Quantcast
Channel: Rollende Bierton
Viewing all articles
Browse latest Browse all 1692

Thüringen - Erfurt

$
0
0
De Vrijstaat Thüringen (Duits: Freistaat Thüringen) is een deelstaat in het midden van de bondsrepubliek Duitsland met een oppervlakte van 16.171 km² en 2.170.460 inwoners. De hoofdstad is sinds 1948 Erfurt (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat)).


In Thüringen liggen de meeste historische steden op een steenworp afstand van elkaar. In bijna elke stad kunt u in de voetsporen treden van grote persoonlijkheden zoals Goethe, Schiller en Luther. De bekendste steden zijn Erfurt en Weimar (http://blog.happyhome.nl/index.php/alles-over-vakantie-bezienswaardigheden-uitjes-en-vakantiehuizen-in-duitsland/cultuur-in-thuringen.html).


Veel steden in Thüringen ademen geschiedenis. Vroeger bestond de streek uit veel kleine vorstendommen die met elkaar concurreerden om het mooiste kasteel, het schitterendste park of het modernste theater te bezitten. Thüringen telt meer dan 450 burchten, de beroemdste is zeker is de Wartburg in Eisenach. Kunstenaars en wetenschappers vonden hier een ideale werkomgeving. Diverse beroemdheden hebben hun sporen hier achtergelaten (www.duitsland-reisgids.nl/espresso/thuringen.html).


Museumsbrauerei Schmitt in Singen/Thüringen is Die Museumsbrauerei in Singen / Thüringen (www.brauerei-schmitt.de/). Seit mehr als 100 Jahren ist die Brauerei Schmitt in Familienbesitz. 1885 erwarb der Braumeister Richard Schmitt das 1875 errichtete Brauhaus (www.brauerei-schmitt.de/uber-uns/). Im Jahr 1867 kam der Gasthof mit allem Zubehör in den Besitz des Bierbrauers Ernst Heinrich Jacobi. Mit der damals in Deutschland einsetzenden Industrialisierung erlebte auch das Brauwesen einen beachtlichen Aufschwung. Die Brauerei wurde von ihnen mit dem vorhandenen technischen Apparat als Kleinstunternehmen betrieben und blieb somit auch während der DDR-Zeit als privater Familienbetrieb erhalten. Seit 1990 obliegt Braumeister Uwe Obstfelder, dem Sohn von Edith und Fritz Obstfelder, die Verantwortung für den Brauvorgang und den teilweise nunmehr einhundert Jahre alten Maschinenpark (www.brauerei-schmitt.de/geschichte/). Ze hebben o.a. een blog (www.brauerei-schmitt.de/links/).


Ze drinken wel steeds minder bier...

Thüringer trinken weniger Bier - allerdings steigt Nachfrage nach Thüringer Bier im Ausland. Der Exportanteil hat sich in den letzten zehn Jahren fast vervierfacht. Über sinkende Absatzzahlen in Deutschland klagt auch Michael Mayer, kaufmännischer Geschäftsführer der Oettinger Brauerei.
"Wenn man ein Produkt dauerhaft Preisaktionen aussetzt , ist es nicht verwunderlich, wenn irgendwann die Wertschätzung dafür nachlässt. Beim Bier dreht man ständig an der Preisschraube", erklärt sich Mayer die sinkende Nachfrage nach Bier. "Wir spielen da nicht mit", steht für Mayer fest. "Wir wollen so unsere Glaubwürdigkeit beibehalten."
Allerdings exportiert das Unternehmen mit Sitz in Gotha in 70 Länder. Gerade die Klassiker wie Pils und Hefeweißbier seien in Afrika, Asien oder Südamerika sehr gefragt. Man arbeite kräftig daran, dass die Nachfrage künftig noch weiter steige. "Das ist eine strategische Maßnahme. Wenn der Absatz in Deutschland rückläufig ist, dann bleibt als Lösung der Export." Diesen Trend erkannte man im Hause Oettinger schon frühzeitig und exportiert deshalb schon seit dem Jahr 1998 das Thüringer Bier.
Neben Oettinger als größtem Braubetrieb im Land gibt es in Thüringen noch weitere Unternehmen, die vom sinkenden Absatz betroffen sind.
Detlef Projahn, Geschäftsführer der Vereinsbrauerei Apolda, macht ebenfalls die "Preisagressivität der großen Anbieter" zu schaffen. Er erkennt aber den Trend zum regional gebrauten Bier. "Wir sind ein bodenständiges, regionales Brauunternehmen." So stammt die Gerste aus dem Weimarer Land und wird direkt in Apolda gebraut. Ins Ausland exportiere das kleine Unternehmen nicht, habe auch nicht vor, dies zukünftig zu tun. "Diesen Bereich haben ohnehin die großen Brauunternehmen inne", so Projahn (www.thueringer-allgemeine.de/web/zgt/wirtschaft/detail/-/specific/Thueringer-trinken-weniger-Bier-375028374).


De Vrijstaat Thüringen ontstond op 1 mei 1920 door samenvoeging van de Thüringse staten, de in 1918 tot vrijstaten dan wel volksstaten verklaarde monarchieën Saksen-Weimar-Eisenach, de Vrijstaat Gotha (Saksen-Coburg en Gotha had zich inmiddels opgesplitst), Vrijstaat Saksen-Altenburg, Saksen-Meiningen, de Volksstaat Reuss (bestaande uit de voormalige vorstendommen Reuss oudere linie en Reuss jongere linie), Schwarzburg-Rudolstadt en Schwarzburg-Sondershausen. De Nieuwe Rotterdamsche Courant berichtte over het ontstaan van de vrijstaat als volgt:
Vandaag is de geboortedag van den nieuwen staat Thuringen, die samengesteld is uit de vroegere duodecimomonarchieën: Saksen-Altenburg, Saksen-Koburg en Gotha, Saksen-Meiningen, Saksen-Weimar, Reuss (de oude en jonge linie waren door het uitsterven van een ervan al samengesmolten), Schwarzburg-Rudolstadt en Schwarzburg-Sondershausen. Daarmee is een hoogst zonderlinge lappendeken uit den ouden tijd, laten wij hopen voorgoed, opgeborgen. Wie door Thüringen reisde, wist nooit waar hij was, want elk landje had tal van exclaven die als groote rozijnen in het gebied van den ander verstrooid lagen. Saksen-Altenburg werd door Reuss in twee stukken gespleten, Saksen-Meiningen bestond uit een hoofdmassa van gemiddeld 15 kilometer breed en 14 exclaven, waarbij er waren die men op een atlaskaart van Duitschland bijna niet met het bloote ooog (sic) kon ontdekken, enz. (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat))

Saksen-Weimar-Eisenach (vanaf 1903 officieel groothertogdom Saksen) was een van de Ernestijnse hertogdommen en van 1918 tot 1920 een vrijstaat in het huidige Thüringen. De unie Weimar-Eisenach ontstond toen Ernst August I, hertog van Saksen-Weimar, na de dood van Willem Hendrik van Saksen-Eisenach (1741) ook Saksen-Eisenach in handen kreeg. Dit dubbelhertogdom werd in 1809 verenigd tot een enkele staat. Saksen-Weimar-Eisenach was met zijn 3.610 km² (Ter vergelijking: de provincie Overijssel is 3.420 km² groot) verreweg de grootste van de Thüringse staten. Het bestond uit drie grotere delen en daarnaast nog 24 kleinere exclaves. Het land was verdeeld in vijf districten, waaronder Weimar (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saksen-Weimar-Eisenach).

De Vrijstaat Gotha was een republiek die op 14 november 1918 van het Hertogdom Saksen-Coburg en Gotha werd afgescheiden en op 1 mei 1920 in de vrijstaat Thüringen opging. De Vrijstaat Gotha ging op 1 mei 1920 na een aanvankelijk conflict op in de nieuwe vrijstaat Thüringen, in tegenstelling tot Coburg, dat zich na een referendum aansloot bij Beieren (http://nl.wikipedia.org/wiki/Vrijstaat_Gotha).

Hertogdom Saksen-Coburg en Gotha was een in personele unie verenigde staat bestaande uit de Ernestijnse hertogdommen Saksen-Coburg en Saksen-Gotha die bestond van 1826 tot 1918. De hoofdsteden ervan waren Coburg en Gotha. De staat ontstond toen Frederik August I van Saksen in 1826 de Ernstijnse hertogdommen opnieuw indeelde. Na het uitsterven van de linie Saksen-Gotha-Altenburg ruilde de hertog van Saksen-Hildburghausen zijn hertogdom met Saksen-Altenburg. De linie Saksen-Meiningen verkreeg Saksen-Hildburghausen, het Saalfeldse deel van Saksen-Coburg-Saalfeld en het district Themar. Saksen-Coburg-Saalfeld kreeg hiervoor in ruil Saksen-Gotha en van Saksen-Hildburghausen de districten Königsberg en Sonnefeld. Tot de staat behoorde ook het Vorstendom Lichtenberg, dat hertog Ernst I na het Congres van Wenen in 1816 uit erkentelijkheid had ontvangen. Het vorstendom werd in verband met de grote afstand tot Coburg en de onrust na het Hambacher Fest in 1834 aan Pruisen verkocht
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Hertogdom_Saksen-Coburg_en_Gotha).

Saksen-Altenburg kan verwijzen naar twee verschillende Ernestijnse hertogdommen en een republiek in het huidige Thüringen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saksen-Altenburg):

Hertogdom Saksen-Altenburg (1603-1672) was een land binnen het Heilige Roomse Rijk dat werd geregeerd door de Ernestijnse linie van het Huis Wettin. Het land ontstond in 1603 toen Saksen-Weimar werd verdeeld. In 1672 stierf de hertogelijke linie van Altenburg uit, waarna het gebied werd verdeeld tussen Saksen-Weimar en Saksen-Gotha. Na het uitsterven van Saksen-Altenburg in 1672 kwam 1/4 van het gebied aan Saksen-Weimar en 3/4 aan Saksen-Gotha. Aan Saksen-Gotha kwamen Altenburg (met Eisenberg), Coburg en 1/2 Eisenach.

Hertogdom Saksen-Altenburg (1826-1918)  was een van de Ernestijnse hertogdommen in het huidige Thüringen. Het bestond van 1826 tot 1920 (sinds 1918 als vrijstaat). Na het uitsterven van de linie Saksen-Gotha-Altenburg wees de Saksische koning Frederik August I in 1826 Saksen-Hildburghausen en het Saalfeldse deel van Saksen-Coburg-Saalfeld toe aan Saksen-Meiningen. Frederik van Saksen-Hildburghausen ontving ter compensatie hiervoor het ambt Altenburg met Eisenberg en Stadtroda als zelfstandig hertogdom Saksen-Altenburg.  Na een vernieuwd verdrag streden Altenburgse troepen in de Frans-Pruisische Oorlog van 1870/1871 en trad het land toe tot het Duitse Keizerrijk. Door de gunstige financiële situatie van het hertogdom konden de belastingen aanzienlijk verlaagd worden. Koning Ernst II deed in de Novemberrevolutie op 13 november 1918 troonsafstand.

Vrijstaat Saksen-Altenburg (1918-1920): De vrijstaat Saksen-Altenburg ging op 1 mei 1920 op in Thüringen. Ernst II stierf in 1955 als allerlaatste Duitse soeverein en was daarmee de enige die nog ingezetene van de Duitse Democratische Republiek is geweest. Met de kinderloze dood van zijn zoons Frederik Ernst (1985) en George Maurits (1991) stierf de linie Saksen-Altenburg uit.

