Into the wild is een boek (non-fictie) van Jon Krakauer dat is verfilmd door Sean Penn. Het verhaal gaat over Christopher J. McCandless (alias Alexander Supertramp).
Christopher Johnson McCandless (February 12, 1968 – August 1992) was an American adventurer. He ventured into the Alaskan wilderness in April 1992 with little food and equipment, hoping to live simply for a time in solitude. Almost four months later, McCandless's starved remains were found, weighing only 30 kilograms (66 lb). His death occurred in a converted bus used as a backcountry shelter, near Lake Wentitika in Denali National Park and Preserve.
In January 1993, Jon Krakauer published McCandless's story in that month's issue of Outside magazine. Inspired by the details of McCandless's story, Krakauer wrote and published Into the Wild in 1996 about McCandless's travels. The book was adapted into a film by Sean Penn in 2007 with Emile Hirsch portraying McCandless. That same year, McCandless's story also became the subject of Ron Lamothe's documentary The Call of the Wild. A full-length article on McCandless also appeared in the February 8, 1993 issue of the The New Yorker magazine (http://en.wikipedia.org/wiki/Christopher_McCandless).
The Call of the Wild is a 2007 documentary film by independent filmmaker Ron Lamothe. The premise details the odyssey of Christopher McCandless as Lamothe takes a road trip across North America to the places McCandless visited. Within the film, Lamothe reaches conclusions about McCandless's death which contradict both Sean Penn's film Into the Wild and Jon Krakauer's book Into the Wild.
Lamothe documents several later findings that contradict Krakauer's book and Penn's film. He reported that McCandless was not poisoned by wild potato seeds as Krakauer had suspected, and that such poisoning had been disproved by toxicology reports. However, later findings reported by Krakauer may supersede those earlier reports. Penn's film depicted McCandless being poisoned by wild foods he mistakenly had eaten.
Lamothe also reveals that McCandless did not destroy his driver's license or social security card, nor did he burn all his cash as depicted in the book and film. In a hidden pocket on McCandless' backpack was found his wallet with all forms of ID and US$300 in cash (http://en.wikipedia.org/wiki/The_Call_of_the_Wild_(2007_film)).
Lamothe further suspects that McCandless had an arm or shoulder injury not shown in the famous self-portrait photo by the bus, in which McCandless' shirt sleeve has the appearance of being empty. Lamothe believes, based on McCandless' S.O.S. note, that McCandless had injured his arm or dislocated his shoulder and thus could not have swum across the Teklanika River to escape.
The Denver Film Society offered that the film mounted "a thoughtful challenge to Jon Krakauer's Into the Wild (and actor-director Sean Penn's screen adaptation thereof), The Call of the Wild presents an alternative to the popular account of Chris McCandless, the self-styled “aesthetic voyager” who died alone in the Alaskan wilderness in 1992 at age 24." They further noted Lamothe while filming having several "run-ins" with Penn who was, in the same time-frame and locations, himself involved in the making of a production about McCandless, and made note of how Penn's production had "the clout to thwart Lamothe at many a turn." They concluded "ultimately, however, what lies at the film's core is Lamothe's own journey of discovery. The conceit allows him to explore the concept of wilderness and its influence on the American psyche, as well as its reflection on our cultural landscape; the generation gap as measured by changing rites of passage; and the disparity between independent and Hollywood filmmaking (http://en.wikipedia.org/wiki/The_Call_of_the_Wild_(2007_film)).
Christopher Johnson (Chris) McCandless alias (Alexander (Alex) Supertramp) (El Segundo, 12 februari 1968 – Stampede Trail (Healy), ca. 18 augustus 1992) was een Amerikaans avonturier. Hij overleed in de buurt van het Denali National Park in Alaska tijdens een trektocht in het gebied. Schrijver Jon Krakauer schreef een boek over zijn leven dat in 1996 verscheen onder de titel Into the Wild. Het werd in 2007 verfilmd door Sean Penn onder dezelfde titel (Into the Wild), met Emile Hirsch in de hoofdrol (http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless).
