werd bier verbruikt op een dagelijkse basis door alle sociale klassen en alle leeftijdsgroepen. Tegen het midden van de XV e  eeuw, de gerst, die niet geschikt was voor het maken van brood, maar was uitstekend voor het maken van bier, goed voor 27% van het graan geteeld in Engeland  (www.wikiwand.com/fr/Cuisine_m%C3%A9di%C3%A9vale).

Dat hop kan worden gebruikt om smaak aan het bier was bekend ten minste sinds de tijd te geven Karolingische, maar de goedkeuring ervan was traag vanwege de moeilijkheden om de juiste verhoudingen te vestigen. Vóór de ontdekking van hop, gruit, een mengsel van verschillende grassen, werd gebruikt. Het gruit was niet dezelfde conserveringsmiddel dat hop en het resultaat was snel worden gegeten voordat de onvermijdelijke achteruitgang. Een andere werkwijze om de smaak te verbeteren werd het aandeel van alcohol toenemen, maar het was duurder en gaf bier ongewenste eigenschap dronkenschap snel leiden  (www.wikiwand.com/fr/Cuisine_m%C3%A9di%C3%A9vale).

Na de val van het Romeinse rijk groeide bier uit tot een van de meest genuttigde dranken in het middeleeuwse Europa. Vanwege het feit dat de drank tijdens het productieproces verhit moest worden, bevatte het gerstenat namelijk minder schadelijke bacteriën dan water, en was daarmee dus gezonder. Naar schatting dronk de gemiddelde Nederlander tegen het einde van de middeleeuwen dan ook maar liefst 275 tot 300 liter per jaar, een gemiddelde van iets minder dan een liter per dag. Wel moet daarbij vermeld worden dat men in de middeleeuwen het bier vaak thuis brouwde, waardoor het slechts een zeer laag alcoholpercentage bevatte.
Dit alles veranderde met de opkomst van de professionele brouwerijen in Noord-Europa in de 13e en 14e eeuw. Het brouwen van bier veranderde van een familieactiviteit in een ambacht, gericht op de massaproductie van steeds sterker bier. Met de toename van het alcoholpercentage nam echter ook de kritiek op de drank toe. In 1256 schreef de medicus Albrandino van Siena over bier: “Op welke manier het ook gemaakt wordt, (…) het schaadt het hoofd en de maag, het veroorzaakt slechte adem en verpest de tanden, het vult de maag met slechte geuren en iedereen die het drinkt met wijn wordt heel snel dronken”. Toch had het gerstenat ook positieve aspecten, zo benadrukte hij, want “het faciliteert het urineren en het zorgt voor een gladde en witte huid”, aldus Albrandino (www.isgeschiedenis.nl/nieuws/bier-in-de-middeleeuwen/).


Bier voor beginners

$
0
0
Op Spoelen Maar lees ik een bericht over bier voor beginners.

"Regelmatig zie ik de vraag ‘welke bieren kan ik als beginner het beste gaan proberen?’ voorbij komen. Een leuke, maar ook lastige vraag. Smaken verschillen, dus is er in een algemeen artikel geen passend antwoord te geven wat bij iedereen zal werken. Er zijn echter wel bepaalde stijlen die ik altijd als ‘makkelijker’ heb ervaren toen ik begon met het drinken van verschillende biertjes. In dit artikel probeer ik deze stijlen eens wat toe te lichten en ik zal proberen wat goede voorbeelden te geven." (www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Tja, als je vaak bier drinkt en veel stijlen hebt geprobeerd, dan weet je welke smaken je zoal kan verwachten. Ik vind het ook altijd leuk om wat vreemds te bestellen. Soms krijg je dan van de bediening wel eens een waarschuwing van weet je het zeker? Het kan wat zuur, bitter of rokerig zijn.
Op Spoelen Maar worden vervolgens verschillende bierstijlen geïntroduceerd. Ik zie het als een leuke uitdaging om te zien of ik ook zo thuis ben in de bierstijlen...

Pilseners
De meeste mensen (vooral mannen) zullen niet onbekend zijn met pils. Je wordt 16 en het eerste wat je gaat drinken (naast Smirnoff Ice en andere mixdrankjes) is waarschijnlijk pils. Aan de smaak van pils ben je snel gewend. De pilsmarkt lijkt op het eerste gezicht niet zo uitgebreid en gevarieerd. Denk je aan pils, dan denk je namelijk al gauw aan Heineken, Bavaria, Grolsch, Amstel, Hertog Jan en Jupiler. Toch bestaan er veel meer pilseners dan je zou denken. Ben je op zoek naar andere bieren om te drinken dan je bekende pils, dan kun je altijd op zoek gaan naar onbekendere Nederlandse, Duitse en Belgische varianten. Alle huismerken kun je eens proberen (ik vind Euroshopper pils niet slecht), Stella Artois, Budweiser Budvar of Pilsener Urquell (uit Tsjechië), Warsteiner, Oettinger, etc. Vooral als je kijkt naar Duitsland dan zullen er nog vele pilseners zijn die je nooit hebt ontdekt. Als je alleen op zoek gaat naar deze bieren dan kun je vaak al een hele tijd vooruit.
 (www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Dit kan ik wel beamen. Pils is een instapbier. Er zijn veel pilsjes in de wereld. Elk land heeft wel een pilsmerk. Dat was voor mij in het begin ook de uitdaging om uit veel of misschien zelfs elk land een pils te proberen. Er zijn veel verschillen in de stijl te vinden. Vooral de West-Europese en de Amerikaanse pilsjes zijn waterig en hebben weinig tot geen smaak. De Oost-Europese pilsjes, zoals uit regio Oostenrijk (of was die nu juist ook waterig?)  en vooral Tsjechië en Slowakije zijn een stuk bitterder en hebben veel meer hopsmaak.

Ale
Deze (vaak uit Engeland afkomstige bieren) zijn ook prima te drinken voor de beginner. De smaak is anders dan pils, maar daar ben je misschien wel naar op zoek. Ales zijn vaak wat zoeter, hebben een licht boterige smaak en vaak vind je er ook karamel in terug. De kleur is anders dan je van pils gewend bent, maar laat je er niet door tegen houden. De ales waar je naar op zoek moet gaan zijn de ales tussen de 4 en 6% alcohol. I.P.A. is ook een variant van ale, maar deze moet je juist niet hebben. Zie ook verderop in het artikel.  (www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Dit is een beetje vreemde beschrijving. De smaak en kleur zijn anders, maar hoe anders? Ik zou gewoon de Belgische blonden noemen zoals Duvel, La Chouffe en Kwak noemen.

Even later lees ik in het artikel:

Blond, Dubbel en Tripel
Dit zijn drie redelijk verschillende stijlen, maar ook deze zijn goed te drinken voor de beginner. Blond bieren zijn vergelijkbaar met pils, alleen ze zijn vaak iets sterker en bevatten meer kruiden, waardoor de smaak rijker is dan die van pils. Dubbel-bieren zijn vaak zoetig, bevatten soms wat karamel en ze zijn vaak ook kruidig. Heel anders dan pils dus, maar omdat ze vaak best licht zijn wat betreft alcohol percentage zijn ook deze goed te drinken.
De tripel zie ik vaak (zwaar onterecht, dat geef ik toe) als een sterke variant van pils. Daarmee bedoel ik dat de gemiddelde pilsdrinker waarschijnlijk niet vies is van een tripel. De kleur is hetzelfde, het bevat iets meer smaak dan pils, maar vooral het alcoholpercentage is wat in het begin erg wennen kan zijn. Tripels bevatten al gauw 7% alcohol en als beginner moet je wel leren dat je deze bieren dus ook niet als pils moet drinken. In het begin van mijn carrière was het vaak de tripel die ervoor zorgde dat de fietstocht naar huis een lastige was. Ook kan het koolzuurgehalte wat heftiger zijn dan bij pils. Een Duvel vind ik bijvoorbeeld wat lastig te drinken omdat er zoveel koolzuur in zit. Ik vind dit, hoewel het erg bekend is, dus niet per se een goede aanrader voor de beginner. Iedere brouwerij in België maakt wel een tripel, dus als je op zoek gaat is er aanbod genoeg en zullen er vast wel een paar zijn die je lekker vind. (www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Waarom deze drie verschillende stijlen tezamen bespreken? Dat Duvel te benoemen was als tripel was nieuw voor mij. Volgens mij is het dat namelijk niet...

Saison
Ook saison bieren zijn vaak niet overdreven ingewikkeld en bevatten vaak ongeveer 6% alcohol. Makkelijk te drinken, geen hele gekke smaken, maar wel weer eens wat anders dan je Heineken. Sommige saisons hebben een licht zuurtje en andere zijn weer aan de zoete kant. Als je één saison lekker vind betekend dit dus niet dat je alle saisons lekker zult vinden, maar dat geldt wel voor meer biersoorten.(www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Dit is een beetje vreemde omschrijving. Mijn eerste ervaringen met deze stijl waren dat het erg zuur en droog was. Ik vond het een wat complexe stijl om te begrijpen. Nu na mijn ervaringen met IPA kan ik de saison wel aan. Zoet zou ik deze bierstijl echter niet willen noemen....

Het blogbericht vind ik dus wat vaag, vooral ook door de omschrijving van de 'Duitse stijlen':

Hefeweizen
Dit is een stijl die mij niet bevalt, maar als ik op het terras zit valt mij altijd op hoeveel mensen zo´n groot glas met deze mistig gele vloeistof voor zich hebben. Vaak zijn dit mensen waarvan ik weet dat ze verder niet overdreven bekend zijn met de biermarkt. Een Erdinger of Paulaner is in de zomer in veel horeca gelegenheden wel te krijgen.
Andere Duitse stijlen
Veel Duitse stijlen zijn eigenlijk wel geschikt voor de beginner. Denk hierbij aan zwickel/keller/landbier/alt/kölsch/märzen. Dit zijn stuk voor stuk bieren met een laag alcoholpercentage, die wel anders zijn dan je bekende pilsje, maar geen hele gekke of moeilijke smaakeigenschappen hebben. Je moet wel opletten voor de Berliner Weisse. Deze stijl klinkt ook Duits, maar toont aan dat niet ieder Duits bier makkelijk te drinken is, aangezien dit vaak zurige bieren zijn. Ook Eisbocken van 14% kun je het best nog even vermijden.
(www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

De indeling 'Andere Duitse stijlen' vind ik niet toepasselijk. Duitsland wordt vaak afgeschilderd als pilsland, maar ze hebben met weizen, kölsch, alt, keller, zwickel, kellerbier, rauchbier en inderdaad Berliner weisse een heel divers bierlandschap. De stelling in dit stuk is dat Duits bier makkelijk te drinken zou zijn, maar dat deel ik niet. Bambergen ligt ook in Duitsland en dat rauchbier vraagt echt doorzettingsvermogen om voor het eerst te kunnen drinken. Berliner Weisse mit Schuss is ook goed te drinken.


Overig
Wat me ook vaak opvalt is dat veel beginnende bierdrinkers een speciaal plekje in hun hart hebben voor Guinness. Ik heb er helemaal niks mee, want ik vind het veel te flauw en te saai smaken. Voor de beginneling kan dit juist prettig zijn. Daarom is Guinness wellicht een makkelijke manier om kennis te maken met Stout. Wat mij betreft is het echter niet het beste voorbeeld van wat stout te bieden heeft.
(www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Ook dit is een beetje vreemde alinea (ik voel me nu wel net alsof ik een boekbespreking aan het schrijven ben...) omdat de kop overig een restcategorie suggereert, maar de tekst enkel gaat over Guinness als (slecht) voorbeeld van stout. Misschien was het handiger geweest om in te gaan op stout en porter als bierstijl? 

Guinness vond ik de eerste paar keer smaken als koude thee. Dus ook dat is een makkelijke bierstijl om te proberen als beginneling. Het is duidelijk een andere smaak en mondgevoel dan pils. Het is dus voor de beginnende bierdrinker een mooie introductie in de veelzijdigheid van de bierwereld.