Het Hertogdom Saksen-Meiningen (ook wel Saksen-Meiningen-Hildburghausen) was een van de Ernestijnse hertogdommen in het huidige Thüringen dat bestond van 1681 tot 1920 (sinds 1918 als vrijstaat) (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saksen-Meiningen).

De Volksstaat Reuss was een republiek in het huidige Thüringen die bestond van 4 april 1919 tot 1 mei 1920. De hoofdstad was Gera. De term volksstaat wil hier, evenals het in andere Duitse landen gangbare vrijstaat, niets anders zeggen dan republiek, in tegenstelling tot de oude monarchie (http://nl.wikipedia.org/wiki/Volksstaat_Reuss).

Het vorstendom Schwarzburg-Rudolstadt was een graafschap (1599-1697), vorstendom (1697-1918) en vrijstaat (1918-1920) in de huidige Duitse deelstaat Thüringen. Schwarzburg-Rudolstadt is ontstaan tussen 1572 en 1599, toen het graafschap Schwarzburg middels verschillende verdragen tussen de nakomelingen van graaf Gunther XL werd verdeeld. Net als Schwarzburg-Sondershausen verkreeg de staat bij het Verdrag van Stadtilm (21 november 1599) de vorm die het tot 1920 zou behouden. Het bestond uit twee geografisch gescheiden gebiedsdelen, een zuidelijk gelegen Oberherrschaft, rond de residentie Rudolstadt en een noordelijker Unterherrschaft rond de stad Frankenhausen. Stamvader van het geslacht was Albert VII (1537-1605) (http://nl.wikipedia.org/wiki/Schwarzburg-Rudolstadt).

Het vorstendom Schwarzburg-Sondershausen (tot 1716 Schwarzburg-Arnstadt) was een van de Thüringse staten die bestond van 1599 tot 1920. Schwarzburg-Sondershausen is ontstaan tussen 1572 en 1599, toen het graafschap Schwarzburg met verschillende verdragen tussen de nakomelingen van graaf Gunther XL werd verdeeld. Net als Schwarzburg-Rudolstadt verkreeg de staat bij het Verdrag van Stadtilm van 21 november 1599 de vorm, die het tot 1920 zou behouden. Het bestond uit twee geografisch gescheiden gebiedsdelen, een zuidelijk gelegen Oberherrschaft, rond Arnstadt en een noordelijker Unterherrschaft rond de residentie Sondershausen. Stamvader van het geslacht was Johan Gunther I (1532-1586) (http://nl.wikipedia.org/wiki/Schwarzburg-Sondershausen).

Dus zo gelezen hebbende heeft de staat een rumoerige tijd gehad met ridders, grafen, hertogen en handjeklap. Waarbij na 1918 een aantal staten veranderde in vrijstaten. Bij die vrijstaten speelt de maartrevolutie een pivotale rol.

De maartrevolutie is de benaming voor de nationaal-liberale revoluties van 1848/1849 in de staten van de Duitse Bond en de buiten deze bond gelegen delen van Oostenrijk en Pruisen. De Maartrevolutie maakte deel uit van de nationaal-liberale opstanden die in 1848 door grote delen van Europa stormden. De Duitse revolutionairen eisten liberale, democratische hervormingen en de vorming van een nieuwe Duitse eenheidsstaat. De niet-Duitse bevolkingsgroepen, Slaven en Hongaren, eisten een grotere mate van autonomie of gehele onafhankelijkheid van de vreemde overheerser (http://nl.wikipedia.org/wiki/Maartrevolutie).

Een anekdote over een incident negen jaar eerder in Gera vond ik in het verhaal van 36. De Gestoorde dans in het e-boek Kijkjes in de historie (Ten brink 1894): vorst Hedrik LXXII was zoals zoveel Duitse vorsten van mening dat het volk er was om hem te vergoden en verrijken. Hij verbood het schuttersfeest van Gera, toen hij vernam dat zijn personeel er niet welkom. De inwoners vonden dit onterecht omdat zij onderdanen en geen slaven waren. Ze zouden feesten en dansen op hun eigen terrein en ze waren van mening dat zolang geen wetten gebroken werden dit geen zaak van de vorst was. Het feest werd voorbereid, maar voordat het kon beginnen stonden er soldaten bij de ingang. In plaats van dansen en feest was er enkel bier en braadworst. Dat werd gedeeld met de soldaten. Onbekend is wat de rol was van de gestoorde dansers en de betrokken infanteristen bij het verdrijven van de vorsten die zo willekeurig heersten, maar verwacht mag worden dat dergelijke incidenten hebben bijgedragen aan de onvrede (zie ook Historische Kijkkast, Ten Brink, 1873).

De voornaamste oorzaak van het uitbreken van de revolutie was de wijdverbreide ontevredenheid over het reactionaire, absolutistische regeringssysteem in de Duitse staten sinds het Congres van Wenen (deze werd na de val van Napoleon in 1814 en 1815 gehouden door de overwinnende mogendheden Pruisen, Oostenrijk, Rusland en het Verenigd Koninkrijk met als doel de staatkundige herordening en institutionele reconstructie van Europa.). Het symbool van dit systeem was de Oostenrijkse kanselier Klemens von Metternich, die, onder andere met de besluiten van Karlsbad, de persvrijheid beknotte en liberale en nationalistische bewegingen verbood en vervolgde (weetje: Henry Kissinger schreef zijn dissertatie over zijn idool Metternich, in 1954 gepubliceerd als: "A World Restored: Metternich, Castlereagh and the Problems of the Peace 1812-1822". In 1994 verscheen van zijn hand het boek Diplomacy, een overzicht van de diplomatieke geschiedenis sinds de 17e eeuw, met veel aandacht voor het beleid van machtsevenwicht van Willem III.).


1848 was sowieso een rumoerig jaar (http://nl.wikipedia.org/wiki/1848): Op 25 januari verscheen het Communistisch Manifest, geschreven door Karl Marx en Friedrich Engels. Het draagt op de omslag als kenspreuk: "Proletariërs aller landen, verenigt u!".
Op 2 februari kwam er een eind aan de Amerikaans-Mexicaanse Oorlog en Mexico verloor een groot deel van zijn grondgebied aan de Verenigde Staten. Op 17 februari stond Groothertog Leopold II van Toscane staat een grondwet toe en op 22 februari brak de Februarirevolutie in Parijs uit, ingevolge economische depressie en voortdurende sociale onrust. Ook in Wenen breken ongeregeldheden uit. Keizer Ferdinand vlucht in maart naar Olmütz ten oosten van Praag. De regering schaft de censuur af en belooft de instelling van een Nationale Vergadering. De Maartrevolutie slaat over naar Pruisen  (http://nl.wikipedia.org/wiki/1848).


1848 was a year of revolutions in Europe. In France the monarchy collapsed and the Second Republic was established. In the German Confederation there were many revolts for constitutional government and a national parliament. The Communist Manifesto said that "of all the classes that stand face to face with the bourgeoisie today, the proletariat alone is a really revolutionary class". In England, Wales and France the workers were a significant fraction of radical activity, but no more. In Germany, the Manifesto anticipated a radical bourgeoise revolution followed by a proletarian revolution. The proletarian revolution did not happen (http://studymore.org.uk/sshtim.htm#1848Revolutions,
http://studymore.org.uk/sshglo.htm#Revolution).

In maart breken in Duitsland en Frankrijk revoluties uit. Ook in Amsterdam en Den Haag zijn relletjes, onder andere door de slechte economische toestand. De geschrokken koning wordt hierdoor in één nacht van uiterst conservatief uiterst liberaal (www.parlement.com/id/vh8lnhrpfxtu/grondwetsherziening_1848). Op 18 maart vraagt de Hollandse koning Willem II aan een commissie onder leiding van Johan Rudolph Thorbecke om de grondwet te herzien (Grondwetherziening van 1848). Koningen treden af en Nederland kreeg een eerste kabinet.
Op 19 april roept Hongarije de onafhankelijkheid uit. In mei ontvlucht Keizer Ferdinand I van Oostenrijk
 Wenen. De Franse revolutionaire regering schaft de slavernij in de Amerikaanse koloniën af.
In oktober treden weer vorsten af of staan hun land af aan anderen.
 In Nederland wordt op 3 november een nieuwe grondwet van kracht, opgesteld door de liberaal Thorbecke. Hoofdpunten zijn o.a.: Nederland wordt een parlementaire monarchie, de macht van de koning wordt beperkt, de ministeriële verantwoordelijkheid wordt ingevoerd en er komen rechtstreekse verkiezingen van de Tweede Kamer, de Provinciale Staten en de Gemeenteraden. Op 16 november wordt Jonas Furrer de eerste bondspresident van Zwitserland. Het land is na de burgeroorlog van een confederatie omgevormd tot een federatie. In december wordt Napoleon III koning in Frankrijk  (http://nl.wikipedia.org/wiki/1848).


In economisch opzicht speelden de industriële revolutie, de daarmee samenhangende verpaupering en de grote misoogsten van 1846 een rol. Een directe aanleiding voor de Maartrevolutie was de Februarirevolutie in Frankrijk, die een einde maakte aan de Julimonarchie met de heerschappij van de burgerkoning Lodewijk Filips (http://nl.wikipedia.org/wiki/Maartrevolutie). In heel Europa kregen na het mislukken van de revoluties van 1848 de reactionaire krachten weer de overhand en werden de meeste liberale concessies weer teruggedraaid. Enkele verworvenheden (zoals het afschaffen van de lijfeigenschap in de gebieden waar dat nog niet was gebeurd en een grotere rechtszekerheid) bleven echter behouden. De pers won na het versoepelen van de censuur tijdens de revoluties aan invloed (http://nl.wikipedia.org/wiki/Maartrevolutie).

In Thüringen heerste eeuwenlang een bijzonder sociaal-cultureel klimaat waardoor het culturele leven, kunsten en wetenschappen konden floreren. Dit werd veroorzaakt door de verdeeldheid in zeer vele mini staatjes elk met met hun eigen vorsten en bestuurders die te weinig macht of geld hadden om oorlog met de buren te voeren. Men kon zich daardoor als hofhouding alleen onderscheiden door het aanstellen van kunstenaar of wetenschappers.  Zo ontstond er in Thüringen een klimaat waar kunsten en wetenschappen opbloeiden.
De zogenaamde kleinstaterij, die zijn oorsprong vond in het Thüringer erfrecht, heeft ertoe bijgedragen dat in Thüringen een culturele klimaat ontstond waarin vele dichters, kunstschilders, componisten en andere kunstenaars en wetenschappers zich goed konden ontplooien (www.thuringerwald.nl/cultuur.html).