Schrijver Jon Krakauer schreef een boek op basis van het dagboek van Chris McCandless, dat een periode van 113 dagen beslaat. Krakauer hing in zijn boek de hypothese aan dat het eten van giftige planten McCandless noodlottig was geworden, maar door de lijkschouwer werd hier geen enkel bewijs voor gevonden. In latere edities van zijn boek opperde Krakauer dat McCandless giftige zwammen heeft binnengekregen die zouden hebben gegroeid op de zaden die McCandless at. Ook hiervoor bestaat echter geen bewijs (http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless).
Dankzij het boek is de bus een soort toeristenattractie geworden. De plaatselijke bevolking moet hier weinig van hebben en beschouwt McCandless voornamelijk als een apart figuur, want als hij met een behoorlijke kaart van het gebied op stap was gegaan, had hij kunnen zien dat hij de Teklanika zes mijl verderop had kunnen oversteken via een primitieve kabelbaan (http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless). Krakauer geeft een goede verklaring hiervoor. Wat als je onbekend terrein wilt verkennen? Alles is al in kaart gebracht, maar als je die kaart niet meeneemt is het toch weer onbekend terrein.
Krakauer schrijft over de avontuurzin van McCandless en relateert dit aan zijn eigen hybris en dat van anderen. Veel jongeren nemen onverantwoorde risico's. Het boek wisselt een feitelijke reconstructie van de gebeurtenissen af met verklaringen van de nabestaanden. Deze hebben veel respect voor de jongen. Toch beschrijft Krakauer ook kritisch de wat mindere kanten van de McCandless. Zo was hij erg koppig en een binnenvetter. De positieve eigenschappen hebben echter de bovenhand en het boek is ook een soort monument voor de vele positieve vriendschappen die McCandless sloot. Zoals met Ronald Franz en Wayne Westerberg.
Wayne Westerberg oogste in de herfst van 1990 in het Noorden van Central Montana de gerst voor Coors en Anheuser-Busch (Krakauer, Pan Books, 1996, p. 16). In het verhaal gaat het vervolgens over de cocktail White Russians, agrarische machines zoals John Deer 8020 en combines en andere voorbeelden van de moderne tijd zoals geweren, een gitaar en auto's (waaronder Datsun B210). Dergelijke materiële zaken steken schril af bij het literair geromantiseer van de wildernis. Elk hoofdstuk begint met 2 citaten. Vaak worden de legendarische werken van Tolstoj, Walden en Jack London genoemd, waarbij toch ook wordt gewezen op de tekortkomingen van hen. De een hemelde het leven in het wild op, maar was zelf een dronkenlap die uiteindelijk zelfmoord pleegde (Jack London), de ander plette voor celibaat leven, maar verwekte zelf ruim 13 kinderen (Tolstoj)...McCandless las o.a.:
Dokter Zjivago van Boris Pasternak.
The call of the wild van Jack London
Taras Bulba van Nikolaj Gogol
Walden van Henry David Thoreau
Family happiness van Leo Tolstoj
Education of a wandering man van Louis L'Amour
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless)
Maar ook Moby Dick, waarbij hij een verwijzing maakt naar kapitien Ahab (Krakauer, Pan Books, 1996, p. 39). En ook werk van Michael Crichton (Krakauer, Pan Books, 1996, p. 161, waaronder Terminal Man).
Louis Dearborn L'Amour (22 March 1908 – 10 June 1988) was an American author. His books consisted primarily of Western novels (though he called his work 'frontier stories'), however he also wrote historical fiction (The Walking Drum), science fiction (The Haunted Mesa), nonfiction (Frontier), as well as poetry and short-story collections. Many of his stories were made into movies. L'Amour's books remain popular and most have gone through multiple printings. L'Amour died from lung cancer on 10 June 1988, at his home in Los Angeles, and was buried in the Forest Lawn Memorial Park Cemetery in Glendale, California. His autobiography detailing his years as an itinerant worker in the west, Education of a Wandering Man, was published posthumously in 1989
(http://en.wikipedia.org/wiki/Louis_L%27Amour).
Jack London, pseudoniem van John Griffith Chaney (San Francisco, Californië, 12 januari 1876 - Glen Ellen, Californië, 22 november 1916), was een Amerikaans schrijver van romans en korte verhalen. London was de onwettige zoon van de Ierse astroloog William Henry Chaney en nam de naam aan van zijn stiefvader. Hij groeide op bij de haven van Oakland en leidde daar een avontuurlijk jeugdleven, waarbij hij vaak mee uit varen ging op zee.