Wat moet je vermijden
Als beginner zou ik Scandinavië en Amerika om te beginnen volledig vermijden. Uit deze landen heb je vaak redelijk extreme bieren met hoge alcohol percentages en stevige smaken. Ik ben een groot fan van dit soort bieren (haast zo erg dat ik veel andere bieren nogal snel als saai bestempel), maar voor de beginner zijn dit niet de fijnste bieren om te drinken. Eens in de zoveel tijd is het wel leuk om te kijken of je dit soort bieren inmiddels begint te waarderen, want je smaak verandert iedere maand als je fanatiek bezig bent met bier.
De bieren die je het best kunt vermijden zijn bijvoorbeeld (Imperial) IPA, (Imperial) Stout, Porter (vaak wel een leuke tussenstap als je aan Stouts wil beginnen), Geuze (sommige mensen vinden dit wel meteen lekker, maar mij heeft dit een jaar gekost), etcetera. Eigenlijk alle bieren met meer dan 7,5% alcohol. (www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

Geuze komt niet uit Amerika of Scandinavië, maar ik snap hoe deze tekst is ontstaan. Want uit Amerika en Scandinavië komen inderdaad vreemde bieren. En je smaak veranderd inderdaad. Als je veel extreme bieren, zoals Imperial Pilsner, drinkt dan veranderd je smaak en ga je goede bieren slecht vinden.... saai... Als bierdrinken je gaat om goede bieren of extreme exotische bieren dan tja...

Slotadvies
Koop het bier in kleine hoeveelheden. Meteen een krat (of sixpack) aanschaffen van een bepaald bier kan ervoor zorgen dat je je geld letterlijk gaat weggooien en dit kan je tegen het proeven keren. Wanneer je niet zeker weet of je een bepaald bier lekker gaat vinden dan is het eigenlijk het beste om er slechts 1 flesje van te kopen. Vind je het bier lekker dan kun je altijd nog een keer terug gaan naar de winkel en een sixpack van het bier halen (en natuurlijk meteen wat nieuwe, onbekende bieren meenemen). Ook al ben je de grootste fan van het tripel genre: Er zijn altijd tripels die je niet lekker gaat vinden. Dit geldt voor alle stijlen.
Als laatste tip wil ik je meegeven dat je geen account hoeft aan te maken om mee te kunnen kijken op Ratebeer. Wanneer je naar de site gaat kun je in de zoekbalk zoeken naar een bepaald bier. Je kunt dan eens kijken naar het gemiddelde cijfer en naar wat de mensen over het bier geschreven hebben. Wanneer iedereen een bier lekker vind wil dat nog niet zeggen dat jij er ook van gaat genieten, maar wanneer 10 mensen schrijven dat het bier zurig is en jij houdt niet van zuur, dan kun je je klok er op gelijk zetten dat dat bepaalde bier je niet zo gaat bevallen. (www.spoelenmaar.nl/bier-voor-beginners/)

De tip om Ratebeer (of Beeradvocate of Untapd etc...) te raadplegen, kan, maar zelf vind ik het maar niks. Ik volg mijn eigen smaak. Anders ga je voor zeldzame bieren als West Vleteren of Pliny the Elder... terwijl het lokale polderbier van om de hoek misschien net zo goed is of bete, ren een mooi(er) verhaal heeft of in ieder geval een oprechter productieproces...

Nee, volgens mij ben ik geen bierbeginner, maar om mezelf nu een bierkenner te noemen... nee. Als ik bij een bierfestival ben voel ik me toch een beetje in de schaduw staan van al die biermeesters met al hun smakelijke verhalen.



Het groot zelf Bierbrouwboek van Jan van Schaik Herziene editie (2000)

$
0
0

Volgens de kaft is dit een standaardwerk voor 'zelf bier brouwen' met alles over bier en bier brouwen, 'met adressen en recepten'. De afbeelding op de kaft doet wat ouderwets aan. Als ik het kaartje aan de binnenkant bekijk blijkt dat het boek stamt uit 1983 (!) en oorspronkelijk als titel had: "Groot zelf bier brouw boek". Als trefwoorden heeft het boek bier en bereiding en als samenvatting: "Handleiding voor het zelf brouwen van bier met daarnaast de geschiedenis van het bier en informatie over verschillende biersoorten". Het is alweer de 5e herdruk, of nee de zevende(!). Dat geeft wel aan dat het boek populair is. Zou dit een culinaire bestseller zijn?

De gedateerdheid van het boek is af te leiden aan het dankwoord van Van Schaik, waarin hij zijn dank uitspreekt aan de brouwers van: Arcen, Gulpen, Brand, Skol, Liefmans, St-Sixtus, Die Urige, Hoegaarden en De Ridder. Ook het vermelden van het Centraal Brouwerijkantoor (CBK) geeft aan dat het boek van voor 2009 is. Aangezien het CBK toen werd hernoemd in Nederlandse Brouwers. De vermelding van CPC te Sas van Gent zal waarschijnlijk gaan over de N.V. Stijfsel- en Glucosefabriek "Sas van Gent" van "Corn Products Company" van New-York.

Over dit thema zijn verschillende boeken verschenen, zoals van Adrie OtteBrian Kunath (was ook te zien bij Brouwersch), Jean-François SimardGreg Hughes , Luc Pauwels & Sven Gatz,
Het voorwoord is van de hand van Dave Higgins, voorzitter van de Hoddesdon Winemakers of England. Dat verbaasd me, waarom een wijnmaker met zo veel craft brewing in de wereld? Het is echter tegelijk een teken dat het boek uit de beginjaren tachtig van de vorige eeuw stamt. Toen was wijnmaken in en bierbrouwen begin net op te komen.

Het eerste hoofdstuk gebruikt Jan van Schaik als introductie. Hij maakt al sinds 1970 wijn en pas later begon hij met het brouwen van bier. Hierbij geeft hij een pleidooi voor het zelfbrouwen. Volgens hem is het proces van brouwen, vanaf het moment dat het maïschen gedaan is, gelijk aan dat van het maken van wijn. Het verkrijgen van druiven- (of ander fruit)sap is eenvoudiger dan het verkrijgen van wort.

Wijn na bier geeft plezier. Wijndrinkers hebben tal van deftige termen om de smaak van wijn te beoordelen. Van Schaik wijst er op dat dankzij PINT, OPB en BAV dat ook voor bier komt. Het boek is dus van voor 2002 toen de OBP plots werd opgeheven. PINT en BAV bestaan nog, al is die laatste ook net met de hakken over de sloot. In Nederland werd destijds nog 95% pils gedronken en de toon van het boek is dus ook voor de bierliefhebber als leek, die bij bier automatisch denkt aan pils. Dat is tegenwoordig flink verander. Pils is thans bij bierliefhebbers niet langer automatisch synoniem aan bier. Volgens sommigen is het zelfs een uitstervende bierstijl, net zoals bitter en porter daarvoor.

Destijds, begin jaren tachtig, was pils nog oppermachtig. Wel was daar België met de speciaalbieren zoals kriek, witbier en zwaar blond. Zo staat op de achterkaft 'probeer zelf Pilsener, Kriek, Duvel, Bokbier of ieder ander bier naar eigen smaak te creëren.' Zou het boek anno nu uitkomen dan zouden daar wellicht IPA, Saison en Gose vermeld staan.

Het boek is in 1993 heruitgegeven en dat heeft wellicht te maken met hoofdstuk 2. Daarin staat vermeld dat sedert 1 januari 1992 het amateurbrouwers is toegestaan om bier te brouwen zonder accijns te hoeven betalen. De boodschap dat bierbrouwen niet moeilijk is en de meeste apparatuur al voor handen is, wordt nog een paar keer herhaald. Ik heb overigens wel mijn twijfels daarbij, aangezien we tegenwoordig behoorlijk wat strakkere en kleinere keukens hebben, zonder allerlei inmaakgerei. Wie heeft er tegenwoordig nog een schuimspaan? Ook het bierbrouwgebeuren is geprofessionaliseerd met hydrometer, jodiumproef en refractometer.

Hoofdstuk 3 gaat over het brouwen met een bierpakket met ingeblikt moutextract. Na die heldere uitleg wordt wat brouwerstaal uitgelegd. Zo leer ik dat diastatisch moutextract een moutextract is dat het enzym diastase bevat.

Hoofdstuk 5 gaat over de geschiedenis van bier. Dit is een standaardonderwerp wat bij elke brouwerij wel aan bod komt. Dit verhaal begint bij de Sumeriërs en Egyptenaren, Germanen en Romeinen. Ook gruit en gruitrecht wordt benoemd. Rond 800 kwam hop op in de Bohemen, maar door gruitrecht waren er marktbelangen die de verspreiding van hop verhinderden. Rond 1321 (dus pas 500 jaar later) werd in Holland hopbier gebrouwen. Van Schaik gaat vervolgens gedetailleerd in op wat jaartallen. Dit verrast me positief. Zo wist ik niet dat Vlamingen de hoptuinen in Kent hadden aangelegd en dat de tweede wereldoorlog verhinderde dat er in Nederland een dergelijke hopcultuur kon komen.
Wel was me bekend dat bier in de middeleeuwen veiliger was dan water en dat overheden met accijns op bier flinke opbrengsten behaalden. Er werden dan ook regels ter bescherming van de brouwers in de steden opgesteld. Van Schaik heeft aandacht voor de oude biersoorten. Het Goudse kuitbier wordt genoemd, net zoals Pharao, Israël, Meuselaer en Kleunbier of Keuyte. In 1775 verscheen een boekje van Van Lis over de indeling van de brouwerij. Het is me niet helemaal duidelijk of Van Lis of Van Schaik de verschillende soorten bier ten tijde van Van Lis opsomt: Mol (waarbij de schrijver (Van Lis of Van Schaik?) aangeeft dat dit biertype moeilijk te brouwen is omdat elk foutje opvalt), Luiks bier, Bruin bitter bier en Bredaas bier. Een ander boekje is van Jacobus Buys uit 1799 over de ambacht van bierbrouwen. Hierbij is ook een onderverdeling naar hop: Gelderse en Heusdense hop, Luikse hop, Engelse hop en Vlaamse hop. Ook heeft Buys enkele 'rampen' die de brouwer kan overkomen beschreven. Zo kon het destijds  voorkomen dat er wormen in het bier zaten, of lang bier (dat bij het schenken draden vormde). Destijds was de mouterij een vast onderdeel van de brouwerij.

Dat de wetenschap ook in bier was geïnteresseerd blijkt uit het gedicht van Consatijn Huygens dat Van schaik citeert en het onderzoek van Louis Pasteur. Van schaik citeert een zin van Pasteur uit diens Etudes sur la biere. Onduidelijk is waar hij dat doet. Daar had wat mij betreft wel wat meer duiding bij gemogen. Net zoals een verwijzing eerder naar het werk van Hippocrates.

Van Schaik geeft terecht aan dat Pasteur in 1870 begon met het onderzoek naar bier om de Franse achterstand op Duitsland in te halen. Jammer dat hij de politiek achterwege laat, dat Pasteur in die tijd was verdreven door de Duitsers, tijdens de Frans-Duitse oorlog van 1870. Ook de nuance dat het werk van Pasteur dan wel belangrijk was, maar dat het Pasteuriseren van bier niet door hem werd aangeraden (zie http://biervat.blogspot.nl/2016/03/brouwhistorie-spionage-wetenschap.html).