Wie aan Thüringen denkt en aan literatuur komt meteen op Goethe en Schiller als belangrijkste vertegenwoordigers van het Weimarer Classicisme, een stroming die ‘Klassiek’ als esthetische norm aanvaardt en refereert aan de Griekse en Romeinse kunst, waarbij rust en stilte beschouwd worden als essentie van het schone. Johann Wolfgang von Goethe is als dichter, toneelschrijver, theaterleider, natuurwetenschapper, kunsttheoreticus en als staatsman bekend. Hij is de bekendste vertegenwoordiger van de Weimarer Klassiek (www.thuringerwald.nl/literatuur.html). Een befaamde uitspraak van Duitse dichter Goethe over Thüringen: ‘ waar anders in Duitsland kan men zoveel bezienswaardigheden vinden en zo dicht bij elkaar?’ (www.wereldpagina.nl/index.php/Th%C3%BCringen)

Het favoriete bier van Goethe was schijnbaar Kostrizer Schwarzbier uit Gera
(www.mobypicture.com/user/Michonnet1/view/16213406http://en.wikipedia.org/wiki/K%C3%B6stritzer)


Bij componisten in Thüringen wordt meestal alleen aan Johann Sebastian Bach en zijn familie gedacht. Maar er zijn veel meer beroemdheden op dit gebied. Zo kan genoemd worden: Johann Pachelbel (componist organist te Eisenach en later in Erfurt),   Wilhelm Richard Wagner (componist, toneelschrijver, auteur, theaterregisseur en dirigent, Franz Liszt (hofkapelmeester te Weimar) en Johannes Brahms (componist, pianist en dichter uit de periode der romantiek) (www.thuringerwald.nl/componisten.html). Dat Thüringen een land is van bekende filosofen, pedagogen is geen ‘algemene ontwikkeling’ voor de doorsnee Nederlander. De meeste Nederlanders kennen minstens twee namen uit deze lijst. Onderstaande opsomming, in volgorde van geboortedatum, frist de blik op dit thema eens op.
1.       Johann Gottfried von Herder (* Mohrungen, 25 augustus 1744 - Weimar, 18 december 1803) was een Duitse dichter. Hij studeerde theologie en filosofie en was predikant van beroep.
2.   Johann Christoph Friedrich GutsMuths (* 9 augustus 1759 in Quedlinburg; †21 mei 1938 in Ibenhain) was in Goethe's tijd een pedagoog van naam, voorvechter van de schoolgymnastiek en mede-grondlegger van het turnen. Naar hem is Europa's grootste loop evenement - de GutsMuths-Rennsteiglauf - genoemd die sinds 1973 jaarlijks in mei in het Thüringer Wald gelopen wordt.
3.       Georg Wilhelm Friedrich Hegel (* 27 augustus 1770 in Stuttgart; † 14 november 1831 in Berlin) een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de filosofie van het Duitse Idealisme. Professor te Jena 1801 -1807.
4.       Friedrich Wilhelm Joseph Ritter von Schelling, 1812 geadeld (* 27 januari 1775 in Leonberg, Württemberg; † 20 augustus 1854 in Bad Ragaz, Zwitserland) voornaamste vertegenwoordiger van de filosofie van het Duitse Idealisme. Van 1799 – 1803 Professor te Jena.
5.       Arthur Schopenhauer (* 22 februari 1788 in Danzig; † 21 2eptember 1860 in Frankfurt am Main) filosoof, auteur en professor.  Woonde in Weimar van 1807 – 1814. Promoveerde in Jena 1813.
6.       Friedrich Fröbel (Oberweißbach, Thüringen, 21 april 1782 – Marienthal, Thüringen, 21 juni 1852) was een Duits opvoedkundige bekend van Fröbelen en Fröbelschool. Lange tijd werkzaam in Keilhau bij Rudolstadt.
7.       Friedrich Nietzsche – Duits filosoof overleden te Weimar 25-08-1900. Belangstellenden bezoeken het Nietzsche-archief in Weimar.
8.       Rudolf Eucken, (* 5 januari 1846 in Aurich (Ostfriesland); † 15 september 1926 in Jena) filosoof en winnaar van de Nobelprijs voor de literatuur 1908.
9.       Peter Petersen, (* 26 juni 1884 in Großenwiehe bij Flensburg; † 21 maart 1952 in Jena) pedagoog en bedenker van het Jenaplan systeem (www.thuringerwald.nl/filosofen-en-pedagogen.html).
10 Maximilian Carl Emil (Max) Weber (Erfurt, 21 april 1864 – München, 14 juni 1920) was econoom, geschiedkundige, rechtsgeleerde en socioloog. Hij geldt als een van de grondleggers van de sociologie (www.thuringerwald.nl/wetenschappers.html).


Thüringen noemt zichzelf de toeristische schatkamer van Midden-Duitsland. Inderdaad zijn er weinig gebieden die eenzelfde combinatie van prachtige natuur en ongekende culturele rijkdom te bieden hebben. Het afwisselende landschap van bergen, dalen, rivieren, meren en stuwdammen kan het best te voet ontdekt worden. De Thüringer is een op houtskool gegrilde braadworst naar geheim recept. Met mosterd of ketchup en een vers getapt biertje een terugkerend hoogtepunt tijdens uw vakantie (www.duitsland-reisgids.nl/espresso/thuringen.html).

Thüringen is dun bevolkt en heeft prachtige uitgestrekte natuurgebieden zoals het Thüringer Wald en het Franken Wald in het zuiden, de Thüringer Rhön in het zuidwesten op de grens met de deelstaat Hessen en de Thüringer Harz in het noordwesten op de grens met de deelstaat Niedersaksen.
De regio beschikt over het grootste stuwmerengebied van Duitsland, het Kyffhäusergebergte, de Zuid-Harz, het Thüringer Vogtland en het water- en burchtenrijke Saaledal. Maar ook: het Nationaal Park Hainich, vijf natuurparken en UNESCO-biosfeerreservaat Rhön en bioreservaat Vesserdal–Thüringer Woud (www.wereldpagina.nl/index.php/Th%C3%BCringen).

Het hart van de deelstaat Thüringen wordt ingenomen door het Thüringer Bekken, een glooiende open laagvlakte die wordt doorsneden door de belangrijkste rivieren van de deelstaat: de Saale en haar zijrivier de Unstrut. In het Thüringer bekken liggen belangrijke steden als Gotha, Erfurt en Weimar. Het zuiden van Thüringen wordt gedomineerd door het middelgebergte het Thüringer Woud. Het hoogste punt van Thüringen is de in het Thüringer woud gelegen Großer Beerberg van 982 meter hoogte. In het zuidwesten heeft Thüringen haar aandeel in het vulkanische Rhöngebergte. Door het heuvelachtige westelijke grensgebied met Hessen slingert zich de rivier de Werra, de langste bronrivier van de Wezer (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat)).

Het vlakkere heuvelland in het midden van Thüringen wordt het Thüringer Bekken genoemd. Het landschap wordt grotendeels bepaald door vrij grootschalige landbouw. Aan de zuidrand van het Thüringer Bekken ligt de Thüringer Stedenband met de steden: Eisenach, Gotha, Erfurt, Weimar en Jena, die alle van west naar oost langs de snelweg A4 te vinden zijn. In het zuiden wordt het Thüringer Bekken begrens door het Thüringer Wald en Thüringer Schiffergebirge oostelijk daarvan. In het Thüringer Wald ontspringt de rivier de Werra die langs de zuidzijde van het gebergte naar het westen stroomt. Voorbij Eisenach buigt de rivier naar het noorden om het Thüringer Wald heen. Iets zuidelijker dan de Werra bevindt zich de grens tussen Thüringen en Beieren, die deel uitmaakt van de voormalige Duits-Duitse-grens (‘Inner-Deutsche Grenze’) (www.thuringerwald.nl/landstreken.html).

Thüringer Rhön
In het westen ligt ten zuiden van de Werra, ingeklemd tussen Beieren, Hessen en het Thüringer Wald de Thüringer Rhön. Dit is een uitloper van het Rhöngebergte dat zijn hoogste toppen in Oost-Hessen heeft (www.thuringerwald.nl/landstreken.html).

Eichsfeld
Aan de westkant wordt het Thüringer Bekken begrensd door de laaggebergten met de landstreken Hainich en Eichsfeld (www.thuringerwald.nl/landstreken.html).

Zuid-Harz
In het noorden gaat het vanuit het Thüringer Bekken weer omhoog in het Kyffhäuser gebergte ende Südharz – een uitloper van de Harz in de deelstaat Sachsen-Anhalt. De Harz is het noordelijkste middelgebergte van Duitsland (www.thuringerwald.nl/landstreken.html).

Thüringer Vogtland
In het uiterste oosten van Thüringen ligt het Thüringer Vogtland. Een prachtig glooiend heuvelland met interessante Oost-Thüringer steden als Greiz, Weida en Gera (www.thuringerwald.nl/landstreken.html).

De nazi's kwamen in Thüringen in 1930 voor het eerst in een Duitse landsregering, op het moment dat ze op landelijk niveau nog een ondergeschikte rol speelden. Ze trachtten antisemitische wetten door te voeren en de politiek te nazificeren, wat leidde tot een ingrijpen van bovenaf wegens schending van de grondwet. Uiteindelijk lieten de coalitiepartners de nazi's vallen, en er kwamen nieuwe verkiezingen. De nazi's verloren deze: ze hadden het voorlopig bij de kiezers verbruid. Dit "Thüringer experiment" vormde een van de achterliggende redenen om later een kabinet-Hitler (Men kan van een kabinet spreken omdat dit orgaan in 1933 en 1934 inderdaad 42 maal bijeenkwam. In de jaren daarna was er vrijwel geen enkele vergadering van de ministerraad meer. De laatste vergadering was op 5 februari 1938. Verder bestond de regeringspraktijk uit audiënties bij Hitler waar instructies werden gegeven.) te accepteren: men hoopte dat hij op landelijk niveau gezichtsverlies zou lijden (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat)).

In 1944 werd het Regierungsbzirk Erfurt, dat tot dan toe tot de provincie Saksen behoorde, verbonden met Thüringen. Verder werd van de provincie Hessen-Nassau de Kreis Schmalkalden bij Thüringen gevoegd. Deze gebieden bleven tijdens de Russische bezetting en daarna met Thüringen verenigd. In de Nazitijd lagen in Thüringen de beruchte concentratiekampen Mittelbau-Dora bij Nordhausen en Buchenwald bij Weimar (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat)).


The Buchenwald (beechwood) concentration camp was established on 14 juli 1937 (http://jewishcurrents.org/july-15-buchenwald-6249).

Concentratiekamp Buchenwald
De naam van dit concentratiekamp uit WO II veranderde al snel van Ettersberg in Buchenwald, maar ondanks die vrediger naam gingen de gruwelen er gewoon door. Nu een dramatisch herinneringsoord (www.anwb.nl/bestemmingen/landeninformatie/vakantie/bestemmingIndex.html?btiId=BTI_66&themaId=BEST_9).


Tja, je kan er grapjes over maken, maar leuk was het niet...

Buchenwald grew into one of the largest camps within Germany’s borders and incarcerated at least 250,000 people from all over Europe in the course of eight years, of whom more than 56,000 were murdered, including 11,000 Jews. It was a labor camp, not an extermination camp, but inmates were worked to death, summarily executed, and experimented upon by Nazi doctors. Eighty-eight subcamps within Germany, including “euthenasia” facilities, were under Buchenwald’s supervision. Among its prisoners were Jews, political activists, prisoners of war (including Americans), Jehovah’s Witnesses, homosexuals, and “asocials,” all of whom were identified by distinctive clothing patches. There was a strong underground resistance organization in Buchenwald, with members in key administrative posts, which helped many prisoners avert death (http://jewishcurrents.org/july-15-buchenwald-6249).

In Buchenwald, human tattooed skin was placed in Block 2 . . . called the ‘pathological block.’ . . . They skinned prisoners, then they tanned the skin. . . . Human skin was also used to make book covers.” —Nuremberg Trial testimony (http://jewishcurrents.org/july-15-buchenwald-6249).

Na de Tweede Wereldoorlog had de staat een rumoerige tijd:
Tussen 1945–1952 vormde Thüringent een deelstaat binnen de Sovjet-bezettingszone en de DDR. De hoofdstad wordt in 1948 verplaatst van Weimar naar Erfurt. In 1952 wordt Thüringen als deelstaat opgeheven en verdeeld over de Bezirke Erfurt, Gera en Suhl. In 1990 is er herstel van de deelstaat Thüringen met Josef Duchač als eerste minister-president (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat)).