London genoot slechts beperkt scholing, was grotendeels autodidact, monsterde in 1893 aan op een walvisvaarder en voer naar Japan. Vier jaar later trok hij als gouddelver naar Klondike. Het woeste landschap en het ruige leven van Alaska leverden hem stof voor zijn eerste verhalen, die hij vanaf 1898 begon te publiceren. Zijn bundel The Son of the Woolf (1900) had groot succes. Kort daarna publiceerde hij een aantal dierenromans, waaronder het bekende The Call of the Wild (Roep van de Wildernis, 1903) en White Fang (Witte Hoektand, 1906), beide over de sledehond Buck die een soort natuurlijke leider van een wolvenhorde wordt.
Hij verbraste zijn fortuin en trok door zijn levenswijze een zware wissel op zijn fysieke en mentale gezondheid. London overleed in 1916 op zijn ranch te Glenn Ellen, met vergiftigingsverschijnselen. Aangenomen werd dat hij zelfmoord pleegde, maar bij deze verklaring worden ook vraagtekens gezet: mogelijk leed hij aan ernstig nierfalen, mede ten gevolge van zijn alcoholmisbruik (http://nl.wikipedia.org/wiki/Jack_London_(auteur)).
Nikolaj Vasiljevitsj Gogol (Russisch: Николай Васильевич Гоголь) (Velyki Sorotsjyntsi, nabij Mirgorod, 1 april 1809 – Moskou, 4 maart 1852) was de eerste grote Russische/Oekraïense prozaïst van de 19e eeuw.The main character in the 2003 novel The Namesake and its 2006 movie is named after Nikolai Gogol, after his father is saved after a train crash because he was holding a copy of one of Gogol's books in his hand (http://en.wikipedia.org/wiki/Nikolai_Gogol).
Boris Pasternak (Russisch: Борис Леонидович Пастернак) (Moskou, 10 februari [O.S. 29 januari] 1890 - Peredelkino 30 mei 1960) was een Russisch dichter, schrijver, componist en Nobelprijswinnaar voor de literatuur. Internationale bekendheid verwierf Pasternak met zijn roman Dokter Zjivago, die hij in 1955 voltooide maar die door de Russische autoriteiten werd verboden, zodat het werk pas in 1957 (in Milaan) gepubliceerd werd. Hierin beschreef hij de lotgevallen van een jonge arts en zijn geliefde Lara (geïnspireerd door zijn maîtresse Olga Freiberg) in de periode van de Eerste Wereldoorlog, de Russische Revolutie en de Russische Burgeroorlog.
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Boris_Pasternak).
Graaf Leo Tolstoj (Russisch: Лев Николаевич Толстой, Lev Nikolajevitsj Tolstoj) (landgoed Jasnaja Poljana, 9 september 1828 – Astapovo, 20 november 1910) was een Russisch schrijver, filosoof en politiek denker die voornamelijk romans en korte verhalen schreef. Hij is vooral bekend van zijn realistische romans Oorlog en vrede (1869) en Anna Karenina (1877), die worden beschouwd als twee van de beste boeken uit de wereldliteratuur. Hij deed afstand van zijn rijkdom en bediendes en ging zich wijden aan een eenvoudig leven. Wel bleef hij op zijn landgoed wonen. Zijn vrouw was het oneens met zijn opvattingen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Leo_Tolstoj).
Walden; or, Life in the Woods, of kortweg Walden, is een boek van de Amerikaanse schrijver Henry David Thoreau (Concord (Massachusetts), 12 juli 1817 – Concord, 6 mei 1862). Thoreau publiceerde dit boek in 1854, na er negen jaar aan te hebben gewerkt. Walden beschrijft een poging die Thoreau deed om een tijdlang eenvoudig te leven in een zelfgebouwd huisje in een bos vlak bij een meer. Het boek is vernoemd naar de naam van dit meer: Walden Pond. In werkelijkheid duurde deze periode in Thoreaus leven twee jaar en twee maanden, maar in het boek zijn de gebeurtenissen verteld alsof ze in één jaar hebben plaatsgevonden (Walden).