Tevens geeft van Schaik aan dat het rond 1870/1871 was dat de verandering plaatsvond van vooral bovengistend naar vooral ondergistend bier. Hierbij wordt nog eens het belang van koude onderstreept. In koude landen is er bier en in warme landen wijn. Ook komt plots weer zo'n anekdote/opmerking uit de lucht vallen over Egypte. Zo zou vroeger uit de Egyptische stad Péluze een goed bier komen, waardoor in Egypte de term 'vin de Péluze' wordt gebruikt. Bij de bespreking van het werk van Pasteur komt een hele rij wetenschappers aan bod: Fremy, Liebig en Lavoissier, gebroeders Buchner, Dubrunfaut, en Emil Christiaan Hansen. Ook is er een vermelding voor de koelmachine van de Duitser Van Linde, waarn ahet verhaal weer verder gaat over gist. Zo gebruikten bakkers tot in de 19e eeuw gist van de brouwers. Hansen slaagde erin om een gist-reincultuur te maken. Mautner in Wenen ontwikkelde een speciale bakkersgist. De Nederlander Van Marken ging naar Wenen en begon met die kennis een gistfabriek in Delft. Vervolgens hebben de eerste en tweede wereldoorlog de biermarkt danig verstoord. Na de tweede wereldoorlog nemen het aantal brouwerijen en biersoorten af. Het was interessant geweest om te weten welke soorten er toen waren. Wel was er al pils en Van schaik wijst er op dat de verschillen tussen de brouwerijen afnamen in de pils. In België is de verscheidenheid juist wel gebleven. Van Schaik vraagt zich af hoe dat toch kan.

Op blz. 28 staat een bijzondere overzicht aan biersoorten. De verdeling is in meer en minder dan 6 ºC en licht en donker. Vervolgens worden ze besproken: Pilsener, Berliner Weiss, Kölsch, weizen, witbier, tarwebieren, geuezebieren, Dortmunder (nauwelijks te onderscheiden van Pilsener), lichte hooggegiste bieren (zoals Witkap Stimulo), gemberbier (waarom deze niet gewoon staat onder fantasiebieren snap ik niet), alt, pale ale, bitter, brown ale, Münchener  (nauwelijks te onderscheiden van Dortmunder en Pilsener), märzen, oud bruin, (milk) stout, kriek/framboos, Vlaamse bruine bieren, Vlaamse roodbruine versnijbieren (hebben een zerp(?)smaak. de zerpe (?) smaak is verkregen door lagering op eikenhouten vaten), Nederlandse en Belgische speciaalbieren (wat een geweldige categorie, met o.a. Palm en Koninck, Raaf12 en Op-Ale), Rauchbier, tripel, doppelbock, weizenbock, Duvel-type, Barley-wine/ old ale, trappist (opmerkelijk dat Westmalle dan is vermeld onder tripel), abdijbieren (worden door Van Schaik beschreven als minder goed dan trappist, wat wellicht wat erg kort door de bocht is), Scotch ale, Imperial Russian Stout, Vlaamse bruine of provisiebieren, saisons, en bokbier.

De gedateerdheid van het boek valt op bij de voorbeelden van deze biersoorten, sommige van die bieren bestaan niet meer. Ook bij het zevende hoofdstuk valt de gedateerdheid op, maar is het zelfs vermakelijk: 'Een paar getallen. Ons land kent ongeveer 33 brouwerijen.'  Het zijn er tegenwoordig zo'n 330. :) Van Schaik vermeld alle 34 Nederlandse brouwerijen en tevens enkele Belgische brouwers.

Hierna gaat het over de grondstoffen, samenstelling en bewerking van bier.Ik merk hierbij dat in de jaren tachtig het zelfbrouwen echt hardcore was. Er wordt over mouten en eesten gesproken en over hoe je dit zelf kan doen. Er worden verschillende moutsoorten beschreven. vervolgens wordt ook glucosesiroop van Cerestar uit Sas van Gent en Amylum uit Gent genoemd om te brouwen via de High Gravity Brewing-methode.

Na allerlei toevoegingen zoals honing, zoethout en gagel komt hop aan bod. Hop werd voorheen geteeld in Nederland, maar door ziekten als meeldauw is dat gestaakt. andere bekende velden zijn in België, Duitsland, Engeland en Nieuw-Zeeland. Zo noemt hij gebieden als Kent, Aalst en Poperinge. Het valt mij op dat Amerika niet wordt genoemd. Opmerkelijk, aangezien de hop uit de Yakima valley de Amerikaanse brouwers zo bekend heeft gemaakt. Wel wordt beschfreven wat het juiste moment voor de hopoogst is en worden verschillende hopproducten benoemd. Ook wordt een tabel aan hopsoorten besproken. Ik heb zelf ook al eens hopsoortenbesproken, maar datverveeld nooit:
Golding selecteerde in 1790 een hop in Canterbury: Golding-hop.
In 1861 werd hop gevonden en in 1875 opgekweekt door R. Fuggle. Deze Fuggleshop, kreeg nazaten waaronder de Cascade.
In Bramling nabij Canterbury selecteerde men op de Musgrave Hilton boerderij de Bramlinghop.
In 1927 kruisten men een Bramling met OL45 tot Bramling Cross.
R.A. Neve kweekte de Northdown-, Yeoman- en Zenith-hop. In 1963 kweekte R.A. Neve een hop die door Van Schaik wordt benoemd als 'een van de beroemdste nieuwe variëteiten': Challenger. In 1965 kweekte Neve de Target-hop.
Saaz-hop wordt ook genoemd. Ook hier valt de leeftijd van het boek op, aangezien nog gesproken wordt over Tsjecho-Slowakije. De splitsing in 1993 zal bij de herziening in 1993 wellicht nog te recent zijn geweest, maar in 2000 had men dit kunnen herstellen.
Bullion en Brewers Gold zijn gekweekt door E.S. Salmon, (van het Wye College).
Hueller is gekweekt door het Huell instituut, een tegenhanger van Wye College. Wye College is overigens ondertussen gesloten.

Na hop, gaat het opnieuw over gist. Na een uitvoerig verhaal gaat het over water. Over filteren, ontharden en pH-waarden. De pH van 5,2 schijnt belangrijk te zijn.
De pH is te sturen met melkzuur, zoutzuur, zwavelzuur en fosforzuur, zo blijkt later. Ik mis wel het verhaaltje over calcium en gips en natronloog om de pH te sturen.

Na de pH en sulfaten gaat het nog over klaren met middelen zoals vislijm of isinglas, gelatine, Iers mos (eiwitklaringsmiddel).  Schuimbevorderen kan met alginaten, glycoproteïnen en isohumulone. Die laatste is verantwoordelijk voor de schuimring in je glas. Overigens werkt tarwemeel ook...

Het 10e hoofdstuk in het boek gaat over gereedschap voor de thuisbrouwer. Hieruit maak je al op dat het is bedoeld voor handige mensen die graag zelf knutselen. Het bierbrouwen wordt niet beschreven als iets dat met gewone keukengerei kan worden gedaan. Ook een refractometer ontbreekt in het verhaal. Wel worden een pycnometer en hydrometer besproken. De pycnometer heb ik wel eens gebruikt, maar dat was erg onhandig (ik zag het vullijntje niet). De hydrometer is ook makkelijk te gebruiken.

Na een kort hoofdstukje over hygiëne gaat het boek in op het brouwen. Het schroten wordt kort besproken en daarna het maïschen. De verschillende verstijfseltemperaturen worden benoemd.
De stijgende infustiemethode, de dalende infusiemethode (Engelse infusiemethode), decoctiemethode (drietraps-, tweetraps- en eentrapsmethode) en slijmmethode.

Vervolgens komt dus weer de pH en temperatuur om de hoek. Maar ook de storting en de eiwitrust. Er wordt een hele tabel aan cijfertjes gegeven met enzymen en hun temperaturen. Ook is er uitleg over de zetmeeltest met jodium. Hierna komen berekeningen aan bod om het soortelijk gewicht te berekenen en de hopdosis. Op blz. 96 en 97 staan foto's die wat mij betreft wel aangeven dat brouwen een natuurlijk proces is en een ambachtelijk iets is.

Na het fotografisch intermezzo gaat het verhaal verder over het kookproces. Daarbij gaat 10% water verloren per uur, evenals een groot deel van het hoparoma. Na het koken is er aandacht voor koelen (met koelspiraal) en het gistingsproces. Tijdens het gisten kunnen er blijkbaar bruine vlekken op het schuim te zien komen. dat is dan hophars die bij zinken de smaak nadelig kunnen beïnvloeden. hij raadt dus aan om het met een steriele schuimspaan af te scheppen. Ondergisting gebeurt onder in bij lage temperatuur en bovengisting gebeurt bij kamertemperatuur boven in het bier. Over wilde / spontane gisting lees ik niets.

Het bottelen wordt beschreven in het veertiende hoofdstuk. Als tip wordt meegegeven dat mislukt bier bijgestuurd kan worden: met geïsomeerd hopextract, melksuiker of bierkleurstof en een beetje suiker in het flesje.

Zuur bier wordt ook benoemd in het boek. Laten rijpen is de tip. Azijnzuur en melkzuur zorgen voor deze zure smaak, en deze verminderd in de tijd. Ik heb echter nog wat flessen staan van een jaar geleden en dat smaakt nog steeds vies zuur, helaas. Ook wordt door Van Schaik de 'beerbrite cap' beschreven.

Het serveren van bier en de verschillende bierglazen worden besproken in hoofdstuk 15, waarna in het 16e hoofdstuk 60 (!)  bierrecepten worden gegeven, van o.a. D. Walsh, K. van Loenhout en F. Aerts. Daarna wordt aandacht besteedt aan brouwwedstrijden, waarna tenslotte nog brouwproblemen worden behandeld:

Te laag soortelijk gewicht: tekort is met o.a. suiker aan te vullen.
Het water loopt niet door: had er wat kaf of zemelen bij gedaan.
Schimmel (Candida Mycoderma) kan op het bier groeien en veranderd alcohol in water(!): afvullen zodat het vat overloop, waarbij de gist zal meestromen. Pasteuriseren: het bier verwarmen tot 70 ºC.

Waas bij afkoelen door eiwit en polyphenolen, door te weinig eiwitrust: klaringsmiddel zoals Polyclear.

En zo gaat het maar door, met allerlei uitleg en daardoor vind ik het een behoorlijk goed naslagwerk.

Daarna gaat het over biertrips, tabellen, boeken en tijdschriften, met nuttige adressen. De reclame op het einde verraadt de leeftijd van het boek.

BMS Wijndepot in Kuurne bestaat nog steeds en heeft tegenwoordig een website.
DA De Lang Rotterdam, niet te verwarren met een Drogisterij De Lang uit Barendrecht (of juist wel?).
Drogisterij Rob van Gelder uit Amsterdam
Martin Postorder uit Eindhoven, kan ik niet vinden, maar wel vermeld  op
https://groups.yahoo.com/neo/groups/heksentuin/conversations/messages/116.
Souplesse Import uit Oeffelt, maar die website werkt niet (meer?)...
Farma-import uit Beverlo (Een aantal jaren heeft Farma Import een naamsverandering gehad. Deze firma heet nu Brouwland! www.hobbybrouwen.nl/artikel/nieuwf.html)
Postorder Van Rein uit Valthermond (? de website komt uit op http://vitis-vino.nl/product-categorie/bierbereiding/)
Wijnerij uit Soest (niet te verwarren met de Wijnerij in Amsterdam)
Drogisterij Lamat uit Utrecht
De Bottelaar uit Berchem...





Hopthema: wet hopping

$
0
0
Fordham & Dominion Brewing Co. Release Hop Lips IPA
Hop Lips IPA showcases both Nelson-Sauvin and Citra hops with notes of white wine fruitiness, melon, lime, and passion fruit. These big aroma and flavor varieties alongside a classic east coast malt body create an IPA drinkers best friend. “Can you believe we’ve been brewing good beer since 1989 and here we are in 2015 releasing our first ever IPA?” said Jim Lutz, President and CEO of Fordham & Dominion Brewing Co. (http://thefullpint.com/beer-news/fordham-dominion-brewing-co-release-hop-lips-ipa/)

http://m5.paperblog.com/i/113/1137964/liftbridge-hop-dish-ipa-cans-getaway-pilsner-L-j3d71L.png

Hoppin’ Frog Hop Dam Triple IPA Release December 13-14, 2013
Brewing Hop Dam Triple IPA required us to build a large stainless steel hop dam for our kettle, just for this beer!  It was worth all the effort, because this beer is extremely hoppy and very satisfying, using 50% more hops than our Mean Manalishi Double IPA!!  Hop Dam has a bitterness level that is very high, but refined, and therefore quite refreshing.  Along with all the standard hop additions during the boil, it is also mash-hopped, first-kettle-hopped, and dry-hopped!!!  Hop Dam is a 100% American-style IPA, dominated by the top-rated, assertive and refined Amarillo hops, along with lots of great aroma and flavor from the popular Columbus and Centennial hops.  These are some of my favorite hops, and they work great together, making Hop Dam TRIPLE IPA our new standard for hoppy beers!! And at 10.0% alcohol by volume (http://thefullpint.com/beer-news/hoppin-frog-hop-dam-triple-ipa-release-december-13-14-2013/)

Otter Creek Hop Session Ale is smooth but pales in comparison for hoppiness and body. Perhaps the fact that Hop Session Ale is not a true IPA holds it back from being something more (http://colbinski.blogspot.nl/2013/09/ipa-madness-tourney-2013-ii-round-1.html).