In Thüringen ligt sinds de hereniging midden in Duitsland. Er zijn vanzelfsprekend nog tal van sporen uit de DDR-tijd te vinden.
De westgrens van de deelstaat Thüringen vormt met 763 kilometer het langste gedeelte van de voormalige Duits-Duitse grens. Verscheidene grensposten zijn bewaard gebleven en vormen tegenwoordig als museum een waardevolle bron van informatie.
Zoals de Amerikaanse basis Point Alpha, één van de meest roemruchte locaties in de Koude Oorlog. Meer dan veertig jaar stonden de observatieposten van de NAVO en het Warschaupact hier tegenover elkaar. In het openluchtgedeelte van het museum is de originele grensovergang nog zichtbaar. Het Haus auf der Grenze dat op de grens van Thüringen met de deelstaat Hessen staat, maakt duidelijk hoe het regime het leven aan de grens heeft beïnvloed.
Andere bezienswaardigheden zijn het Grenzlandmuseum Eichsfeld bij Teistungen, het Grenzmuseum Schifflersgrund bij Asbach-Sickenberg en het Deutsch-Deutsches Museum Mödlareuth in Mödlareuth, op de huidige grens met Beieren (www.wereldpagina.nl/index.php/Th%C3%BCringen).

Twee jaar later in 1992 tooit Thüringen zich met de titel Freistaat (vrijstaat) in navolging van Beieren en Saksen. De titel Freistaat heeft in de Bondsrepubliek Duitsland slechts symbolische waarde (http://nl.wikipedia.org/wiki/Th%C3%BCringen_(deelstaat)).




Die Altenburger Brauerei wurde im Jahre 1871 als Aktienbrauerei gegründet und zählte zu den modernsten Brauereien Europas. Heute ist die Brauerei eine sehenswerte Braustätte, ein technisches Denkmal, aber nach modernsten technologischen Gesichtspunkten arbeitend. Infos, Anfragen und Anmeldung zu Führungen, Festen oder Tagungen an Frau Bianca Biedermann (www.thueringen.info/altenburger-brauerei.html).


Arnstadt, gelegen aan de voet van het Thüringer Wald, is de oudste stad van Thüringen. De oudste oorkonde waarin Arnstadt genoemd wordt dateert uit 704. In deze akte schenkt de Thüringer Hertog Hedan II zijn landgoed Arnstadt aan bisschop Willibrord van Utrecht.
De Neideck-burcht waarvan de fundamenten van voor 1273 dateert en van 1557 tot 1560 onder leiding van de Nederlandse bouwmeester Gerard van Mere, uitgebouwd tot haar definitieve omvang. In 1560 trouwde slotheer Günther XLI zu Arnstadt met de 17-jarige Katharina van Nassau, de zus van de Nederlandse Prins Willem I van Nassau.
Van 1330 - 1332 werd een stadsmuur gebouwd waarvan delen nu nog zijn te vinden, evenals de diverse torens die erbij hoorden zoals de Riedturm. In 1581 verwoeste een grote brand delen van de stad In 1703 kwam Johann Sebastian Bach naar Arnstadt om het nieuwe orgel van de Neue Kirche (thans Bachkirche) in Arnstadt in te wijden. Een maand later werd Bach tot organist van de Neue Kirche in Arnstadt benoemd. In 1707 vertrok hij naar zijn nieuwe aanstelling in Mühlhausen. In Arnstadt wordt de herinnering aan Bach levend gehouden met onder andere een actief Bachkoor en het Bach-Festival-Arnstadt (www.thuringerwald.nl/steden/arnstadt.html).

Herzlich Willkommen im Hotelpark Stadtbrauerei Arnstadt. Hier treffen Tradition und Moderne aufeinander und verschmelzen zu einer einzigartigen Symbiose. Bier trinken und Bier brauen hat in Arnstadt eine lange Tradition. Auf stattliche 130 Brauhöfe brachte es einst die Stadt Arnstadt, bei damals 3400 Einwohnern im 17. Jhd. Der Bierrufer und seine Schankmädchen führen Sie in die Geheimnisse  der Braukunst und in die Historie einer der ältesten Braustätten Deutschlands ein und geben Ihnen die Möglichkeit sich selbst von der Einzigartigkeit unserer Handgebrauten Biere zu überzeugen (www.hotelpark-arnstadt.de/bierisch-th%C3%BCringisch.html). Unsere Arnstädter Biere werden von unserem Braumeister in handwerklicher Tradition unter Verwendung feinster und bester Rohstoffe gebraut. So kommen zum Beispiel nur frische Sommergerste aus der Thüringer Rhön, Hallertauer Hopfen und ein eigens für Arnstadt gezüchteter Hefestamm zum Einsatz (www.hotelpark-arnstadt.de/brauerei.html). Ze brouwen verschillende bieren.


Veel van de leden van de familie Bach hebben in Arnstadt gewerkt als musicus. Van 1703-1707 was Johann Sebastian Bach hier werkzaam als organist en cantor van de "Neue Kirche" die thans Bachkirche heet. Het orgel waarop hij speelde, is nog vrijwel origineel; alleen de buitenvleugels werden er later opgezet en het toetsenbord wordt tentoongesteld in het naast de kerk gelegen museum. Een standbeeld toont een recalcitrante jonge man, die Johann Sebastian Bach die nogal eens conflicten had in de vier jaar dat hij hier werkte, moet voorstellen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Arnstadt).


Johann Sebastian Bach (Eisenach, 21 maart 1685 - Leipzig, 28 juli 1750) was een Duitse componist van barokmuziek, organist, klavecinist, violist, muziekpedagoog en dirigent. Hij wordt door de meeste muziekwetenschappers beschouwd als een van de grootste en invloedrijkste componisten uit de geschiedenis van de klassieke muziek vanwege de inventiviteit waarmee hij melodie, harmonie en ritme, maar ook diverse muziekstijlen uit zijn tijd en dansvormen combineerde, wat vele componisten na hem inspireerde en wat ze ook trachtten te evenaren. Bach wordt, met Claudio Monteverdi en Jean-Philippe Rameau, als hoogtepunt van de muzikale barok (ca. 1600 - ca. 1750) beschouwd. Zijn overgeleverde muziek, die pas vanaf circa 1800 in grote oplagen gepubliceerd werd, is ook van grote betekenis gebleken voor vele componisten na hem. In zijn behandeling van polyfonie en harmonie bereikte Bach een kwaliteit waarin hij de grenzen van wat tot dan toe gerealiseerd was in de klassieke muziek verre overschreed. Bachs oeuvre omvat vrijwel alle stijlen en vormen die in zijn tijd gangbaar waren, met uitzondering van opera (http://nl.wikipedia.org/wiki/Johann_Sebastian_Bach).


Nijmeegse onderzoekers onder leiding van professor Rutger Engels hebben een onderzoek gedaan naar de invloed van specifieke soorten achtergrondmuziek op de alcoholinname door jongvolwassenen. De verschillende groepen kregen verschillende achtergrondmuziek te horen: pop, hard rock, rap of klassieke muziek. Het onderzoek is in 2012 gepubliceerd in Substance Use and Misuse (The Effects of Music Genre on Young People's Alcohol Consumption: An Experimental Observational Study).De conclusie was verrassend:
Those groups who were exposed to classical music drank significantly more alcohol than those who were exposed to other music genres. This pattern is quite robust and does not depend on participants’ sex or age, drinking habits, own music preference, and relative importance of music in participant's lives. Zal dit, na het rookverbod, een nieuwe cultuurschok in de kroegwereld teweeg brengen: Bach in plaats van Ali B? (www.foodlog.nl/artikel/bach-bier-bestellen/)

Dornheim bij Arnstadt. Hier trouwde J.S. Bach in 1707 zijn eerste vrouw en nicht Maria Barbara Bach (1684-1720) op 17 oktober  in de Bartholomäuskirche.
Tijdens de veldtocht van Napoleon ontmoetten hier op 26-10-1813 Tsaar Alexander I van Rusland, keizer Josef-Karl-Franz I van Oostenrijk en koning Wilhelm III van Pruisen elkaar om hun strijdplan tegen Napoleon te bespreken.
Dornheim ligt aan het pelgrimspad Elisabeth - Walburga - Paulina, ook wel het sterke vrouwenpad genoemd. Het loopt van Erfurt via Arnstadt naar Paulinzella. Het is een onderdeel van de Jacobweg Erfurt - Coburg (www.thuringerwald.nl/steden/dornheim.html). De oudste vermelding van Dornheim dateert uit 779; uit 948 dateert een oorkonde waarin keizer Otto I het aan het klooster van Hersfeld afstaat (http://nl.wikipedia.org/wiki/Dornheim_(Th%C3%BCringen)).

Otto I de Grote (Wallhausen (Saksen-Anhalt), 23 november 912 - Memleben, 7 mei 973), zoon van Hendrik de Vogelaar en Mathilde van Ringelheim, was hertog van Saksen, koning van Duitsland, koning van Italië, en "de eerste van de Duitse vorsten die keizer van Italië werd genoemd" volgens Arnulf van Milaan. Nadat Karel de Grote in 800 tot keizer werd gekroond, werd zijn rijk in de 9e eeuw onder zijn kleinzonen verdeeld en was de keizerlijke titel, na de moord op Berengarius I van Friuli in 924, bijna veertig jaar vacant, voordat Otto de Grote op 2 februari 962 tot keizer werd gekroond van wat later het Heilige Roomse Rijk zou worden genoemd (http://nl.wikipedia.org/wiki/Keizer_Otto_I_de_Grote).

De abdij van Hersfeld (ook stift of sticht Hersfeld) was een belangrijke abdij die van 769 tot 1606 bestond. In die 837 jaar kende de abdij 66 abten. De abdij lag in de Noord-Hessische stad (Bad) Hersfeld. De kern van het monastieke leven was de stiftskerk, waarvan de resten vandaag de dag nog te bezichtigen zijn als de grootste romaanse kerkruïne van Europa. De geschiedenis van de abdij is nauw verbonden met de geschiedenis van de stad Bad Hersfeld in de deelstaat Hessen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Abdij_van_Hersfeld). Volgens geschriften begint de geschiedenis van de stad in 736, toen Bonifatius-leerling Sturmius een paar hutten bouwde om als kluizenaar in de wildernis te gaan leven. Slechts dertig jaar later begon Lullus, de opvolger van Bonifatius als bisschop van Mainz, met de bouw van het klooster van Hersfeld. Hij legde daarmee het fundament voor de ontwikkeling van de stad en een kerkelijk imperium, de rijksabdij Hersfeld, gesteund door Karel de Grote. Toen Lullus in 786 stierf, werd hij in de door hemzelf gebouwde kloosterkerk bijgezet. Het klooster werd in de periode 831-850 door abt Brun gebouwd. Het Lullusfeest is het oudste volksfeest van Duitsland. Het herinnert aan aartsbisschop Lullus, stichter van Hersfeld en leerling van Bonifatius. Dit feest werd voor het eerst in 852 gevierd. Sindsdien vindt het plaats in de week waarin 16 oktober valt, de sterfdag van de heilige Lullus (http://nl.wikipedia.org/wiki/Bad_Hersfeld).