Thoreau wilde in de bossen een "leven van eenvoud, onafhankelijkheid, grootmoedigheid, en vertrouwen" leiden. De eerste nacht die hij in zijn hut doorbracht, was die van 4 juli 1845, Independence Day. Het was niet zo dat Thoreau alle banden verbrak met de buitenwereld, want hij at regelmatig bij zijn ouders, ging nog vaak op bezoek bij familie en vrienden, en kreeg zelf ook vaak bezoek. Thoreau wilde zijn tijdgenoten vooral tonen dat iemand een actieve relatie met de natuur kon onderhouden die niet gebaseerd was op romantische overwegingen, en verdedigde daarbij een eenvoudig leven als alternatief voor de moderne samenleving (http://nl.wikipedia.org/wiki/Henry_David_Thoreau). Zoals ik het begreep stond het huisje vlak buiten het dorp, dus helemaal niet zo afgelegen als dat hij het deed voorkomen. Dus in Walden was het huis vlakbij de beschaving en eigenlijk was de bus 42 ook vlakbij de beschaving. In de directe omgeving waren namelijk enkele blokhutten met voorraad. Bij nader onderzoek bleken deze echter gevandaliseerd. Er is een vermoeden dat McCandless dat heeft gedaan, maar zeker is dit niet omdat het vreemd is dat hij tijdens zijn laatste dagen niet daar heen is gegaan toen hij juist wel gered wilde worden. De bus bleek toch net ver genoeg buiten bereik van de samenleving te zijn om te kunnen overlijden.
Al deze zware en minder zware werken werden door McCallister gelezen en bepaalde passages in deze verhalen werden gemarkeerd en voorzien van opmerkingen. Door zijn afzondering in de wilde natuur, waar hij zelf moest overleven, besefte hij dat om de dagelijkse gebeurtenissen in het leven, zoals eten, waarde te geven, je ze bewust moet uitvoeren en dat waardevolle ervaringen enkel waarde hebben als ze kunnen worden gedeeld. Geluk is enkel echt als je het deelt. Ironisch om met zo'n gedachte te sterven. Wel schreef hij in zijn laatste aantekeningen dat hij een gelukkig leven had geleefd en waarschijnlijk berustte hij in zijn lot.
Te denken dat een Amerikaans pils kan zijn gebrouwen van graan dat is gedorst door Christopher Johnson (Alexander Supertramp) McCandless!
Christopher Johnson McCandless (February 12, 1968 – August 1992) was an American adventurer. He ventured into the Alaskan wilderness in April 1992 with little food and equipment, hoping to live simply for a time in solitude. Almost four months later, McCandless's starved remains were found, weighing only 30 kilograms (66 lb). His death occurred in a converted bus used as a backcountry shelter, near Lake Wentitika in Denali National Park and Preserve.
In January 1993, Jon Krakauer published McCandless's story in that month's issue of Outside magazine. Inspired by the details of McCandless's story, Krakauer wrote and published Into the Wild in 1996 about McCandless's travels. The book was adapted into a film by Sean Penn in 2007 with Emile Hirsch portraying McCandless. That same year, McCandless's story also became the subject of Ron Lamothe's documentary The Call of the Wild. A full-length article on McCandless also appeared in the February 8, 1993 issue of the The New Yorker magazine (http://en.wikipedia.org/wiki/Christopher_McCandless).
The Call of the Wild is a 2007 documentary film by independent filmmaker Ron Lamothe. The premise details the odyssey of Christopher McCandless as Lamothe takes a road trip across North America to the places McCandless visited. Within the film, Lamothe reaches conclusions about McCandless's death which contradict both Sean Penn's film Into the Wild and Jon Krakauer's book Into the Wild.
Lamothe documents several later findings that contradict Krakauer's book and Penn's film. He reported that McCandless was not poisoned by wild potato seeds as Krakauer had suspected, and that such poisoning had been disproved by toxicology reports. However, later findings reported by Krakauer may supersede those earlier reports. Penn's film depicted McCandless being poisoned by wild foods he mistakenly had eaten.
Lamothe also reveals that McCandless did not destroy his driver's license or social security card, nor did he burn all his cash as depicted in the book and film. In a hidden pocket on McCandless' backpack was found his wallet with all forms of ID and US$300 in cash (http://en.wikipedia.org/wiki/The_Call_of_the_Wild_(2007_film)).