BridgePort Hop Czar, an Imperial IPA brewed from our award winning IPA recipe, first introduced to rave reviews in 2008. It is a triple-hopped bottle-conditioned, Imperial-style IPA that carries a deep malt background with enthusiastic citrus and floral notes paired with high hop bitterness. The newest in our permenant 6-pack line, the Hop Czar recipe blends copious amounts of Nugget, Chinook, Cascade and Centennial hops (hwww.missionbar.com/2011/08/bridgeport-hop-czar-imperial-ipa-on-tap/).
Fresh Hop Ale
When hops are harvested, there is a 48 hour period when they can be used fresh in the brewing process. This year, we had 420 lbs of fresh Centennial hops air-shipped to us. We used these hops to brew Fresh Hop Ale 2014 - our first Session IPA.
This single-hop beer comes in at 5.25% ABV and 69 IBUs. In addition to the typical hop additions of an IPA, we added the freshly harvested Centennial hops towards the end of the boil to create a very hoppy, but very drinkable IPA. The fresh hops create a slightly softer bitter than dried hops do.
Specifications
Original Gravity:1.045
Bitterness:69 IBU
Alcohol Content:
By weight - 4.2%;
By volume - 5.25%
 (www.saintarnold.com/beers/fresh_hop_ale.html)


Triple IPA is a difficult style of beer to master and breweries that do it well are highly revered,” says Kim Sharpe Jones of the Washington Beer Blog...To brew a good Triple IPA, brewers use a substantial amount of malted barley, which provides the elevated alcohol content. To balance-out the malty sweetness and give the beer its requisite hoppy character, brewers rely on substantial quantities of hops. In Washington, hops are more than an ingredient; they’re a way of life. The Yakima Valley produces between 75 and 80 percent of the nation’s hop crop each year and some of the farms are operated by families that have grown hops for four and five generations (www.washingtonbeerblog.com/2nd-annual-hop-mob-triple-ipa-roadshow/).

VICTORY HOP DEVIL IPA NITRO
6.7 ABV · Brewed by Victory Brewing Company
Bold, spicy and Menacingly Delicious™, this American hopped India Pale Ale offers an aromatic punch and then follows through with a lasting, full-bodied finish provided by quality German malts (www.thehavanahouse.com/?portfolio=victory-hop-devil-ipa-nitro).

Hop Zone Session IPA
Hops. You love them, but drinking a bigger IPA usually means that it’ll be a short session and that’s just no good. So here’s a session IPA packed full of Simcoe, Nelson Sauvin and Galaxy hops that’ll let you get your lupulin hit all day long. Get in the zone. Stay in the zone. The Hop Zone!
Malt: Australian Pale, Munich, Carahell
Hops: Simcoe, Nelson Sauvin, Galaxy

Fort Collins Brewery The Incredible Hop Imperial Wet Hop IPA Beer, Colorado, USA

Rocky Hop IPA™ The aroma presents lightly spiced orange marmalade and visually has a hazy orange hue. A slight malty start transitions into a big orange and grapefruit peel flavor that ends with refreshing hop bitterness (http://sawworksbrewing.com/brews/seasonal-ipa/).

Buffalo Bill stout

$
0
0


Bij dit bier denk ik aan Buffalo Bill. Wie was dat ook alweer?

William Frederick Cody is bij de mensen beter bekend als Buffalo Bill. Deze historische figuur leefde van 1846 tot 1917 en is door zijn doen en laten één van de grootste symbolen van de Amerikaanse Far West. Dit komt omdat hij betrokken was bij de gold rush, de Pony Express, de aanleg van spoorwegen, het veehoeden en de permanente strijd tegen de indianen. Al die zaken gebruikte hij later tijdens zijn Buffalo Bill's Wild West Shows waarmee hij de ganse wereld mee afreisde. De man groeide zo uit tot een mythisch figuur die met brio twee levens combineerde. Enerzijds was hij gids en verkenner binnen het Amerikaanse leger, anderzijds was hij een echte showman (http://users.skynet.be/fc277856/informatie/buffalobill.htm).


Buffalo Bill (Scott County (Iowa), 26 februari 1846 – Denver (Colorado), 10 januari 1917), eigenlijk William Frederick Cody, was een van de kleurrijkste figuren uit het Wilde Westen.
Zijn bijnaam kreeg hij toen hij een baan aannam om de werkers aan de Kansas Pacific Spoorweg te voorzien van bizonvlees (de Engelse benaming voor de bizon is buffalo). Cody won de bijnaam toen hij in een wedstrijd “buffels schieten” won met 69 tegen 48.
Hij had veel baantjes, waaronder huidenjager (trapper) stierenvanger, goudzoeker (Forty-niner) in Colorado, ruiter in de Pony Express in 1860, gids bij kolonisten-karavaans, menner van postkoetsen, soldaat in de Amerikaanse Burgeroorlog en hotelmanager. Hij werd beroemd door zijn Wild West Show (https://berichtenuithetverleden.wordpress.com/2011/09/19/buffalo-bill-in-brussel-1891/).


Buffalo Bill (Scott County, 26 februari 1846 – Denver, 10 januari 1917), eigenlijk William Frederick Cody, was een van de kleurrijkste figuren uit het Wilde Westen.
Zijn bijnaam kreeg hij toen hij een baan aannam om de werkers aan de Kansas Pacific Spoorweg te voorzien van bizonvlees (de Engelse benaming voor de bizon is buffalo). De bijnaam werd eerder al gegeven aan een zekere Bill Comstock. Cody won de bijnaam toen hij in een wedstrijd "buffels schieten" won met 69 tegen 48.
Hij had veel baantjes, waaronder huidenjager (trapper) stierenvanger, goudzoeker (Fifty-niner) in Colorado, ruiter in de Pony Express in 1860, gids bij kolonisten-karavaans, menner van postkoetsen, soldaat in de Amerikaanse Burgeroorlog en hotelmanager. Hij werd beroemd door zijn Wild West Show.
William Cody ontving in 1872 de eremedaille (Medal of Honor) voor "betoonde moed in actie" gedurende zijn dienst als burgerverkenner voor de Cavalerie. Deze medaille werd op 5 februari 1917, 26 dagen na zijn dood, weer ingetrokken omdat hij burger was en er geen recht op had volgens nieuwe richtlijnen die het leger in 1917 uitgaf. In 1989 werd de medaille nogmaals aan hem toegekend.
Na zijn belevenissen in het "westen" ging Buffalo Bill de showbusiness in. Hij toerde door de Verenigde Staten met spektakels gebaseerd op zijn "Western"-avonturen. In 1883 richtte hij de "Buffalo Bill Wild West Show" op, een circusachtige attractie die jarenlang rondtrok. Zowel Annie Oakley (een vrouwelijke scherpschutter) als Sitting Bull maakten deel uit van deze show. De show van Buffalo Bill inspireerde Irving Berlin tot het schrijven van de musical Annie Get Your Gun in 1946.
In 1887 trad hij met het hele circus op in Londen bij de viering van het jubileum van koningin Victoria en in 1889 maakte hij een tour door Europa, inclusief de Wereldtentoonstelling in Parijs.
Hij sloeg zijn tenten op in de nabijheid van de wereldtentoonstelling van 1893 in Chicago, een slimme zet die zeer bijdroeg tot zijn populariteit.
Tijdens zijn veelbewogen leven zag hij het Amerikaanse westen dramatisch veranderen. Tegen het eind van zijn leven maakte hij nog mee dat in zijn geliefde Wyoming de exploitatie van steenkool, aardolie en aardgas begon. In 1904 werd in de Shoshone-rivier een stuwdam gebouwd voor de opwekking van elektriciteit en voor irrigatie. Deze kreeg de naam Buffalo Bill Dam.
Na zijn dood werd hij op eigen verzoek begraven in het Lookout Mountain Park in Colorado, even ten westen van de stad Denver aan de rand van de Rocky Mountains en uitkijkend over de grote vlakte (Great Plains) (https://nl.wikipedia.org/wiki/Buffalo_Bill).


Hunting and killing over 4,000 buffalo earned Buffalo Bill Cody his nickname, and his status as an Old West legend was cemented with his traveling Wild West show.
...Born near LeClaire in Scott County, Iowa, on February 26, 1846, William F. Cody worked for a freight company as a messenger and wrangler before trying his luck as a prospector in the Pikes Peak gold rush in 1859. The next year, at age 14, Cody joined the Pony Express, fitting the bill for the advertised position: "skinny, expert riders willing to risk death daily."...Buffalo Bill Cody rode on the Pony Express at the age of 14, fought in the American Civil War, served as a scout for the Army, and was already an Old West legend before mounting his famous Wild West show, which traveled the United States and Europe.
...
Cody later served in the American Civil War, and in 1867 he began buffalo hunting (to feed constructions crews building railroads), which would give him the nickname that would define him forever. His own assessment puts the number of buffalo he killed at 4,280, in just over a year and a half.
In 1868, Cody returned to his work for the Army as chief of scouts (and his ongoing work with the military garnered him the Congressional Medal of Honor in 1872, which was subsequently stripped and then reinstated), all the while becoming a national folk hero thanks to the dime-novel exploits of his alter ego, "Buffalo Bill.” In late 1872, Cody went to Chicago to make his stage debut in The Scouts of the Prairie, one of Ned Buntline’s original Wild West shows (Buntline was also the author of the Buffalo Bill novels). The next year, "Wild Bill" Hickok joined the show, and the troupe toured for ten years.
In 1883, Cody founded his own show, "Buffalo Bill's Wild West," a circus-like extravaganza that toured widely for three decades in the United States and later in Europe. Besides Buffalo Bill himself, the Wild West show starred sharpshooter Annie Oakley and, for one run, Chief Sitting Bull (www.biography.com/people/buffalo-bill-cody-9252268#buffalo-bill-the-hero).

Van april 1883 tot november 1916 trok Buffalo Bill rond met zijn Wild West Show. Driemaal maakte hij een tournee door Europa. Hij verbleef daarbij zo’n tien jaar in onze streken. Tijdens de eerste oversteek in 1887-1888 mocht enkel Engeland getuige zijn van het openluchtspektakel. Maar gedurende de twee volgende tournees, tijdens de periode 1889-1892 en 1902-1906, werden er in totaal ongeveer tien landen bezocht, waaronder twee keer België.(Frankrijk, Luxemburg, Italië, Duitsland, Hongarije, Oostenrijk, Roemenië, Engeland, België en Spanje.)
In  1891 (28 mei) kwam de Wild West Show voor de eerste keer naar België Gedurende twee  volle weken werden er voorstellingen gegeven. Op 11 juni ging het naar naar Antwerpen waar ze bleven tot en met 17 juni. Daarna trok de show Engeland.
Omdat de Belgische bevolking nog nooit de gelegenheid had gekend indianen in levende lijve te zien, was de komst van de Wild West Show een apart en sensationeel gebeuren. De personages van de romantische verhalen over het Wilde Westen zouden nu echt in ons land te bewonderen zijn (https://berichtenuithetverleden.wordpress.com/2011/09/19/buffalo-bill-in-brussel-1891/).