Erfurt is de hoofdstad van de Duitse deelstaat Thüringen en telt 203.485 inwoners. Bestuurlijk heeft het de status van kreisfreie Stadt.Erfurt werd in 742 voor het eerst genoemd, toen Bonifatius er een bisdom stichtte  (http://nl.wikipedia.org/wiki/Erfurt) (Bonifatius, ook wel Bonifacius, geboortenaam: Wynfreth (Winfried) (nabij Exeter in Zuidwest-Engeland, 672 of 675 - gedood bij Dokkum, 5 juni 754 of misschien in 755) was een van de belangrijkste missionarissen en kerkhervormers in het Frankische rijk, bisschop, martelaar en heilig verklaarde. Bonifatius wordt ook de Apostel van de Duitsers genoemd. Meer nog dan missionaris was hij de inrichter van de kerkelijke structuren in het gebied van het huidige Duitsland en, wat evenzeer cruciaal is geweest, de binding daarvan aan de Heilige Stoel. Bonifatius werd zo de architect van het christelijke West-Europa, omdat hij een groot aandeel had in de grondvesting van de kerk van Rome en in de groei naar culturele eenheid van West-Europa (http://nl.wikipedia.org/wiki/Bonifatius_(heilige)).). Het oude centrum heeft relatief weinig oorlogsschade geleden. Ten tijde van de communistische DDR (1949-1990) was Erfurt de hoofdstad van het Bezirk Erfurt. Belangrijke bezienswaardigheden zijn de romaans-gotische dom, waarvan de bouw duurde van de 12de tot de 15e eeuw, de citadel en het marktplein. Het stadhuis is in neo-gotische stijl opgetrokken (http://nl.wikipedia.org/wiki/Erfurt). Erfurt: een mooie en zelfbewuste stad. Torenrijk Erfurt – zo roemde Maarten Luther de stad ooit, omdat zich hier de torens verheffen van 25 parochiekerken, 15 kloosters en stichten en 10 kapellen. De belangrijkste hiervan zijn de Mariendom en de Severikirche, een in Europa uniek ensemble van architectonische meesterwerken van de Duitse gotiek (www.germany.travel/nl/steden-cultuur/steden/erfurt.html).

De hoofdstad van Thüringen is Erfurt, een stad met circa 200.000 inwoners. Hier zetelt het landsbestuur. Er zijn een twintigtal steden in Thüringen die meer dan 20.000 inwoners hebben. De grootste en interessantste steden liggen alle in Zuid-Thüringen langs de snelweg A4 net ten noorden van het Thüringen Wald. Het zijn de steden: Eisenach, Gotha, Weimar, Jena en Gera. In en rond het Thüringer Wald liggen kleinere plaatsen zoals: Suhl, Ilmenau, Arnstadt, Meiningen, Rudolstadt en Saalfeld. In de hier genoemde steden vond sinds de middeleeuwen het merendeel der sociale en culturele activiteiten plaats (www.thuringerwald.nl/steden.html).

Erfurt werd in 742 voor het eerst genoemd, toen Bonifatius er een bisdom stichtte. Het oude centrum heeft relatief weinig oorlogsschade geleden. Ten tijde van de communistische DDR (1949-1990) was Erfurt de hoofdstad van het Bezirk Erfurt. Belangrijke bezienswaardigheden zijn de romaans-gotische dom, waarvan de bouw duurde van de 12de tot de 15e eeuw, de citadel en het marktplein. Het stadhuis is in neo-gotische stijl opgetrokken. Nederlanders kennen Erfurt mogelijk vooral van de schaatshal Gunda Niemann-Stirnemann Halle, vernoemd naar de schaatsster Gunda Niemann die opgroeide in de stad (http://nl.wikipedia.org/wiki/Erfurt).


Gunda Niemann-Stirnemann, geboren als Gunda Kleeman (Sondershausen, 7 september 1966) is een (Oost-)Duits voormalig schaatsster. Ze wordt beschouwd als een van de meest succesvolle schaatssters aller tijden. Zo werd ze 19 maal wereldkampioen, 8 maal Europees kampioen en 3 maal Olympisch kampioen. Haar eerste internationale succes was in 1988, toen ze tweede werd op het EK Allround. Een jaar later won ze het EK allround en werd tweede op het WK Allround. Haar eerste olympische medaille won ze tijdens de Olympische winterspelen van 1992. Dit alles combineerde ze met het werk als archiefmedewerker. Op 11 juli 1997 trouwde ze met haar Zwitserse manager Oliver Stirnemann.
Ze nam 4 maal deel aan de Olympische Spelen, op drie spelen (Albertville '92, Lillehammer '94 en Nagano '98) behaalde ze 8 medailles (3x goud, 4x zilver, 1x brons). Niemann was in 1994 favoriet op de lange afstanden, maar kwam op de 3000 meter na 500 meter ten val en nam opponente Seiko Hashimoto mee in haar val. Niemann krabbelde op, maar hervatte in de verwarring haar race in de verkeerde baan waardoor ze werd gediskwalificeerd. Ze begon haar internationale schaatsloopbaan in november 1987 op 21-jarige leeftijd bij de World Cup in Berlijn. Ze stond meteen op het podium met een tweede plaats op de 3000 meter. In oktober 2005 beëindigde Niemann haar carrière wegens een slepende rugblessure. De WK Afstanden van 2004 in Seoel zouden achteraf haar laatste wedstrijden zijn. Gunda wilde haar carrière in stijl afsluiten door nog één keer te vlammen op de Olympische Winterspelen in Turijn in 2006. Maar een paar dagen voor de Duitse kampioenschappen van het seizoen 2006 kondigde ze aan definitief de schaatsen in het vet te laten. De slepende rugblessure, die haar ook in het seizoen 2004/2005 aan de kant hield, noodzaakte Niemann om al eind oktober 2005 haar zeer succesvolle carrière te besluiten (http://nl.wikipedia.org/wiki/Gunda_Niemann).


Ik had wat meer Duitse biertaferelen verwacht zoals bij Stefan en Claudia Effenberg, maar blijkbaar is dat niet zo bij het schaatsen...

Waldhaus Erfurt • Rhodaer Chaussee 12 • 99094 Erfurt: Das Anwesen, 344m hoch gelegen, bietet ein eindrucksvolles Panorama, der "Dreigleichen Landschaft" mit der Wachsenburg, Burg-Mühlburg und Burg-Wandersleben sowie dem Inselsberg im Thüringer-Wald. Eine Vielfalt an Biersorten, auf die Jahreszeit abgestimmte, italienische Spezialitäten und gutbürgerliche bis rustikale Hausmannskost. Schauen Sie sich auf unserer neuen Website um und lassen Sie sich zu einem Besuch inspirieren (www.waldhaus-erfurt.de/cms/).


Die Jahreskapazität im Waldhaus beträgt 250.000 Liter. Unsere Biere können Sie in 1- oder 2-Literflaschen mit nach Hause nehmen oder auch in 5l-Partyfässchen mit eingebautem Zapfhahn sowie im 10, 15, 20 oder 30 Liter Fass mit bayr (www.waldhaus-erfurt.de/cms/index.php?option=com_content&view=article&id=35&Itemid=39). Het Waldhaus brouwt verschillende bieren (www.ratebeer.com/brewers/waldhaus-brau-erfurt/2014/www.beeradvocate.com/beer/profile/7318/

Waldkasino
Erfurter Brauereigaststätte
Narender Dogra
Waldkasino 2
(www.waldkasino.de/)
Ze brouwen pils, schwarzbier en een dunkel (www.waldkasino.de/html/flaschenbier.html)


Die Braugold Vertriebs GmbH & Co. KG war eine Brauerei in Erfurt. Sie zählte zu den größten Brauereien des Bundeslandes und war zeitweilig Marktführer in Thüringen. Die Geschichte der Braugold-Brauerei geht auf zwei Brauereien zurück, die sich im 19. Jahrhundert gebildet hatten. Zum einen wurden in den Jahren 1822 und 1827 durch Volkmar Döppleb zwei Biereigenhöfe an der im Stadtzentrum gelegenen Straße Große Arche gekauft. Dies waren Bürgerhäuser, die auf Grund landwirtschaftlichen Besitzes Braurecht, die Biereige, besaßen. Die damit entstandene Brauerei ging später an eine Familie Baumann über. Nach dem Ende des Zweiten Weltkriegs wurde 1948 die Brauerei in Volkseigentum überführt. Mit dem Eintrag des Markenzeichens Braugold erhielt die Brauerei 1956 ihren heutigen Namen. Im Jahr 1967 begann die Produktion des heute meist verkauften Bieres Braugold Pilsner Spezial. 1969 wurde durch den Zusammenschluss von neun Brauereien des Bezirkes Erfurt der VEB Getränkekombinat Erfurt gebildet. Die Brauerei Braugold wurde Stammbetrieb und Sitz der Leitung des Kombinats. Zum 1. Januar 2011 übernahm die Getränkegruppe Waldhoff die Braugold-Brauerei.
Im Herbst 2010 wurde die Produktion im Erfurter Betrieb bis auf die Herstellung der Stammwürze für die sieben Biersorten eingestellt, da das weitgehend heruntergewirtschaftete Brauereigebäude eine kostendeckende Produktion nicht mehr zulässt. Der eigentliche Brauvorgang und die Abfüllung erfolgt nunmehr in einer Brauerei in Braunschweig. Auf dem ehemaligen Brauerei-Gelände sollen altersgerechte Wohnungen zu finden sein, aber auch Unterkünfte für Studenten und ggf. eine Gaststättenbrauerei. Derzeit (2013) läuft der Rückbau der Anlagen und der nicht denkmalgeschützten Gebäude (http://de.wikipedia.org/wiki/Braugold).




Eisenach is, er is trouwens ook een Eisenbach...

De naam doet me denken aan processie van eisenach, maar dat is natuurlijk de processie van Echternach. De Processie van Echternach is een optocht die elk jaar op de dinsdag na Pinksteren gehouden wordt in de Luxemburgse stad Echternach. Deze katholieke processie wordt al sinds de Middeleeuwen gehouden. In deze optocht wordt Sint-Willibrordus herdacht die in 698 de Abdij van Echternach stichtte. Sint-Willibrordus wordt door gelovigen gezien als genezer van de Saint-Guy-kwaal oftewel epilepsie.
De optocht begint bij de brug over de rivier de Sûre. Hier wordt een korte H. Mis gehouden. Hierna trekt de stoet naar de Sint-Willibrordusbasiliek van de abdij van Echternach. Aangekomen bij de basiliek gaat de stoet naar binnen en danst rond de crypte van Sint-Willibrordus. Tijdens de optocht zijn de deelnemers aan elkaar vastgemaakt met witte zakdoeken en springen zij in de maat van de processiemars naar voren, afwisselend op hun linker- en rechtervoet. De optocht wordt ook wel de Springprocessie of Dansprocessie genoemd. Als uitdrukking wordt "Processie van Echternach" gebruikt om te illustreren hoe een proces onnodig traag of inefficiënt kan verlopen: drie stappen voor-, twee achteruit. De drie stappen naar voren en twee terug  is in 1947 afgeschaft omdat het voormalige ritme voor te veel chaos zorgde (http://nl.wikipedia.org/wiki/Processie_van_Echternach).
Maar goed, Luxemburg is niet Duitsland, dus nog even geduld, voor ik aan dat land begin (dat is met een oppervlakte van 2.586 km² en met iets meer dan een half miljoen inwoners is het groothertogdom na Malta het kleinste land binnen de Europese Unie en daarmee vast een stuk sneller besproken dan Duitsland)


Eisenach is a town in Thuringia, Germany with 42,000 inhabitants, located 50 kilometres (31 miles) west of Erfurt, 70 km (43 miles) south-east of Kassel and 150 km (93 miles) north-east of Frankfurt. It is the main urban centre of western Thuringia and bordering north-eastern Hessian regions, situated near the former Inner German border. A major attraction is Wartburg castle, which has been a UNESCO world heritage site since 1999. Eisenach is situated on the Hörsel river, a tributary of the Werra between the Thuringian Forest in the south, the Hainich mountains in the north-east and the East Hesse Highlands in the north-west (http://en.wikipedia.org/wiki/Eisenach).