Lamothe further suspects that McCandless had an arm or shoulder injury not shown in the famous self-portrait photo by the bus, in which McCandless' shirt sleeve has the appearance of being empty. Lamothe believes, based on McCandless' S.O.S. note, that McCandless had injured his arm or dislocated his shoulder and thus could not have swum across the Teklanika River to escape.
The Denver Film Society offered that the film mounted "a thoughtful challenge to Jon Krakauer's Into the Wild (and actor-director Sean Penn's screen adaptation thereof), The Call of the Wild presents an alternative to the popular account of Chris McCandless, the self-styled “aesthetic voyager” who died alone in the Alaskan wilderness in 1992 at age 24." They further noted Lamothe while filming having several "run-ins" with Penn who was, in the same time-frame and locations, himself involved in the making of a production about McCandless, and made note of how Penn's production had "the clout to thwart Lamothe at many a turn." They concluded "ultimately, however, what lies at the film's core is Lamothe's own journey of discovery. The conceit allows him to explore the concept of wilderness and its influence on the American psyche, as well as its reflection on our cultural landscape; the generation gap as measured by changing rites of passage; and the disparity between independent and Hollywood filmmaking (http://en.wikipedia.org/wiki/The_Call_of_the_Wild_(2007_film)).
Christopher Johnson (Chris) McCandless alias (Alexander (Alex) Supertramp) (El Segundo, 12 februari 1968 – Stampede Trail (Healy), ca. 18 augustus 1992) was een Amerikaans avonturier. Hij overleed in de buurt van het Denali National Park in Alaska tijdens een trektocht in het gebied. Schrijver Jon Krakauer schreef een boek over zijn leven dat in 1996 verscheen onder de titel Into the Wild. Het werd in 2007 verfilmd door Sean Penn onder dezelfde titel (Into the Wild), met Emile Hirsch in de hoofdrol (http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless).
Schrijver Jon Krakauer schreef een boek op basis van het dagboek van Chris McCandless, dat een periode van 113 dagen beslaat. Krakauer hing in zijn boek de hypothese aan dat het eten van giftige planten McCandless noodlottig was geworden, maar door de lijkschouwer werd hier geen enkel bewijs voor gevonden. In latere edities van zijn boek opperde Krakauer dat McCandless giftige zwammen heeft binnengekregen die zouden hebben gegroeid op de zaden die McCandless at. Ook hiervoor bestaat echter geen bewijs (http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless).
Dankzij het boek is de bus een soort toeristenattractie geworden. De plaatselijke bevolking moet hier weinig van hebben en beschouwt McCandless voornamelijk als een apart figuur, want als hij met een behoorlijke kaart van het gebied op stap was gegaan, had hij kunnen zien dat hij de Teklanika zes mijl verderop had kunnen oversteken via een primitieve kabelbaan (http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless). Krakauer geeft een goede verklaring hiervoor. Wat als je onbekend terrein wilt verkennen? Alles is al in kaart gebracht, maar als je die kaart niet meeneemt is het toch weer onbekend terrein.
Krakauer schrijft over de avontuurzin van McCandless en relateert dit aan zijn eigen hybris en dat van anderen. Veel jongeren nemen onverantwoorde risico's. Het boek wisselt een feitelijke reconstructie van de gebeurtenissen af met verklaringen van de nabestaanden. Deze hebben veel respect voor de jongen. Toch beschrijft Krakauer ook kritisch de wat mindere kanten van de McCandless. Zo was hij erg koppig en een binnenvetter. De positieve eigenschappen hebben echter de bovenhand en het boek is ook een soort monument voor de vele positieve vriendschappen die McCandless sloot. Zoals met Ronald Franz en Wayne Westerberg.
Wayne Westerberg oogste in de herfst van 1990 in het Noorden van Central Montana de gerst voor Coors en Anheuser-Busch (Krakauer, Pan Books, 1996, p. 16). In het verhaal gaat het vervolgens over de cocktail White Russians, agrarische machines zoals John Deer 8020 en combines en andere voorbeelden van de moderne tijd zoals geweren, een gitaar en auto's (waaronder Datsun B210). Dergelijke materiële zaken steken schril af bij het literair geromantiseer van de wildernis. Elk hoofdstuk begint met 2 citaten. Vaak worden de legendarische werken van Tolstoj, Walden en Jack London genoemd, waarbij toch ook wordt gewezen op de tekortkomingen van hen. De een hemelde het leven in het wild op, maar was zelf een dronkenlap die uiteindelijk zelfmoord pleegde (Jack London), de ander plette voor celibaat leven, maar verwekte zelf ruim 13 kinderen (Tolstoj)...McCandless las o.a.:
Dokter Zjivago van Boris Pasternak.