Van april 1883 tot november 1916 trok Buffalo Bill rond met zijn Wild West Show. Tot driemaal toe maakte hij een tournee doorheen Europa en verbleef daarbij zo'n tien jaar in onze streken. Tijdens de eerste oversteek in 1887-1888 mocht enkel Engeland getuige zijn van het openluchtspektakel. Maar gedurende de twee volgende tournees, tijdens de periode 1889-1892 en 1902-1906, werden er in totaal ongeveer tien landen bezocht[109], waaronder twee keer België.
Op donderdag 28 mei 1891 zette de Wild West Show zijn tenten voor de eerste keer op in België Twee volle weken werden er voorstellingen gegeven. Op donderdag 11 juni verhuisde het gezelschap naar Antwerpen waar ze bleven tot en met woensdag 17 juni. Daarna trok de show naar Grimsby, Engeland.
In 1906, het laatste jaar van de derde Europese tournee, hield de Wild West Show opnieuw halt in België Op vrijdag 14 september arriveerde Buffalo Bill in Brussel. Enkele dagen later, op dinsdag 18 september, was Antwerpen aan de beurt en tenslotte werd op donderdag 20 september Gent aangedaan. Daarna vertrok de Amerikaanse delegatie onder leiding van Buffalo Bill voorgoed naar Amerika.
 Wanneer Buffalo Bill in mei 1891 voor de eerste keer naar België kwam, kenden zowel Brussel, Antwerpen als Gent...Wanneer Buffalo Bill vijftien jaar later nogmaals in België kwam optreden...Wat Antwerpen betreft, zou de show twee dagen in de havenstad verblijven (18 en 19 september 1906). Er zouden per dag twee voorstellingen worden gegeven, om 2u en om 8u. Men mocht echter al binnen vanaf 1u en 7u.[125] Maar waar de tenten werden opgesteld, hoeveel een ingangsticketje kostte, hoeveel zitplaatsen er voorzien waren en wat men eigenlijk van de show mocht verwachten, daar had het publiek het raden naar....Tussen 14 en 21 september 1906 was Buffalo Bill voor een laatste keer te zien in Belgie. Hij was reeds twee jaar op tournee en Belgie kreeg de eer om hem als laatste te mogen ontvangen. Een uitgebreide paragraaf over de successen die de show de vorige jaren in Frankrijk en Engeland, alsook in Italië, Hongarije en Duitsland reeds had geboekt, moest het volk overtuigen om deze laatste opvoeringen niet te missen (www.ethesis.net/buffalo_bill/buffalo_bill_deel_II.htm).

Four Years in Europe with Buffalo Bill
Door Charles Eldridge Griffin

Buffalo Bill and Sitting Bull: Inventing the Wild West
Door Bobby Bridger

Buffalo Bill in Bologna: The Americanization of the World, 1869-1922
Door Robert W. Rydell,Rob Kroes

Perhaps no one represented the West better than Buffalo Bill. He was a jack of all trades and at one point was considered the most famous man around.
"He was probably the best known man of his era," said Steve Friesen, Director of the Buffalo Bill Museum on Lookout Mountain. "He rode in the pony express, he was a scout, he was a buffalo hunter, and he even came to Colorado during the gold rush."
He did all that before going into showbiz.
"I mean he really has this collection of experiences in the American West that mirror the history of the American West," Friesen said.
While Buffalo Bill's heart was in Colorado, many argued he should have been buried on a different mountain: Cedar Mountain located near the town he founded: Cody, Wyo.
While his life was interesting, so was his death. Buffalo Bill is buried high atop Lookout Mountain just outside Golden.
"Because on top of Lookout Mountain on a clear day you can look to the east and you see the Great Plains spread out at your feet, and you look to the west and you see the Continental Divide in the Great Rocky Mountains. Both places he loved," Friesen explained.
While Buffalo Bill's heart was in Colorado, many argued he should have been buried on a different mountain: Cedar Mountain located near the town he founded: Cody, Wyo.
"He wrote in a will in 1906 that he wanted to be buried on Cedar Mountain in Cody, Wyo. But he wrote another will in 1913 that superseded the original will, and in that, he did not spell out where he wanted to be buried. He just left it up to his wife," Friesen said (http://legacy.9news.com/story/news/local/storytellers/2015/01/02/buffalo-bill-death/21191731/).



Maar enfin, we zouden het over het bier gaan hebben. Ik blijk het etiket niet verkeerd begrepen te hebben. De afbeelding verwijst inderdaad naar Buffalo Bill:

In 1906, William F. "Buffalo Bill" Cody took his traveling circus on the road to Belgium, performing in Antwerp, Brussels, and half a dozen other cities. Now, more than a hundred years later, a beer that was accidentally brewed as a result of that tour (according to legend, that is) has made its way to Colorado, where the famous buffalo hunter is buried.
Buffalo 1907, as well as two other beers made by the van den Bossche brewery in Sint-Lievens-Esse, Belgium, will be served on January 14 at a party at the Cheeky Monk Belgian Beer Cafe that will be attended by van den Bossche's head brewer, Belgian dignitaries and Steve Friesen, director of the Buffalo Bill Museum and Grave.
But like just about everything having to do with Buffalo Bill, there are a few mysteries surrounding the tale of Buffalo 1907.
Here's how the common story goes:
In 1907, Cody brought his Buffalo Bill's Wild West Show to the town square in Sint-Lievens-Esse, where nearly the entire population turned out to watch the exotic spectacle. This included brewery founder Arthur van den Bossche and his employees, who all attended the circus, leaving behind just one person -- either a junior brewer or a paid lackey, depending on who's telling the story -- to tend to the brew kettles.
But the young man forgot to stir the beer while everyone was away, which meant that the beer at the bottom of the kettle was roasted or burned by the heat. Van den Bossche was angry at first, but after tasting the beer, he realized that it wasn't bad and decided to sell it. And the brewery has been selling the dark roasted beer ever since.
Whether the story is true is anyone's guess, but there are a few factual problems from Friesen's end that will need clarification. For one thing, the Wild West Show went to Belgium in 1906 -- not 1907 -- and there is no record of it being in Sint-Lievens-Esse.
"Buffalo Bill's Wild West did appear in Brussels, just thirty kilometers from Sint-Lievens-Esse, from September 14 to 17 in 1906," he writes in an e-mail. "It also appeared in Ghent, just 23 kilometers from Sint-Lievens-Esse, from September 20 to 21. Perhaps the brewery staff made the trip to one of those towns when the beer got burned, but saying the show was in the town square made it a better story.
"Or perhaps the show did indeed stop in Sint-Lievens-Esse between September 17 and 20, and we simply haven't yet run across that information. The show was somewhere during those days; we just haven't discovered where," Friesen continues.
The problem with the dates isn't as critical, "since dates often get mixed up when stories are told," he adds. "So the mystery remains for the moment. I do intend to clear up one mystery at the Cheeky Monk, and that's whether I like the taste of 'burned' beer."
Cheeky Monk owner James Pachorek definitely likes it. "It has a distinct smoked flavor to it, but not as heavy-duty as a rauchbier, not that full-on bacon flavor."
But he has some questions of his own for the brewery. "I always wondered about the story," he says. "It sounds like an old fish tale where the fish keeps getting bigger every year."
Whatever the truth, you can check out the beer for yourself ... (www.westword.com/restaurants/buffalo-bill-belgium-and-a-mysterious-beer-story-at-the-cheeky-monk-5735896)

Wat vond ik van het bier?
Ik vond de geur wat zurig. De geur doet niet denken aan een stout. Het bier heeft veel koolzuur in zich en een beetje smaak van gebrande mout. In de nasmaak zit een zoetje en geen bittertje, althans in mijn beleving.
Wat vinden anderen?

Hoewel de wedergeboorte van Stout in onze contreien zich volstrekt ongerelateerd met van de economische crisis, onverminderd voortzet, sluit Bierman niet geheel bij voorbaat uit dat enige twijfel in het hart van zelfs zijn trouwste lezers was geslopen, geïnstigeerd door het uitblijven van verdere berichtgeving hieromtrent. Alle begrip hiervoor natuurlijk, twijfel en geloof gaan hand in hand. Maar terwijl de wereld langzaam verder ging met gek worden, zat Bierman het Antwerpse Bierhuisje hard te genieten van een Buffalo Belgian Stout uit Sint Lievens Houtem. Een bier waarover Bierman u graag meer vertelt.
De Buffalo is de absolute ondergrens van de Stout. Het bier is donderbruin in plaats van zwart, de body is wat minder plakkerig en alle voor de hand liggende Stoutsmaken (zoet in de aanhef, gevolgd door gebrande smaken, chocolade en koffie en in de afdronk wat bitterheid) komen wat minder sterk door. Ook het alcoholpercentage van de Buffalo haalt de dubbele cijfers niet meer. Maar Less is More en De Buffalo Belgian Stout is een heerlijk stevig doordrinkbier geworden dat met veel verdienste de brug slaat tussen Barley Wine en Russian Imperial Stout.
En daarmee is Bierman weer eens van zijn wankele barkruk gevallen van het verschieten. De Stout is in onze contreien nog maar pas hergeboren en hij wordt alweer heruitgevonden door één of andere brouwer weer eens iets nieuws wilde proberen (http://gertvanlangendonck.blogspot.nl/2012/02/buffalo-belgian-stout.html).

Buffalo Belgian Stout - Brouwerij Van den Bossche
Brewed by:
Brouwerij Van den Bossche
Belgium | website
Style | ABV
Belgian Strong Dark Ale | 9.00% ABV
(www.beeradvocate.com/beer/profile/893/20345/)


Buffalo Stout
Naam brouwerij:Van Den Bossche
Smaak:Koffie
Stijl:Stout
Alcohol %:9.0 %
Gisting:Hoge gisting
Geur:Verbrande mout
(www.drankenpauwels.be/nl/dranken/dranken-cat/bieren/buffalo-stout.htm)

Buffalo Belgian Stout03mei12
Alc. 9%
Brouwerij Van den Bossche (Sint-Lievens-Esse)
Beschrijving: Stout van hoge gisting, met hergisting in de fles.
Ingrediënten: Mout (pils, pale ale, karamel & roast), hop, gist, vergistbare suiker, water.
Geproefd: Eerder zoet aroma (van karamel en/of kandij), met toetsen van gebrande mout en koffie in de verte. De smaak is vrij zoet voor een stout en doet mij eerder aan een dubbele denken, echter toch ook wel met dat moutige, maar met meer karamel- dan geroosterde moutsmaak.
Weetje: Werd voor het eerst gebrouwen n.a.v. de 100ste verjaardag van het Buffalo 1907-bier, aanvankelijk op verzoek van een Amerikaanse importeur (https://lambikstoemper.wordpress.com/2012/05/03/buffalo-belgian-stout/).

De legende die de brouwer overigens van onder het stof blaast rond zijn bier is de moeite van het vertellen meer dan waard. Ze vertoont wel wat gelijkenissen met andere bierlegendes, wat meestal wijst op een iets geringere historische nauwkeurigheid. Maar het mooie aan legendes is dat dit eigenlijk geen bal uitmaakt. Bierman citeert even van op de site: Toen rond 1907 het Amerikaanse circus ‘'Buffalo Bill'' zijn tenten op het dorpsplein had opgeslagen vroegen de brouwersgasten aan grootvader Arthur of zij tijdens het koken van het bier naar de middagvertoning mochten gaan van het circus.
De brouwersknechten betaalden een jongen om tijdens de voorstelling op het vuur onder de brouwketel te letten. Die had goed gestookt doch weinig geroerd zodat het bier licht verbrand was en er een ander bier was ontstaan. Eigenlijk de schuld van het circus. Men liet het bier gisten en na afloop had men een bier dat zwaarder was en een niet onaangename licht verbrande smaak had. Het bier werd verkocht onder de naam ‘'Buffalo'' en wordt heden ten dage gebrouwen met speciale mouten om dezelfde smaak te bekomen.
Buffalo Bill en zijn rondreizend circus, het Cirque Du Soleil van voor de Grooten Oorlog,  moeten bij het begin van vorige eeuw heel wat indruk hebben gemaakt op locale bevolking. Het feit dat dit ongelooflijk mooi gestileerde beeld nu terugkomt op een smakelijk vintage bier, zoals oma en opa het in hun jonge jaren nog dronken is voorwaar een weinig ontroerend. De Stout in België wacht nog gouden jaren (http://gertvanlangendonck.blogspot.nl/2012/02/buffalo-belgian-stout.html).