De geschiedenis van Eisenach gaat terug tot ca 1040 wanneer Lodewijk de Bebaarde van het heersers geslacht de Ludowingers het gebied ten Noorden van het Thüringer Wald bestuurde. Deze zou volgens de legende in 1067 de Wartburg gebouwd hebben. Eisenach wordt voor het eerst in 1180 genoemd.
Heilige Elisabeth van ThüringenIn deze Wartburg woonde de  later heilig verklaarde Elisabeth van Thüringen (*1207 Sárospatak, Hongarije - †1231 Marburg, Duitsland). Zij trad in 1221 in het huwelijk met Lodewijk IV van Thüringen - een huwelijk dat reeds toen zij vier was gearrangeerd werd. Tijdens de hongersnood van 1226 hielp zij de armen zeer tegen de wil van haar man in. Na de dood van haar man geraakt ze in conflict met haar zwager die zijn huwelijksaanspraak op haar zag afketsen, waarna hij haar al haar bezittingen afnam. Van Paus Gregorius IX krijgt zij een schadeloosstelling en mag zij op de Marburg gaan wonen. In 1929 treed zij de derde orde van Franciscus van Assisi bij en wijdt de rest van haar leven aan het verzorgen van zieken. in 1235 wordt zij heilig verklaard (www.thuringerwald.nl/steden/eisenach.html).

Martin LutherMartin Luther ging in zijn jeugd in Eisenach op school van 1498 - 1501. Hij ontwikkelde zich daarna tot een vooraanstaand theoloog. Nadat hij wegens zijn kritische houding tegenover de katholieke leer en de onfeilbaarheid van de paus in de kerkelijke ban en de rijksban gedaan was, vluchtte Luther naar Eisenach. Van 1521 - 1522 woonde Martin Luther onder de schuilnaam Jonker Jörg op de Wartburg. Hier vertaalde hij het Nieuwe Testament in het Duits.  De Luther vertaling werd kort daarop de basis voor de Duitse schrijftaal.Met Luther begint de reformatie in Duitsland. Luther's sporen in Eisenach kunt u nog steeds vinden in de Wartburg, het Lutherhuis en de Georgenkerk.
Eisenach is ook een stad met een bijzonder muzikaal verleden. Johann Pachelbel (*Neurenberg, 1 september 1653 – †3 maart 1706) was een Duits organist en componist uit de barokperiode was rond 1677 organist te Eisenach en later in Erfurt. Daarna wordt de belangrijkste barok componist Johann Sebastian Bach op 21 maart 1685 in Eisenach ( † 28. Juli 1750 in Leipzig) geboren Meer over J.S. Bach ». Georg Philipp Telemann (*Maagdeburg, † 14 maart 1681 – Hamburg, 25 juni 1767) was een Duits barokcomponist, dirigent en organist, was van 1706 - 1712 hofkapelmeester aan het hof van Hertog Johan Willem van Saksen-Eisenach. In deze periode leerde hij Bach kennen. Veel later in 1842 bezocht Richard Wagner (* 22 mei 1813 in Leipzig; † 13 februari 1883 in Venetië; componist, toneelschrijver, auteur, theaterregissuer en dirigent) Eisenach. Hij was zo onder de indruk van Eisenach, de Wartburg en het Thüringer Wald dat hij zijn romantische opera Tannhäuser en de Sängerkrieg zich hier liet afspelen. Eisenach bezit na Bayreuth de omvangrijkste Wagner verzameling (www.thuringerwald.nl/steden/eisenach.html).


Wittenburger Luther Beer “Zum Gedenken an den bedeutendsten Wittenburger Luther Bier “ein kannlein bir gegen den teufel ihndamit zu verachten” or “To commemorate the most important, Wittenburger Luther Beer, a mug of beer against the devil is to despise him.” I totally agree with Luther when he said: “God does not forbid you to drink, as do the Turks; he permits you to drink wine and beer: he does not make a law of it. But do not make a pig of yourself; remain a human being. If you are a human being, then keep your human self-control.” And since I am not as young as I used to be: “We old folks have to find our cushions and pillows in our tankards. Strong beer is the milk of the old.“
(http://padresteve.com/2010/02/19/eins-zwei-drei-gsuffa-padre-steve-muses-on-german-beer/).

Wartburg Brauerei Eisenach
Die Wartburg Brauerei Eisenach ist die Traditionsbrauerei der Region. Und das schon seit 1828
(www.eisenacher-brauerei.de/).



Eine Stadt, eine Burg, ein Bier. Die Wartburg Brauerei Eisenach ist eine Regionalbrauerei mit einem großen Namen und einer über 150jährigen Brautradition. Seit 1914 trägt die Eisenacher Brauerei die Bezeichnung Wartburg Brauerei. Man muss sicherlich nicht lange überlegen, welches Denkmal im Mittelpunkt der Kommunikation steht (www.der-neue-blick.de/wartburg-brauerei/index.html).



Wartburg
De oorspronkelijke romaanse bouwstijl van dit langgerekte superkasteel is ondergesneeuwd door gotiek, renaissance en andere bouwstijlen. Dit UNESCO-werelderfgoed was een hoofse minnehof en veel later Luthers onderkomen (www.anwb.nl/bestemmingen/landeninformatie/vakantie/bestemmingIndex.html?btiId=BTI_66&themaId=BEST_9). De Wartburg is een kasteel op een 441 m hoge heuvel boven de stad Eisenach in het Duitse Thüringen. De hoogteburcht werd volgens de legende in 1067 gesticht. Minstens drie elkaar opvolgende vorsten uit het huis Saksen-Weimar-Eisenach resideerden in het kasteel. Het kasteel zou rond het jaar 1070 zijn gesticht door de toenmalige graaf van Thüringen, Lodewijk van Schauenburg (1042 – 1123), ook wel Lodewijk de Springer genoemd. Zijn zoon Lodewijk I van Thüringen ontving in 1131 van keizer Lotharius III de titel van landgraaf. In de 12e eeuw werd het kasteel flink uitgebreid. Het zogenaamde Landgrafenhaus dateert uit deze periode. Het bevat onder meer rijkbewerkte kapitelen, die door Maaslandse metzen (steenhouwers) zijn vervaardigd (http://nl.wikipedia.org/wiki/Wartburg_(kasteel)).


Er is ook een automerk/type naar vernoemd:


Maar is er ook bier?

Jazekerz...(zie www.ratebeer.com/beer/eisenacher-wartburg-pils/21637/)



De Eisenacher Brauerei GmbH aan de 99817 Eisenach, Wartburgallee 25a brouwt Wartburg Pils (Alkoholgehalt: 4.9 %, Stammwürze:  11.7 %) (www.biermap24.de/eisenacher-wartburg-pils).


Die Brauerei Eisenach ist eine frühere Brauerei und ein denkmalgeschützter Gebäudekomplex in Eisenach in Thüringen. Das seit dem 13. Jahrhundert bestehende Stiftsbrauhaus am Frauenplan wurde 1525 zum fürstlichen Brauhaus umgewandelt, ging 1610 in das Eigentum der Stadt Eisenach über und war, mit Unterbrechungen, bis 1839 in Betrieb. Im März 1874 wurde auf einer Generalversammlung der Brauerschaft beschlossen, die Brauerschaft in eine Aktiengesellschaft umzuwandeln. Am 15. Juli 1874 wurde die Vereinsbrauerei gegründet, welche 1886 in die Aktienbrauerei Eisenach umgewandelt wurde. Ab 1914 wurde das Bier der Aktienbrauerei unter dem Namen Wartburg-Bier als geschützte Marke vertrieben. 1923 erwarb die Aktienbrauerei die Vereinigten Eisenacher Brauereien, Petersberger und Schlossbrauerei, welche 1873 als Petersberger Brauerei Eisenach von dem Unternehmer Albert Erbslöh gegründet worden war und im Osten der Stadt nahe dem namensgebenden Petersberg produzierte. Nach dem Zweiten Weltkrieg wurde aus der Aktienbrauerei ein Volkseigener Betrieb, welcher nach der Wende 1990 als Wartburg Brauerei Eisenach GmbH privatisiert wurde, welche von 1995 bis 2011 Teil der Riebeck-Gruppe war. Bis heute wird Bier unter der Bezeichnung Eisenacher bzw. Wartburg von der Wartburg Brauerei Eisenach vertrieben, es wird allerdings heute nicht mehr in Eisenach gebraut (www.eisenacher-brauerei.de/www.eisenacher-brauerei.de/biersortenhttp://de.wikipedia.org/wiki/Brauerei_Eisenach). Ze brouwen o.a.Wartburg-Pils, Wartburg-Export, Schwarzer Esel en Wartburg Radler.

Frauenwald am Rennsteig
De sage over het ontstaan van het dorp Frauenwald gaat terug tot het jaar 1177, waarin Graaf Poppo von Henneberg tijdens de jacht verdwaalde en door een kolenbrander gevonden werd. Deze bracht de graaf terug op de weg Erfurt-Nürnberg. De graaf was zo blij over deze weg weer snel terug naar zijn familie te kunnen reizen dat hij de arme kolenbrander toestond een wens te doen. De kolenbrander wenste op deze plek een kleine kapel, zodat hij daar af en toe eens kon gaan bidden. Deze wens werd vervult en de kapel werd Nikolauskapelle genoemd, naar de beschermheilige van de voerlieden die deze weg bereisden.
In 1218 wer de kapel aan het Kloster Veßra overgedragen, die het tot een vrouwenklooster uitbreide. In 1323 werd het vrouwenklooster aangeduid met "zu den Frauen auf dem Walde" - "Klooster der Vrouwen" - waaruit later de naam Frauenwald ontstaan is.
Allzunah
De plaats Frauenwald heeft zijn ontwikkeling  te danken aan de toenemende betekenis van de handelsweg Erfurt - Nürnberg (die uit de oude weg naar Rome voortkwam). Het reeds in 1323 genoemde "Klooster der Vrouwen" heeft de plaats zijn naam gegeven. In 1360 onstond hier al een tolstation. Rond 1500 vonden hier ongeveer 130 inwoners werk met voornamelijk bosbouwwerk of werkzaamheden die samenhingen met de handelsweg (handel, transport en beherberging). De jongste vestiging in het Rennsteig gebied uit die tijd is het dorp Allzunah, dat in 1691 voor het eerst genoemd werd. Deze vestiging dateert uit de derde en laatste vestigingsperiode, die door de ontwikkeling van de glasfabricage op gang gebracht werd. Een glasfabriekje was het uitgangspunt van deze nederzetting. De bestuurders van Frauenwald en de daar gevestigde glasfabriek vonden deze nieuwe vestiging veel te dichtbij ( All-zu-nah) wat het gehuchtje aan zijn naam geholpen heeft (www.thuringerwald.nl/steden/frauenwald.html).