The call of the wild van Jack London
Taras Bulba van Nikolaj Gogol
Walden van Henry David Thoreau
Family happiness van Leo Tolstoj
Education of a wandering man van Louis L'Amour
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Chris_McCandless)
Maar ook Moby Dick, waarbij hij een verwijzing maakt naar kapitien Ahab (Krakauer, Pan Books, 1996, p. 39). En ook werk van Michael Crichton (Krakauer, Pan Books, 1996, p. 161, waaronder Terminal Man).
Louis Dearborn L'Amour (22 March 1908 – 10 June 1988) was an American author. His books consisted primarily of Western novels (though he called his work 'frontier stories'), however he also wrote historical fiction (The Walking Drum), science fiction (The Haunted Mesa), nonfiction (Frontier), as well as poetry and short-story collections. Many of his stories were made into movies. L'Amour's books remain popular and most have gone through multiple printings. L'Amour died from lung cancer on 10 June 1988, at his home in Los Angeles, and was buried in the Forest Lawn Memorial Park Cemetery in Glendale, California. His autobiography detailing his years as an itinerant worker in the west, Education of a Wandering Man, was published posthumously in 1989
(http://en.wikipedia.org/wiki/Louis_L%27Amour).
Jack London, pseudoniem van John Griffith Chaney (San Francisco, Californië, 12 januari 1876 - Glen Ellen, Californië, 22 november 1916), was een Amerikaans schrijver van romans en korte verhalen. London was de onwettige zoon van de Ierse astroloog William Henry Chaney en nam de naam aan van zijn stiefvader. Hij groeide op bij de haven van Oakland en leidde daar een avontuurlijk jeugdleven, waarbij hij vaak mee uit varen ging op zee.
London genoot slechts beperkt scholing, was grotendeels autodidact, monsterde in 1893 aan op een walvisvaarder en voer naar Japan. Vier jaar later trok hij als gouddelver naar Klondike. Het woeste landschap en het ruige leven van Alaska leverden hem stof voor zijn eerste verhalen, die hij vanaf 1898 begon te publiceren. Zijn bundel The Son of the Woolf (1900) had groot succes. Kort daarna publiceerde hij een aantal dierenromans, waaronder het bekende The Call of the Wild (Roep van de Wildernis, 1903) en White Fang (Witte Hoektand, 1906), beide over de sledehond Buck die een soort natuurlijke leider van een wolvenhorde wordt.
Hij verbraste zijn fortuin en trok door zijn levenswijze een zware wissel op zijn fysieke en mentale gezondheid. London overleed in 1916 op zijn ranch te Glenn Ellen, met vergiftigingsverschijnselen. Aangenomen werd dat hij zelfmoord pleegde, maar bij deze verklaring worden ook vraagtekens gezet: mogelijk leed hij aan ernstig nierfalen, mede ten gevolge van zijn alcoholmisbruik (http://nl.wikipedia.org/wiki/Jack_London_(auteur)).
Nikolaj Vasiljevitsj Gogol (Russisch: Николай Васильевич Гоголь) (Velyki Sorotsjyntsi, nabij Mirgorod, 1 april 1809 – Moskou, 4 maart 1852) was de eerste grote Russische/Oekraïense prozaïst van de 19e eeuw.The main character in the 2003 novel The Namesake and its 2006 movie is named after Nikolai Gogol, after his father is saved after a train crash because he was holding a copy of one of Gogol's books in his hand (http://en.wikipedia.org/wiki/Nikolai_Gogol).
Boris Pasternak (Russisch: Борис Леонидович Пастернак) (Moskou, 10 februari [O.S. 29 januari] 1890 - Peredelkino 30 mei 1960) was een Russisch dichter, schrijver, componist en Nobelprijswinnaar voor de literatuur. Internationale bekendheid verwierf Pasternak met zijn roman Dokter Zjivago, die hij in 1955 voltooide maar die door de Russische autoriteiten werd verboden, zodat het werk pas in 1957 (in Milaan) gepubliceerd werd. Hierin beschreef hij de lotgevallen van een jonge arts en zijn geliefde Lara (geïnspireerd door zijn maîtresse Olga Freiberg) in de periode van de Eerste Wereldoorlog, de Russische Revolutie en de Russische Burgeroorlog.