Er is ook een brouwerij:

Buffalo Bill's Brewery
1082 B Street
Hayward, California, 94541
United States
www.buffalobillsbrewery.com
In 1983 Buffalo Bill’s Brewery pioneered a bold new direction in American brewing. Today, as one of the nations oldest brewpubs, Buffalo Bill’s continues to offer a great selection of outstanding craft beer, including year-round favorites as well as seasonal specialties (http://buffalobillsbrewery.com/).


Perhaps no other brewery better personifies the maverick attitude of the microbrewing industry than Buffalo Bill’s Brewery. One of the first brewpubs in America, started in 1983, Buffalo Bill’s helped launch what has been coined as the microbrewery renaissance.
In the early 1980s, beer enthusiast and famed photojournalist Bill Owens envisioned opening an authentic brewpub similar to those that existed in England. It would serve homemade, hearty libations with character and integrity. At the time, California law prevented the joint operation of a brewery and pub, and true beer lovers had few alternatives to watery, mass produced beers, unless they could figure out how to make their own home brew.
The law changed in early 1983, giving brewpubs the green light to draft their own beer on the premises. Owens, a pioneer in the early brewpub movement, poured himself into making his dream a reality and opened Buffalo Bill’s Brewery in Hayward California, one of the first brewpubs in America.
In 1994, Owens sold Buffalo Bill’s to then, brewer, Geoff Harries, who continues to carry on the brewing legacy. Originally a homebrewer, Harries started brewing beer in his parents garage, and began working with Bill in 1987. ... Having started as a homebrewer and winning awards, Harries typified the homespun culture of the craft brewing movement, and quickly found a path making beer for others. Over the past 30 years he has expanded Buffalo Bill’s Brewery into 40 states across the US, and is now embarking on his newest venture, Russell City Distillery (http://buffalobillsbrewery.com/about/).

Buffalo Bill’s Brewery heeft een Black Pumpkin Oatmeal Stout (7.5%) en een Blueberry Oatmeal Stout (7.5%). Geen idee hoe die smaken, maar de Buffalo Stout van Van Den Bossche vind ik toch een wat mindere stout. De legende om het bier heen, is dan weer wel interessant. Is het een Belgium Dark beer?

Tanks bestaan 100 jaar

$
0
0

Op 15 september 1916 gebruikten de manschappen van Haig een nieuw wapen: de tank. Die was in 1915 op aandringen van Winston Churchill in het geheim ontwikkeld vanuit een visionair ontwerp van een soort ‘landschepen’, ruitvormige stalen gevaartes op rupsbanden. Maar met de tanks was nog te weinig geoefend, en het aantal van vijftig (waarvan er enkele door defecten snel uitvielen) was lang niet voldoende om een doorbraak te forceren. Bovendien werden de tanks verkeerd ingezet, namelijk afzonderlijk, ter ondersteuning van de infanteristen. Een aantal tanks werd uitgeschakeld door de Duitse artillerie. Het psychologische effect was wél belangrijk: de Duitsers hadden aanvankelijk geen antwoord op dit piepende en knarsende monster dat tot hun grote schrik over hun loopgraven heen kon walsen (http://historiek.net/de-slag-aan-de-somme-1-juli-18-november-1916/38639/).


Al in 1855, en later tussen 1903 en 1915 waren er ideeën over zelfaangedreven gepantserde (rupsband)voertuigen met bewapening, bij o.a. Levavasseur, H.G. Wells, David Roberts, Lancelot de Mole, en Vasily Mendeleev, maar ook bij de Duits-Oostenrijkse zijde:

An engineer in the Austro-Hungarian Army, Lieutenant Gunther Burstyn, inspired by Holt tractors, designed a tracked armoured vehicle in 1911 carrying a light gun in a rotating turret; equipped also with hinged 'arms', two in front and two at the rear, carrying wheels on the ends to assist with obstacles and trenches, it was a very forward-looking design, if rather small. The Austrian government said it would be interested in evaluating it if Burstyn could secure commercial backing to produce a prototype. Lacking the requisite contacts, he let it drop. An approach to the German government was similarly fruitless (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_in_World_War_I).

Since World War One, those monstrous armored vehicles have been called "tanks"...but why? Originally, these new armored vehicles were called 'landships' from the H.G. Wells 1904 story, or "land cruisers" or even 'caterpillar machine gun destroyers', but the project was concealed to maintain security prior to their deployment. The story that was sold to the workers on the line in the British factories was that they were constructing mobile water tanks, and the hulls of the landships were labeled "water carriers" and even "little willies". These was shortened, like all things in the military-speak, to "tanks", and the name stuck.While the term "tank" today is more universally adopted for these vehicles, it was not always so. The French, being French, used the term char d'assaut and was shorted to char. The Germans referred to the British war-machines as "tanks", but called their armored vehicles Kampwagen' and later Panzer (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).

Today it may be difficult to understand why the tank idea found such resistance from the leadership of several armies. Part of the explanation is that the entire automotive industry was in its infancy. Tanks were rightly considered unreliable, troublesome equipment as late as the early 1930s. Weak engines, poor transmissions, and fragile, short-life tracks contributed to this reputation. The otherwise-incomprehensible resistance to tanks from 'traditional' military leadership can be partly understood in this light; a tank battalion that loses most of its vehicles due to mechanical failure on a 50-mile movement is not a reliable asset in combat (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_of_the_interwar_period).

Before World War I, motorized vehicles were still relatively uncommon, and their use on the battlefield was initially limited...On August 23, 1914, the French Colonel Jean Baptiste Eugène Estienne, later a major proponent of tanks, declared: Messieurs, la victoire appartiendra dans cette guerre à celui des deux belligérants qui parviendra le premier à placer un canon de 75 sur une voiture capable de se mouvoir en tout terrain ("Gentlemen, the victory will belong, in this war, to the one of the two belligerents who will be the first to succeed in mounting a 75 mm gun on a vehicle capable of moving in all types of terrain")....The remaining issue was how to utilise and configure a vehicle. Major Ernest Dunlop Swinton RE, was the official British war correspondent serving in France in 1914. He recounts in his book Eyewitness how the idea of using caterpillar tracks to drive an armoured fighting vehicle came to him on October 19, 1914, while he was driving through northern France. In July 1914 he had received a letter from a friend, Hugh Marriott, a mining engineer, drawing his attention to a Holt caterpillar tractor that Marriott had seen in Belgium. Marriott thought it might be useful for transport over difficult ground, and Swinton had passed the information on to the appropriate departments. Now Swinton suggested the idea of an armoured tracked vehicle to the military authorities, by sending a proposal to Lieutenant-Colonel Maurice Hankey. Hankey in turn tried to interest Lord Kitchener in the idea; when this failed he sent a memorandum in December to the Committee of Imperial Defence, of which he was himself the secretary; Winston Churchill the First Lord of the Admiralty was one of the members of the committee. Hankey proposed to build a gigantic steel roller, pushed by tracked tractors, to shield the advancing infantry. Churchill in turn wrote a note on January 5 to the Prime Minister H. H. Asquith, in which he warned that the Germans might any moment introduce a comparable system. A worried Asquith now ordered Kitchener to form a committee, headed by General Scott-Moncrieff, to study the feasibility of Swinton's idea; however, after trials with a Holt 75 h.p. machine the committee concluded in February 1915 that the idea was impractical. Winston Churchill however decided that if the Army wouldn't take up the idea, the Navy should proceed independently, even if it were to exceed the limits of his authority. He created the Landships Committee in February 1915, initially to investigate designs for a massive troop transporter. ...Although landship was a natural term coming from an Admiralty committee, it was considered too descriptive and could give away British intentions. The committee therefore looked for an appropriate code term for the vehicles. Factory workers assembling the vehicles had been told they were producing "mobile water tanks" for desert warfare in Mesopotamia. Water Container was therefore considered but rejected because the committee would inevitably be known as the WC Committee (WC meaning water closet was a common British term for a toilet). The term tank, as in water tank, was in December 1915 finally accepted as its official designation. From then on, the term "tank" was established among British and also German soldiers, but rejected by the French. While in German Tank specifically refers to the World War I type (as opposed to modern Panzer), in English, Russian and other languages the name even for contemporary armoured vehicles is still based on the word tank (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_in_World_War_I).

France started studying caterpillar continuous tracks from January 1915, and actual tests started in May 1915, two months earlier than the Little Willie experiments. At the Souain experiment, France tested an armoured tracked tank prototype, the same month Little Willie was completed. Ultimately however, the British were the first to put tanks on the battlefield, at the battle of the Somme in September 1916 (https://en.wikipedia.org/wiki/History_of_the_tank).

Major Walter Gordon Wilson CMG (1874–1957) was a mechanical engineer, inventor and member of the British Royal Naval Air Service. He was credited by the 1919 Royal Commission on Awards to Inventors as the co-inventor of the tank, along with Sir William Tritton...With the outbreak of the First World War, Wilson rejoined the navy and the Royal Naval Armoured Car Division, which protected the Royal Naval Air Service in France. When the Admiralty began investigating armoured fighting vehicles under the Landships Committee in 1915 20 Squadron was assigned to it and Wilson was placed in charge of the experiments. Wilson worked with the agricultural engineer William Tritton resulting in the first British tank called "Little Willie". At Wilson's suggestion the tracks were extended right round the vehicle. This second design first called Wilson, then the Centipede then "Big Willie" and finally "Mother" became the prototype for the Mark I tank.
Designing several of the early British tanks, he incorporated epicyclic gearing which was used in the Mark V tank to allow it to be steered by a single driver rather than the four previously needed. In 1937 he provided a new steering design which gave a larger turning radius at higher speeds.
He transferred to the British Army in 1916 becoming a Major in the Heavy Branch of the Machine Gun Corps - the embryonic Tank Corps. He was mentioned in dispatches twice and was appointed companion of the Order of St Michael and St George in 1917. (https://en.wikipedia.org/wiki/Walter_Gordon_Wilson).


The Renault FT, the first "modern" tank
The car industry, already used to vehicle mass production and having much more experience in vehicle layout, in 1916 designed the first practical light tanks, a class largely neglected by the British. It would be Renault's excellent small tank design, the FT, incorporating a proper climbing face for the tracks, that was the first tank to incorporate a top-mounted turret with a full 360° traverse capability. In fact the FT was in many respects the first truly 'modern' tank having a layout that has been followed by almost all designs ever since: driver at the front; main armament in a fully rotating turret on top; engine at the rear. Previous models had been "box tanks", with a single crowded space combining the role of engine room, fighting compartment, ammunition stock and driver's cabin. The FT would have the largest production run of any tank of the war, with over 3700 built, more numerous than all British tanks combined (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_in_World_War_I).


The majority of the fifty or so tanks fielded by Germany were captured British vehicles. A7Vs were captured by the Allies, but they were not used, and most ended up being scrapped (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_in_World_War_I).