Frauenwald ist ein Erholungsort im Thüringer Wald im Ilm-Kreis. Frauenwald liegt auf einem Bergrücken zwischen Nahetal und Schleusetal in deutlich über 700 Metern Höhe, etwa zwei Kilometer südlich des Rennsteigs. Der Ort ist ein Straßendorf von etwa zwei Kilometern Länge. Der Sage nach verirrte sich 1177 Graf Poppo VI. von Henneberg beim Jagen im Thüringer Wald. Er wünschte sich eine Kapelle, in der er mal ein Gebet sprechen könne. Graf Poppo ließ auf den Höhen des Thüringer Waldes eine Kapelle bauen, die ab 1218 dem Kloster Veßra übertragen wurde, dies ist die erste urkundliche Erwähnung des Ortes. Das Kloster ließ die Kapelle zu einer Propstei mit Frauenstift ausbauen, woher der jetzige Name Frauenwald (zu den Frawen auff dem Wald) stammt. Das Frauenstift bestand bis 1520. Die Salzburger Exulanten zogen am 23. Juli 1732 durch den Ort und wurden hier im Auftrag Augusts des Starken mit vier Eimern Bier kostenlos vom Schultheiß versorgt (http://de.wikipedia.org/wiki/Frauenwald).


Gräfenroda is een gemeente in de Duitse deelstaat Thüringen, en maakt deel uit van de Ilm-Kreis (http://nl.wikipedia.org/wiki/Gr%C3%A4fenroda).Gräfenroda was founded in 1290. At the end of the 19th century Gräfenroda was the birthplace of the Garden gnome (German: Gartenzwerg). The municipality has a museum of the history of garden gnomes (http://en.wikipedia.org/wiki/Gr%C3%A4fenroda).



In Gräfenroda zou de Surly Gnome Brewing Company gevestigd zijn, maar over deze brouwerij vind ik vrij weinig informatie, maar wel een T-shirt.

Gnomeo & Juliet vertelt het welbekende verhaal van Shakespeare met een nieuwe twist. Het zijn namelijk geen mensen, maar tuinkabouters in de hoofdrol. In een typisch Engels dorp bevinden zich twee huizen naast elkaar. Het ene huis is blauw en het andere rood, allebei met bijbehorende tuinkabouters. Deze tuinkabouters zijn verwikkeld in een oude vete waarvan niemand zich de oorsprong lijkt te herinneren. Desalniettemin zijn beide groepen vastberaden als winnaar uit de bus te komen (www.filmorama.nl/Gnomeo-Juliet). Tuinkabouters...ze schijnen bedacht te zijn in Thüringen in de 19e eeuw (ANWB (ANWB 2006) Noord-en Midden-Duitsland). De mensen toonden, in het verleden ook in deze omgeving, eerbied te hebben voor de natuur en kabouters (als beschermgeest). Bijvoorbeeld door het achterlaten van voedsel. Ook het plaatsen van tuinkabouters kan in deze relatie worden gezien, het is een teken van respect voor de beschermgeest van de natuur of tuin. In veel niet-westerse culturen, zoals bijvoorbeeld op Bali zeer gebruikelijk is, worden nog altijd geschenken gebracht aan natuurgeesten en zijn overal afbeeldingen en beeldjes te vinden in het landschap. Rond de 19e eeuw werden in Gräfenroda de eerste tuinkabouters gemaakt. Toen Philip Griebel terracotta dieren maakte bedacht hij dat het leuk zou zijn voor de lokale bevolking om lokale mythes tot leven te brengen via zijn terracotta beelden. Een van deze mythes was dat er 's nachts kabouters hielpen in de tuin (http://nl.wikipedia.org/wiki/Tuinkabouter).


The GGLF or Garden Gnome Liberation Front is at the forefront of freeing captive gnomes.  The GGLF believes that gnomes deserve the same rights and liberty afforded to humans.    In 1997, over 150 gnomes were removed from private properties and emancipated.   

In 1998, spurred on by previous successful venutes but sadden by the continuing enslavement of their bretheren there was a ‘mass suicide’ in a small city in France.  A note found nearby read, “When you read these few words we will no longer be part of your selfish world, where we serve merely as pretty decorations." The liberation front quietly went about it business for then next couple of years . . . freeing indivifual gnomes on a smaller scale.  And then, in 2000, at a garden show 2,000 confined gnomes were defiantly displayed.  In a nighttime raid, 20 of the gnomes were led to freedom.  The GGLF claimed responsibility, demanding that the Garden Gnomes be released into their natural habitat and not be ridiculed as cheap garden decorations.


Een modernere mythe is dat ze na een tijdje in de tuin te hebben gestaan ook wel eens behoefte hebben om op reis te gaan (www.verhalenbank.nl/items/show/51268). Zoals onder meer te zien de film Le Fabuleux Destin d'Amélie Poulain uit 2001 van Jean-Pierre Jeunet (http://www.verhalenbank.nl/items/show/51268).



Ilmenau is een gemeente in de Duitse deelstaat Thüringen, gelegen in de Ilm-Kreis. Ilmenau ligt op een hoogte van 500 meter ten noorden van het Thüringerwoud. Vooral de rivier Ilm, die de stad van west naar oost doorsnijdt, kenmerkt het landschap van Ilmenau.Ilmenau wordt voor het eerst in 1273 in een oorkonde vermeld. Het behoorde toen tot het Graafschap Käfernburg. De stad kreeg in 1341 haar stadrechten. Drie jaar later (1344) werden de graven van Henneberg de nieuwe heersers van de stad.
Het is ook de plaats waar Hendrikus Colijn (Nederlands militair, topfunctionaris en politicus) op 18 september 1944 overleed in Duits ballingschap. In 2006 werd besloten in Ilmenau een gedenkteken voor hem op te richten. Bij de gedenksteen is een tekst geplaatst, waarop een samenvatting staat van zijn carrière en de reden waarom hij in Ilmenau verbleef (http://nl.wikipedia.org/wiki/Ilmenau).

Hendrikus (Hendrik) Colijn (Burgerveen, 22 juni 1869 – Ilmenau, 18 september 1944) was een Nederlands militair, topfunctionaris en politicus van de Anti-Revolutionaire Partij (ARP).

De Anti-Revolutionaire Partij (ARP) was de eerste politieke partij in Nederland. Ze bouwde verder aan een al bestaande parlementaire stroming, die was begonnen door Guillaume Groen van Prinsterer. De naam 'antirevolutionair' verwijst naar het verwerpen van de ideeën van de Franse Revolutie. De partij werd opgericht door Abraham Kuyper in 1879. Het belangrijkste strijdpunt van de ARP was de gelijkstelling van het openbaar en bijzonder onderwijs. De traditionele achterban van de ARP werd gevormd door de (neo)calvinistische 'kleine luyden'. Omdat de Anti-Revolutionaire Partij sterk verbonden was met de Gereformeerde Kerken in Nederland, werkten kerkelijke conflicten vaak in de ARP door. In 1894 zorgde een conflict over uitbreiding van het kiesrecht dat Alexander de Savornin Lohman uit de fractie stapte en de Vrij-Antirevolutionaire Partij stichtte (een van de voorlopers van de Christelijk-Historische Unie). Ter linkerzijde van de ARP stichtte A.P. Staalman, die vond dat partijleider Kuyper te weinig een sociaal gezicht liet zien, in 1905 de Christen-Democratische Partij. In 1918 richtten enkele bevindelijk-gereformeerden de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) op, uit onvrede over de samenwerking van de ARP met de rooms-katholieken. Eind jaren veertig volgde een politieke afsplitsing in de vorm van het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV). In de Tweede Wereldoorlog ging de ARP ondergronds. Veel antirevolutionairen namen deel aan het verzet. De Nederlandse regering in Londen werd geleid door ARP-voorman Pieter Sjoerds Gerbrandy. In 1967 ging de ARP samen met de Christelijk-Historische Unie (CHU) en de Katholieke Volkspartij (KVP) in gesprek over samenwerking en de drie partijen begonnen in 1973 het Christen-Democratisch Appèl (CDA). In 1980 werden ARP, CHU en KVP opgeheven (http://nl.wikipedia.org/wiki/Anti-Revolutionaire_Partij).

Van 1925 tot 1926 en van 1933 tot 1939 was hij in vijf kabinetten voorzitter van de ministerraad (minister-president, kabinetten Colijn I, II, III, IV en V). Alhoewel geboren in de Haarlemmermeer, groeide Colijn op in het Land van Heusden en Altena. Zowel zijn ouders als grootouders kwamen daar vandaan en hadden er een nering als landbouwer (gehad). In het in deze noordelijkste streek van Noord-Brabant gelegen dorpje Uitwijk zat hij op de lagere school. Hij volgde vanaf 1883 een opleiding aan de christelijke kweekschool in Nieuw-Vennep. In deze plaats had hij ook zijn eerste betrekking, van 1884 tot 1886 werkte hij er als hulponderwijzer.Colijn ambieerde echter een loopbaan in een andere richting, reden waarom hij van 1886 tot 1890 een militaire opleiding bij het instructiebataljon te Kampen genoot plus van 1890 tot 1892 een hoofdcursus officiersopleiding, eveneens in Kampen. Van 1892 tot 1909 was hij als KNIL-militair in het toenmalige Nederlands-Indië gelegerd, voornamelijk in Atjeh.Colijn nam in 1894 deel aan de Expeditie naar Lombok waarbij veel burgerslachtoffers vielen. Zelf was hij als officier ook bij de over en weer gepleegde wreedheden betrokken, zoals blijkt uit een lang na zijn dood gepubliceerde brief waarin hij vertelde over het doden van vrouwen en kinderen. Voor zijn optreden ontving hij in augustus 1895 de Militaire Willems-Orde. In 1907 verliet hij de militaire dienst met de rang van majoor.Na een korte tijd in de politiek ging hij in 1913 het bedrijfsleven in. Colijn sloot in 1914 een tienjarig miljoenencontract met de Bataafse Petroleum Maatschappij (De bekendste vestiging was de raffinaderij in Pernis, die tegenwoordig in bezit is van Shell Nederland Raffinaderij B.V. ,het bedrijf is thans dan ook een dochteronderneming van Shell.). Zodoende was hij niet beschikbaar toen koningin Wilhelmina hem in 1918 aan het hoofd wilde van een nieuwe confessionele regering.Hij hield contact met de Nederlandse politiek als lid van de Eerste Kamer. Na de dood van Abraham Kuyper werd Colijn voorzitter van de ARP en hoofdredacteur van het ARP-partijorgaan De Standaard. Zodoende werd hij de leider van de ARP.
Zijn eerste periode als voorzitter van de ministerraad was van 1925 tot 1926. In datzelfde kabinet had hij de post van minister van Financiën. Daarna werd hij opnieuw Eerste Kamerlid.
Nadat zijn ambitie om Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië te worden in 1929 niet werd verwezenlijkt, bleef hij Eerste Kamerlid totdat zijn tweede benoeming tot voorzitter van de ministerraad volgde in 1933. Er zouden in totaal vijf kabinetsperiodes volgen onder zijn leiding, waarin hij in de eerste twee tevens minister van Koloniën was, en in de laatste twee minister van Algemene Zaken. Zijn laatste regeringsperiode Colijn-V duurde overigens slechts twee weken: dat kabinet werd bij de regeringsverklaring in 1939 weggestemd door een motie van RKSP-fractievoorzitter Deckers (Het vijfde kabinet-Colijn werd, toen het voor het eerst bijeen kwam, direct weer naar huis gestuurd. Het werd buiten partijen om gevormd door Hendrik Colijn. Het kabinet was buiten de partijen om gevormd, wat inhield dat ministers op eigen gezag toetraden. Voor de RKSP, die de hele formatie een schertsvertoning vond, was geen plek in het nieuwe kabinet.). In 1940 vluchtte de Nederlandse regering (Kabinet-De Geer II, dat op 10 augustus 1939 was aangetreden na Colijn V. Vanwege zijn weinig strijdlustige houding bewerkstelligde de koningin op 3 september 1940 de vervanging van Dirk Jan de Geer (CHU) door Gerbrandy. De Geer ging in 1941 terug naar bezet Nederland met toestemming van de Duitse bezetter. Hij gaf aan geen heil te zien in een voortzetting van de oorlog tegen de Duitsers en voorstander was van een synthese van democratie en nationaal-socialisme. In het bezette Nederland kreeg hij de bijnaam Jonk de G: zonder heer en zonder eer. Zijn deelname aan dit "nationale kabinet" werd hem door Colijn en de overige kopstukken van de ARP (met wie hij voordat hij toetrad, geen overleg had gevoerd) ernstig kwalijk genomen. In de zomer van 1940 werd hij uit de ledenadministratie van de partij geschrapt, met als reden: "vertrokken zonder achterlating van adres." Hij vluchtte op 13 mei 1940 met het kabinet naar het Verenigd Koninkrijk en werd in september 1940 door Koningin Wilhelmina eigenhandig tot premier benoemd in de zogenaamde Londense kabinetten. In februari 1945 stapten de socialistische ministers uit zijn kabinet. Gerbrandy formeerde een nieuw kabinet, dat aftrad toen Nederland was bevrijd. Vanuit Londen inspireerde hij met zijn kenmerkende stemgeluid in radiopraatjes het verzet.(http://nl.wikipedia.org/wiki/Pieter_Gerbrandy)) naar het Verenigd Koninkrijk nadat Nederland werd bezet door de Duitsers. Colijn veroordeelde deze vlucht in scherpe bewoordingen.  Hij wijzigde zijn standpunten later weer, toen de Duitsers zijn ARP met de andere partijen verboden. Met de Nederlandsche Unie wilde hij niets te maken hebben, en hij steunde steeds meer het verzet tegen de Duitsers. In 1941 werd Colijn als gevolg van zijn steun aan het verzet door de Duitsers gevangengezet, in eerste instantie in het Limburgse Valkenburg, later in Duitsland, eerst in Berlijn en vervolgens in Hotel Gabelbach te Ilmenau (Thüringen), waar hij samen met zijn vrouw verbleef en een grote mate van vrijheid genoot. Zelfs had hij hier contact met hoge nazi's (http://nl.wikipedia.org/wiki/Hendrikus_Colijn). Twee van zijn zonen kwamen om tijdens de bezetting van het toenmalige Nederlands-Indië door de Japanners. Een van de twee omgekomenen was de amateurbergbeklimmer Anton Colijn. De andere zoon was Pieter Colijn die door het Japanse leger in 1943 onthoofd werd wegens verzetsactiviteiten.Helen Colijn (1921), kleindochter van Colijn en dochter van Anton Colijn, schreef een boek, De Kracht van een Lied, overleven in een vrouwenkamp, waarop de film Paradise Road uit 1997 mede is gebaseerd. Zij verbleef bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog met haar ouders en zusters in Nederlands-Indië. Samen met twee zusters werd zij vanaf 1943 geïnterneerd in meerdere vrouwenkampen op Sumatra. Ook haar moeder was geïnterneerd. Moeder en zusters overleefden deze oorlogstijd (http://nl.wikipedia.org/wiki/Hendrikus_Colijn).
Hendrikus Colijn (22 juni 1869 in Burgerveen (NL); † 18 september 1944 in Ilmenau), Ministerpresident van Nederland, die als Duitse krijgsgevangene naar Ilmenau overgebracht werd waar hij later stierf (www.thuringerwald.nl/religie.html).