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Boris_Pasternak).
Graaf Leo Tolstoj (Russisch: Лев Николаевич Толстой, Lev Nikolajevitsj Tolstoj) (landgoed Jasnaja Poljana, 9 september 1828 – Astapovo, 20 november 1910) was een Russisch schrijver, filosoof en politiek denker die voornamelijk romans en korte verhalen schreef. Hij is vooral bekend van zijn realistische romans Oorlog en vrede (1869) en Anna Karenina (1877), die worden beschouwd als twee van de beste boeken uit de wereldliteratuur. Hij deed afstand van zijn rijkdom en bediendes en ging zich wijden aan een eenvoudig leven. Wel bleef hij op zijn landgoed wonen. Zijn vrouw was het oneens met zijn opvattingen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Leo_Tolstoj).
Walden; or, Life in the Woods, of kortweg Walden, is een boek van de Amerikaanse schrijver Henry David Thoreau (Concord (Massachusetts), 12 juli 1817 – Concord, 6 mei 1862). Thoreau publiceerde dit boek in 1854, na er negen jaar aan te hebben gewerkt. Walden beschrijft een poging die Thoreau deed om een tijdlang eenvoudig te leven in een zelfgebouwd huisje in een bos vlak bij een meer. Het boek is vernoemd naar de naam van dit meer: Walden Pond. In werkelijkheid duurde deze periode in Thoreaus leven twee jaar en twee maanden, maar in het boek zijn de gebeurtenissen verteld alsof ze in één jaar hebben plaatsgevonden (Walden).
Thoreau wilde in de bossen een "leven van eenvoud, onafhankelijkheid, grootmoedigheid, en vertrouwen" leiden. De eerste nacht die hij in zijn hut doorbracht, was die van 4 juli 1845, Independence Day. Het was niet zo dat Thoreau alle banden verbrak met de buitenwereld, want hij at regelmatig bij zijn ouders, ging nog vaak op bezoek bij familie en vrienden, en kreeg zelf ook vaak bezoek. Thoreau wilde zijn tijdgenoten vooral tonen dat iemand een actieve relatie met de natuur kon onderhouden die niet gebaseerd was op romantische overwegingen, en verdedigde daarbij een eenvoudig leven als alternatief voor de moderne samenleving (http://nl.wikipedia.org/wiki/Henry_David_Thoreau). Zoals ik het begreep stond het huisje vlak buiten het dorp, dus helemaal niet zo afgelegen als dat hij het deed voorkomen. Dus in Walden was het huis vlakbij de beschaving en eigenlijk was de bus 42 ook vlakbij de beschaving. In de directe omgeving waren namelijk enkele blokhutten met voorraad. Bij nader onderzoek bleken deze echter gevandaliseerd. Er is een vermoeden dat McCandless dat heeft gedaan, maar zeker is dit niet omdat het vreemd is dat hij tijdens zijn laatste dagen niet daar heen is gegaan toen hij juist wel gered wilde worden. De bus bleek toch net ver genoeg buiten bereik van de samenleving te zijn om te kunnen overlijden.
Al deze zware en minder zware werken werden door McCallister gelezen en bepaalde passages in deze verhalen werden gemarkeerd en voorzien van opmerkingen. Door zijn afzondering in de wilde natuur, waar hij zelf moest overleven, besefte hij dat om de dagelijkse gebeurtenissen in het leven, zoals eten, waarde te geven, je ze bewust moet uitvoeren en dat waardevolle ervaringen enkel waarde hebben als ze kunnen worden gedeeld. Geluk is enkel echt als je het deelt. Ironisch om met zo'n gedachte te sterven. Wel schreef hij in zijn laatste aantekeningen dat hij een gelukkig leven had geleefd en waarschijnlijk berustte hij in zijn lot.
Te denken dat een Amerikaans pils kan zijn gebrouwen van graan dat is gedorst door Christopher Johnson (Alexander Supertramp) McCandless!