De A7V is de eerste tank die door Duitsland werd gebouwd en ingezet tijdens de Eerste Wereldoorlog. Haar naam ontleent ze aan het Abteilung Verkehrswesen A7V, een afdeling van het Duits oorlogsministerie, dat de constructieopdracht op 13 november 1916 gaf....De Duitsers waren in de beginjaren van de Eerste Wereldoorlog niet bijzonder geïnteresseerd in de ontwikkeling van tanks. Men was zich wel bewust van de theoretische mogelijkheid om rupsvoertuigen voor het overwinnen van loopgraven te gebruiken, maar omdat men vanaf eind 1914 toch niet van plan was op het Westelijk Front weer tot de aanval over te gaan, werd de bouw van zulk een geheel nieuw en duur wapenssyteem niet serieus overwogen. Pas toen de Britten op 15 september 1916 tijdens de Slag aan de Somme een tankaanval met de Mark I lanceerden, ontdekten de Duitsers dat de vijand als eerste het nieuwe wapen tot rijping gebracht had. Dat kwam wel als een verrassing maar niet als een schok. Ze waren er niet bijster van onder de indruk: de resultaten van die eerste inzet van tanks waren zeer beperkt en men zag de Mark I dan ook niet als een grote tactische dreiging. Er was echter wel een probleem: de Britten deden in hun propaganda alsof ze nu een wonderwapen bezaten waarmee ze de oorlog konden winnen. Wilde het moreel van het Duitse thuisfront niet ondermijnd worden dan moest men de indruk wegnemen dat Duitsland een fatale achterstand in wapenontwikkeling had opgelopen. En dat kon men het beste doen door zelf een tank te ontwikkelen...De actieradius en de snelheid van dit model was superieur ten opzichte van de geallieerde modellen. Haar hoge constructie gaf de bemanning een goed uitzicht maar ze was tegelijkertijd een gemakkelijk te ontdekken doelwit. Tevens hadden de bestuurder en de commandant door de hoge plaatsing van de commandotoren een 'blinde vlek' van 10 meter naar voren en naar achteren, waardoor zij weinig zicht hadden op het terrein direct rondom de tank. Door het hoge gewicht geraakte ze amper een helling over; de vrije ruimte onder de bodemplaat was klein waardoor de tank zich niet kon verplaatsen over geaccidenteerd terrein. De bemanning werd voorzien van asbest-kledij om zich te beschermen tegen de hoog oplopende temperatuur (86° C). De motoren maakten een oorverdovend lawaai - de commandant gaf opdracht tot vuren door middel van elektrische lichtjes.
Op 24 april 1918 kwamen 14 A7V's in actie bij Villers-Bretonneux (waar Mephisto werd veroverd), daarbij bleek dat ze beter bepantserd en sneller was dan haar tegenstanders. De tank werd maar gedurende 50 oorlogsdagen ingezet, het laatst op 11 oktober. Er werden slechts een twintigtal exemplaren gebouwd waardoor ze geen invloed kon uitoefenen op het verloop van de oorlog (https://nl.wikipedia.org/wiki/A7V).


Following the appearance of the first British tanks on the Western Front, the Allgemeines Kriegsdepartement, 7. Abteilung, Verkehrswesen ("General War Department, 7th Branch, Transportation"), was formed in September 1916.
The project to design and build the first German tank was placed under the direction of Joseph Vollmer, a reserve captain and engineer. It was to have a mass of around 30 tons, be capable of crossing ditches up to 1.5 metres wide, have armament including cannon at front and rear as well as several machine-guns, and reach a top speed of at least 12 km/h. The running gear was based on the Holt tractor, copied from examples loaned by the Austrian Army. After initial plans were shared with the Army in December 1916 the design was extended to be a universal chassis which could be used as a base for both a tank and unarmoured Überlandwagen ("over-land vehicle") cargo carriers.
The first prototype was completed by Daimler-Motoren-Gesellschaft at Berlin-Marienfelde and tested on 30 April 1917. A wooden mockup of a final version was completed in May 1917 and demonstrated in Mainz with 10 tons of ballast to simulate armour. During final design the rear-facing cannon was removed and the number of machine-guns was increased to six. The first pre-production A7V was produced in September 1917, followed by the first production model in October 1917. The tanks were given to Assault Tank Units 1 and 2, founded on 20 September 1917, each with five officers and 109 NCOs and soldiers (https://en.wikipedia.org/wiki/A7V).

The first engagement between tanks  occurred on April 24, 1918, three British Mark IV ( two females and one male) were support infantry during the second battle of Villers-Bretonneux in North France, when three rare German A7V tanks were spotted on the battlefield. The Germans had field fourteen of the twenty A7V tanks to the battle, and a pack of three came across the Mark IVs. They crawled towards one another in the mist of the open ground at only a few miles-per-hour. The A7Vs had a small cannon, but only one of the British Mark IVs had a main gun, the male, armed with a six pounder side cannon. Once in machine gun range, they raked each other with  fire, and forced the two female tanks to pull back with they were hit with armor-piercing round.
The British male advanced while the A7V was occupied with the females. Cannon fire was exchanged between one advancing A7V and the male Mark IV. One has to remember that these tanks lacked suspension of any kind, bobbing around the gunners, and creating inaccurate fire. However, the Mark IV finally starting to range the German tank, and scored several hits with its six-pounder side cannon, killing five of their 18 crew members. The German crew abandoned their tank, while the other two A7Vs withdrew, and thus ending the global's first tank dual (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).

A great deal has changed since those days in tank-on-tank engagements.....During Desert Storm, the superior M1 Abrams was able to dispatch old Soviet T-54s, T-62s, and T-72s within one direct hit, while the Abrams took several hits and kept in the fight. This is also a factor of modern tank warfare, having an assassin's mentality (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).

In 1919, Major General Sir Louis Jackson said: "The tank was a freak. The circumstances which called it into existence were exceptional and not likely to recur. If they do, they can be dealt with by other means." (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_in_World_War_I)

Originally, the tank was envisioned as a "machine gun destroyer", able to protect and counter the great hunger beast of war that seemly to eat men for pleasure. The tank was also useful for dislodge barbed wire that hindered the infantry's movement, allowing the machine gun to do its bloody work. It was also designed to move the war of the trenches forward with progress for ending the war. Than changed when the enemy began fielding their own tanks to counter the new threat...and thus began the tank arms race that continues today (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).

Gen. John J. Pershing, Commander in Chief, American Expeditionary Forces (AEF), requested in September 1917 that 600 heavy and 1,200 light tanks be produced in the United States. When General Pershing assumed command of the American Expeditionary Force and went to France, he took Lt. Col. George Patton. Patton became interested in tanks. They were then unwieldy, unreliable, and unproved instruments of warfare, and there was much doubt whether they had any function and value at all on the battlefield. Against the advice of most of his friends, Patton chose to go into the newly formed US Tank Corps. He was the first officer so assigned (https://en.wikipedia.org/wiki/History_of_the_tank).

In the U.S., J. Walter Christie developed a series of fast tanks, based on his revolutionary Christie suspension system. This was combined with very high power-to-weight ratios achieved by fitting large aircraft engines in his tanks. Although his prototypes were capable of very high speeds, and in some cases designed to be air transportable, disputes with the United States Army Ordnance Corps and a high price (compared with what the US military was willing to pay) meant they were never produced in the USA. Christie's prototypes were however purchased by the Soviet Union, and were to be developed into the BT tanks and eventually, on the eve of World War II, the famous T-34. The success of the BT series, when observed by Fuller, at Russian Army manoeuvres, influenced the British to buy a Christie Tank, imported as a "Tractor", which led to a series of cruiser tank designs such as the A-13 Cruiser Mk IV, Crusader, and others (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_of_the_interwar_period).

After World War I, General Erich Ludendorff of the German High Command praised the Allied tanks as being a principal factor in Germany's defeat. The Germans had been too late in recognizing their value to consider them in their own plans. ...Among the German proponents of mechanization, General Heinz Guderian was probably the most influential. Guderian's 1914 service with radiotelegraphs in support of cavalry units led him to insist on a radio in every armoured vehicle. By 1929, when many British students of armour were tending towards a pure armour formation, Guderian had become convinced that it was useless to develop just tanks, or even to mechanize parts of the traditional arms. What was needed was an entirely new mechanized formation of all arms that would maximize the effects of the tank.
The German tanks were not up to the standards of Guderian's concept. The Panzer I was really a machine-gun-armed tankette, derived from the British Carden-Loyd personnel carrier. The Panzer II did have a 20-mm cannon, but little armour protection. These two vehicles made up the bulk of panzer units until 1940 (https://en.wikipedia.org/wiki/History_of_the_tank).

De Duisters namen de techniek over en maakten tanks, die in de tweede wereldoorlog legendarisch waren. Maar toen hadden ook de Britten en Amerikanen tanks:


Zie ook de film Fury.
Fury, the Sherman. Sony Pictures
Recruits were generally sourced through conscription. Every few months a new draft of 18-year-olds were called into the services. The British main tank-training base was at Bovington in Dorset, where the recruits slept on beds made of straw. During training, they were allocated their main tasks based on rudimentary skills they revealed: radio operator, driver, or gunner. Driving skills were tested through initially driving a truck, gunnery skills with an air-gun that fired at small wooden tank models pulled by string. Not exactly high-tech
(www.science20.com/the_conversation/home_workplace_tomb_fury_and_the_reality_of_the_world_war_ii_tank-147667).

While World War One was the birth and early childhood of the tank, World War Two shaped the tank towards adulthood (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).

In 1926, under a secret annex to the Treaty of Rapallo, the Soviet Union and Germany set up a joint tank school at Kazan, which was illegal under the Treaty of Versailles. Both countries learned much about tank design and tactics in this co-operative venture. The Germans provided advice on mechanisation of Soviet heavy industry, and helped develop a sense of professionalism in the Red Army. From 1929, an experimental Mechanised Brigade was formed, training and developing combined-arms tactics with foreign tanks, armoured cars, tractors, and lorries.
The Soviets also spent tens of millions of dollars on U.S. equipment and technology to modernise dozens of automotive and tractor factories, which would later produce tanks and armoured vehicles.
The multi-turreted T-28 medium tank. The T-28 was the first series-produced modern medium tank.
Based on a mixed force of foreign tanks and imported prototypes, the Soviets developed an impressive domestic design and production capability....The participation by Soviet 'volunteer' tank units in the Spanish Civil War was decisive in forming Soviet tank designs for WWII. Soviet tanks dominated their foreign rivals in Spain due to their firepower, but their thin armor, in common with most tanks of the period, made them vulnerable to the new towed antitank guns being supplied to Infantry units. This finding led directly to a new generation of Soviet tanks. By the eve of World War II, the Soviet Union had some of the world's best tanks (including the T-34 and KV-1, which were basically a generation ahead, coming as a shock to the Wehrmacht). However, the poor training and readiness status of most Red Army units led to a catastrophic defeat of the enormous Soviet Mechanised Corps during the opening phases of Operation Barbarossa, Germany's 1941 invasion of the Soviet Union (https://en.wikipedia.org/wiki/Tanks_of_the_interwar_period).

Germany, constrained by the terms of the Treaty of Versailles, was not allowed to produce tanks of any kind and only a few armoured cars. In 1926 an unofficial program of tank construction was initiated by Von Seeckt, the commander of the Reichswehr. ...A major boost to German armour came with the annexation of Czechoslovakia in 1938, giving Germany access to the entire Czech arms industry. The Czechs had two light tank designs later used by the Germans, the Škoda LT35 and the Českomoravská Kolben-Daněk (ČKD) TNHP (https://en.wikipedia.org/wiki/
Tanks_of_the_interwar_period).

World War II forced armies to integrate all the available arms at every level into a mobile, flexible team. The mechanized combined arms force came of age in this war. In 1939, most armies still thought of an armoured division as a mass of tanks with relatively limited support from the other arms. By 1943, the same armies had evolved armoured divisions that were a balance of different arms and services, each of which had to be as mobile and almost as protected as the tanks they accompanied. This concentration of mechanized forces in a small number of mobile divisions left the ordinary infantry unit deficient in armour to accompany the deliberate attack. The German, Soviet, and American armies therefore developed a number of tank surrogates such as tank destroyers and assault guns to perform these functions in cooperation with the infantry (https://en.wikipedia.org/wiki/History_of_the_tank).

After World War II, tank development continued. ...In the Cold War, the two opposing forces in Europe were the Warsaw Pact countries on the one side, and the NATO countries on the other side.
Soviet domination of the Warsaw Pact led to effective standardization on a few tank designs. In comparison, NATO adopted a defensive posture. The major contributing nations, France, Germany, the USA, and the UK developed their own tank designs, with little in common (https://en.wikipedia.org/wiki/History_of_the_tank).

The Chieftain FV4201 was the main battle tank of the United Kingdom during the 1960s, 1970s and 1980s. A development of the Centurion and therefore a continuation of the British cruiser series, sharing a substantial commonality of parts with both its predecessor and successor. It was the "most formidable main battle tank in the world" with, at the time of its introduction in 1966...The final Chieftain version, which was used by the British Army until 1995, incorporated "Stillbrew" armour named after Colonel Still and John Brewer from the Military Vehicles and Engineering Establishment (https://en.wikipedia.org/wiki/Chieftain_tank).

During the Cold War years, the main battle tank was the king of land combat, and military planners on both sides obsessed over each others tanks. All of this theorizing was played out in 1991, when NATO tanks and Warsaw Pact tank squared off in those pool table flat deserts of Iraq and Kuwait. Little did we know that moment was the tanks' shining moment, and now, in the era of the War on Terror, the main battle tank seems a little lost and heading for a major redesign of the concept (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).  

During direct assault, tanks move in a line, so that each can engage their targets without risk of friendly fire. This tactic works best in conditions like what was seen in the Gulf War and the War in Iraq...nice open desert....From the streets of Hue, to Baghdad, to the West Bank, tanks have been sucked into military operations in urban territory (MOUT) with varying degrees of success since World War II. Modern main battle tanks are massive creatures that require space to operate, and in their natural hunting grounds, they are the king of the hill...but that is not so in the concrete jungle. Tanks can be led into traps by blocking off or destroying certain streets, especially of the crew doesn't know the city, and spells death if they are unable to turn around. Tanks crews, at times, were emboldened by their layers of steel, and lack of MOUT training, plowed into urban war-zones without any artillery or infantry, causing devastating results. During the 1980's, the prospect of armored combat in built-up urban areas of West Germany loomed as the Cold War continued onward. In order for that possible invasion of Warsaw Pact armor to be resisted, the Army had to engage in MOUT training on a wide scale...Due to issues with losses of heavy armor in the dense streets of Iraq and tank crews having to fend off attackers until help arrives, the US Army developed the Tank Urban Survival Kit (http://futurewarstories.blogspot.nl/2013/06/fws-topics-tank.html).  

The tank continues to be vulnerable to many kinds of anti-tank weapons and is more logistically demanding than lighter vehicles, but these were traits that were true for the first tanks as well. In direct fire combat they offer an unmatched combination of higher survivability and firepower among ground-based warfare systems. Whether this combination is particularly useful in proportion to their cost is matter of debate, as there also exist very effective anti-tank systems, IFVs, and competition from air-based ground attack systems....M1A2 TUSK (Tank Urban Survival Kit) came, the finalization of a remote machine gun came into place, and was one of the first main battle tanks to have one. Other examples of this gun have been seen, such as a 20 mm remote cannon on the M60A2. This remote machine gun, under the name CROWS (Common Remotely Operated Weapons Station) has solved the problem of enemy fire threat to the commander, when operating the machine gun. It can also be equipped with an optional grenade launcher.
Possibly one of the main evolution sources for tanks in this century are the active protection systems. Until 15 years ago, armour (reactive or passive) was the only effective measure against anti-tank assets. The most recent active protection systems (including Israeli TROPHY and Iron Fist and Russian Arena) offer high survivability even against volleys of RPG and missiles. If these kinds of systems evolve further and are integrated in contemporary tank and armoured vehicle fleets, the armour-antitank equation will change completely; therefore, 21st century tanks would experience a total revival in terms of operational capabilities (https://en.wikipedia.org/wiki/History_of_the_tank).

Dus na 100 jaar bestaat de tank nog steeds, maar... is er bier van?


The tank was a British invention [daar valt dus wat aan af te dingen...] that changed warfare for ever when it was introduced in World War One – and Bovington has been the home of the tank ever since. From the Somme to Tiananmen Square or D-Day to Desert Storm the tank has played a part in shaping history – and it continues to do so today (http://mail.tankmuseum.org/visit_us).  To commemorate the centenary of the First World War, and the tanks’ first foray in to battle, The Tank Museum has commissioned its very own beer. Crafted by the local Dorset Brewing Company, ‘Landship’ is a pale gold, clean tasting, medium bodied ale. The bottle is emblazoned with images of the majestic Mark IV tank, which first saw action in the Battle of Messines Ridge in 1917, further adding to this historic brew.
Unveiled just in time for TANKFEST, ‘Landship’ is now available to buy from The Tank Museum gift shop, price £3.50 per bottle (http://mail.tankmuseum.org/ixbin/indexplus?record=ART3974). The Tank museum offers a rich experience for anyone interested in modern land warfare.  You can even purchase Tank-themed beer ("Landship") in the gift shop! (http://americanconservativeinlondon.blogspot.nl/2013/10/the-tank-museum.html)
(http://smokesandbooze.blogspot.nl/2013/07/landship-beer-commemorating-tank.html)

Ja, dus, zoals ook blijkt uit Untappd.

Dorset Brewing Company was founded by Giles Smeath in 1996, who restored an 800-year-old brewing tradition to the Dorset port of Weymouth in the heart of the World Heritage Coastline (the Jurassic Coast). Since then, DBC has grown in size and stature, acquiring new premises in December 2010 to accommodate a larger plant and thus satisfying the increasing demand throughout the UK for its award-winning real ales.
With the involvement and support of other family members, the Brewery has become very much a family business; with the emphasis on quality ales and excellent personal customer care.
Dorset Brewing Company, Hybris Business Park, Warmwell Road, Crossways, Dorchester, Dorset, DT2 8BF (www.dorsetbreweries.com/brewery/dorset-brewing-company/) (www.dbcales.com/).



En wist je dat?
Een Duitse Leopard tank kan als ober bier dragen (youtube). Back in 1986 the German military wanted to show off their Leopard 2 main battle tank's fully stabilised main gun. So in traditional style, they did it with a massive jug of beer (or 'stein')  (http://forces.tv/43881003).  Nothing quite represents Germany more as a culture than golden brown beer sloshing in a glass stein. When German military engineers had to test our the weapon stabilization system on their new tank, they knew beer was the only way to go (https://military.id.me/firepower/german-military-risks-entire-beer-stein-to-test-tank-stabilization/).


In the video, a black beret-wearing member of the German Army's panzer corps pours a beer into a stein mounted on a tank's 120-millimeter gun barrel. The Leopard II main battle tank then rolls across bouncy terrain and doesn't spill a drop (www.popularmechanics.com/military/weapons/a18362/tank-carry-beer/). Er zijn overigens ook (Amerikaanse) biersteins met een tank.
Clean, yet robust and complex at the same time. Altbier showcases a perfect balance between German malts and noble hops (www.homebrewing.org/assets/images/AIH%202013%20Recipes/A
IH%20Tiger%20Tank%20Altbier2.pdf).

Ale
Owned by: Family Tobacco Traders LLC
Serial Number: 86391593

Name: Panzer Imperial Pilsner
Brewery: Port Brewing
Style: Imperial Pilsner
Serving Style: 220z Bomber – Served in a pint glass
ABV: 9.5% ABV
IBU:International Bitterness Units N/A
Aroma: Pronounced malt and slightly floral hop aromas with subtle hints of spice.
Appearance: Pure golden sunshine, hazy, beautiful white head with a good amount of carbonation. Strong lacing on the glass, good head build up that gently settles away.
Flavor: Smooth toasty malts gradually build initial complexity then finishes somewhat dry with a hoppy bitterness and some warm alcohol to taste a while.
Mouthfeel: Medium to heavy warming body, with a dry finish and a lingering bitterness. I <3 it="" p="">Taster’s Notes: A bold pilsner brewed right here in the USA, strong bold aromas and flavors. Complex and balanced for a brew with such a high abv. This one gets the job done right!
(www.corebrewing.com/2009/09/port-brewing-panzer-imperial-pilsner/).
(http://thegooddoctorsaid.blogspot.nl/2010/09/port-brewing-panzer-imperial-pilsner_16.html)
3>




From Wexford, Ireland comes Clever Man Irish Craft Beers. Their range of offerings are named in honor of clever Irish men and their inventions....Little Willie Tank American Pale Ale, named for Walter Gordon Wilson, co-designer of the British Mark I tank (www.ohbeautifulbeer.com/2015/10/clever-man/).



De Slag aan de Somme [waar de tank voor het eerst werd ingezet] figureert in het collectieve geheugen als hét symbool van de zinloze verkwisting van jonge mannenlevens waar de Eerste Wereldoorlog het patent op heeft. De meeste soldaten die sneuvelden kregen de vijand nooit in het vizier. Ze werden neergemaaid door granaatscherven of mitrailleurkogels, of verpulverd door artillerievuur. De ultieme kwetsbaarheid van het menselijk lichaam voor de wonderen der technologie werd aangetoond: de oorlog was een vernietigingsmachine geworden. Toen hun duidelijk werd dat het misliep, wisten de fantasieloze generaals geen alternatieve strategie te bedenken, en besloten zij steeds weer tot hernieuwde aanvallen.
Haig toonde zich na afloop van de slag evenwel niet ontevreden. Al werden zijn doelen bij lange niet gehaald, volgens een groep experts was de slag niet geheel zinloos. De Duitsers moesten manschappen weghalen bij Verdun, zodat de Fransen daar konden standhouden. Bovendien kregen de Russen even lucht. De Duitse militaire kracht was zodanig verzwakt, dat de legerleiding in Berlijn in haar wanhoop in februari 1917 zou besluiten tot de onbeperkte duikbotenoorlog; daarmee haalde Duitsland zich de oorlogsverklaring van de Verenigde Staten op de hals, wier deelname aan de strijd van doorslaggevende betekenis zou zijn. Zo bekeken, zou de Slag aan de Somme nog ergens goed voor zijn geweest (http://historiek.net/de-slag-aan-de-somme-1-juli-18-november-1916/38639/).

Maar goed, na WW1, kwam WWII en daarna volgde koude oorlog met o.a. Korea en Vietnam. In mijn tijd volgden Koeweit, Afghanistan en Irak.... Nee oorlogsgeweld met tanks is er 100 jaar nadat de eerste tank op het strijdtoneel verscheen nog steeds...helaas. Laten we een koud biertje drinken om die tankcrews te herdenken die rondreden in hun onplezierige, warme, benauwde, mechanisch onbetrouwbare, gevaarlijke, krappe voertuigen...  uit fijne, ruime  glazen getapt uit technisch betrouwbare installaties in onbenauwende (wat staat tegenover benauwd?).

Oktoberfest picdump 2016

$
0
0

Heineken 9,49

$
0
0

In de JUMBO van vorig jaar stond twee bladzijdes aandacht voor Heineken. Het betrof met name de unieke A-gist. Volgens mij is de aandacht voor kwaliteit en hygiëne en voldoen aan HACCPrichtlijnen reden dat het Heinekenbier overal zo goed smaakt. Het gebruik van de A-gist bij slechte omstandigheden geeft immers geen goed bier...

Lageren wordt uitgelegd als rusten na het brouwen. Het duurt 21 dagen bij Heineken en zou langer zijn dan anderen bieren? Welke bieren, bedoelen ze enkel pils? Want andere bieren liggen langer, zoals bijvoorbeeld Budweiser Strong dat wordt gelagerd voor 200 dagen!?

Wat het kompas betekent? Is het misschien een bierkompas? Een biermarketingcampagne gericht op bierkennis. Weetjes als het aantal landen waar Heineken wordt verkocht (meer dan 21, zelfs maar dan 190). Wat wel vreemd is dat ze zich afzetten tegen de natuur. Is bier dan geen natuurproduct? Maar toch een kunstmatig geproduceerd iets? Terwijl de natuur altijd anders is, smaakt Heineken altijd en overal precies goed.  Nu is goed niet gelijk aan hetzelfde, of identiek, maar toch...Je herkent Heineken aan z'n unieke smaak. Hoeveel bierdrinkers kunnen pils herkennen? Ik niet helaas...




Uiteindelijk komt het er op neer dat alhoewel Heineken zo speciaal en uniek is, het voor slechts 9,49/krat wordt verkocht...
Viewing all 1735 articles
Browse latest View live