Paradise Road is een Amerikaans/Australische film, gemaakt in 1997 onder regie van Bruce Beresford. Het is de verfilming van een waar gebeurd verhaal, dat zich afspeelt in de Tweede Wereldoorlog tijdens de Japanse bezetting op het eiland Sumatra, in het toenmalige Nederlands-Indië. Het scenario van de film is gebaseerd op de dagboekaantekeningen White Coolies van Betty Jeffrey, Hobart, Tasmanië 14 mei 1908 - Melbourne, 20 september 2000, en op het boek De Kracht van een Lied, overleven in een vrouwenkamp van Helen Colijn (1921) (http://nl.wikipedia.org/wiki/Paradise_Roadwww.imdb.com/title/tt0119859/).


Ilmenau has been a small town during the centuries, based on mining of silver and copper until the deposits were depleted. After 1800, it was Johann Wolfgang von Goethe's favourite resort because of its beautiful landscape and in 1838, the established spa led to the advent of tourism, which is still an important branch today. Industrialisation started late after the connection to railway in 1879 but then was rapid during the following century with manufacture of glass and porcelaine as main businesses. Whereas the porcelaine factories were closed (like everywhere in western Europe) during the 1990s, the glass industry remained and produces laboratory equipment and measurement devices being a leading branch together with mechanical and software engineering (http://en.wikipedia.org/wiki/Ilmenau).


Ilm-Kreis is een Landkreis in de Duitse deelstaat Thüringen en strekt zich uit van de Bundesautobahn 4 bij Erfurt in het noorden tot aan de Rennsteig in het Thüringer Woud. De Landkreis heeft een oppervlakte van circa 843 km² en een inwoneraantal van rond 110.000. De Ilm-Kreis ontstond in 1994 door de fusie van de Landkreisen Arnstadt in het noorden en Ilmenau in het zuiden in ongeveer hetzelfde gebied als de reeds tussen 1922 en 1952 bestaande Landkreis Arnstadt. In de beide steden Arnstadt, die tevens Kreisstadt is, en Ilmenau leven tezamen ongeveer 50% van de bevolking van de Ilm-Kreis. De Landkreis is naar de rivier Ilm genoemd, die van het zuidwesten naar het noordoosten door het gebied stroomt (http://nl.wikipedia.org/wiki/Ilm-Kreis).

De Ilm is een linker zijrivier van de Saale in de Duitse deelstaat Thüringen. De rivier is 128,7 kilometer lang (met de Freibach als langste bronbeek gerekend) en ontwatert in een stroomgebied van ongeveer 1043 km² in het midden van Thüringen. De Ilm ontspringt in het Thüringer Woud in de buurt van Ilmenau en stroomt vervolgens door een sterk verkarst gebied, waarin een gedeelte van het water van de Ilm wegsijpelt om vervolgens via ondergrondse bronnen weer tevoorschijn te komen in andere zijrivieren van de Saale. De Ilm stroomt door Weimar en Apolda naar de grens met de deelstaat Saksen-Anhalt, waar de Ilm uitmondt in de Saale (http://nl.wikipedia.org/wiki/Ilm).

De Unstrut is een rivier in het oosten van Duitsland. Het stroomgebied - de rivier zelf en haar zijtakken - bevat bijna het gehele Thüringer bekken, delen van het Thüringer Woud en een stukje van de zuidelijke Harz. Even ten westen van het plaatsje Kefferhausen in Thüringen bevindt zich de oorsprong om na 192 kilometer oostwaarts te zijn gestroomd, uit te monden in de rivier de Saale. Bij Freyburg is de rivier belangrijk voor het microklimaat van de wijnbouw alhier, die als gebied Saale-Unstrut wordt genoemd. Vervolgens mondt zij bij Großjena uit in de Saale (http://nl.wikipedia.org/wiki/Unstrut).

Barbarossa-Privat-Brauerei GmbH, Artern/Unstrut is gelegen aan de Rudolf-Breitscheid-Str. 21
06556 Artern/Unstrut. volgens de website cylex. Die straat ontbreekt helaas bij Google streetview. Gelukkig zijn er wel sites met wat foto's (www.kyffhaeuser-nachrichten.de/news/news_lang.php?ArtNr=46256).


Die Arterner Brauerei, wenn ihr Bier wohl auch zu allen Zeiten geschmacklich umstritten war, gehört zur Geschichte der Stadt. Wenn Artern auch schon länger Braurecht hatte und kleine Brauereien das nutzten, so geht die Geschichte der Vereinsbrauerei auf das Gründungsjahr 1879 zurück. Die Brauerei, wie wir sie in Erinnerung haben war einer der ältesten Betriebe der Stadt.
Den Namen Barbarossa-Bier erhielt das Arterner Bier übrigens bei einer großen Verkostung und Werbeveranstaltung, würden wir heute sagen, am 16. Dezember 1880.
Nach dem Krieg wurde die Brauerei volkseigener Betrieb, gehörte zeitweilig zur Brauerei Sangerhausen und schließlich zum Kombinat Dessau. An die Privatisierung der Brauerei nach der Wende knüpften viele Arterner große Hoffnungen.
Der neu gegründete Barbarossa-Verein verknüpfte zeitweilig seine Tätigkeit eng mit dem Betrieb und dessen Geschichte. So wurde der letzte inzwischen leider verstorbene Arterner Bierkutscher, der den Gerstensaft noch mit Pferden auslieferte, Heinz Wölfert, Ehrenmitglied des Vereins. Doch die Hoffnungen erfüllten sich nicht. 1996 kam das endgültige Aus. Die Brauerei schloss die Pforten, die Einrichtung des Sudhauses ging nach Afrika.
Seit einem Jahr etwa (2007?) erweckt Braumeister Cord von Hantelmann mit einem kleinen Team wieder neue Hoffnungen. Sie haben die Braukunst in Artern wieder belebt. Zum Zwiebelmarkt im vergangenen Jahr präsentierten sie unter großer Anteilnahme der Stadt ein Fass Freibier.
(www.kyffhaeuser-nachrichten.de/news/news_lang.php?ArtNr=46256)

Bereits seit Ende 2002 war der Bau einer Kleinstbrauerei am historischen Standort geplant. Der erste Versuchssud entstand im Jahr 2004. Die Gewerbeanmeldung für das jetzige Unternehmen erfolgte im Juni diesen Jahres. „Durch die Vereinsbrauerei Artern GmbH & Co. KG wird die Brautradition – seit 1879 – wieder belebt“, so Braumeister Cord von Hantelmann. Das Gebäude wird in den nächsten Wochen und Monaten von der Thüringer Landesentwicklungsgesellschaft (LEG) vollständig umgestaltet, in diesem Zusammenhang wird auch die Brauerei erweitert. Abschließend wird auch eine öffentliche Straße durch das Brauereigelände führen (www.cdu-artern.de/11_38_Archiv_Vor-Ort-2007.html).

Vereinsbrauerei Artern heeft hetzelfde adres als Barbarossa (Rudolf-Breitscheid-Str. 21
Artern, Thuringia, Germany 06556) (www.ratebeer.com/brewers/vereinsbrauerei-artern/9140/). Ze brouwen een Vereinsbrauerei Artern Pils en een Vereinsbrauerei Artern Schwarzbier. Volgens beerme (her)opende de zaak in 2007, maar wordt er niet langer gebrouwen. dat verklaart waarom ze geen website hebben.

Bijschrift toevoegen
De Saale is een zijrivier van de Elbe in Duitsland. Ze stroomt over het grondgebied van Beieren, Saksen-Anhalt en Thüringen en heeft een lengte van 427 km. De rivier wordt ook wel de Saksische Saale (Sächsische Saale) genoemd ter onderscheiding van de Frankische Saale, die eveneens in Beieren begint. Langs de rivier staat een groot aantal burchten en burchtruïnes die dateren uit de tijd dat men zich moest verdedigen tegen invallen van Slavische stammen vanuit het oosten. Halle en Jena zijn de grootste steden aan de rivier.De Saale begint, evenals de Main, in het Fichtelgebergte tussen Bayreuth en Hof. De bron bevindt zich op een hoogte van 707 m boven Normalnull op de flanken van de Waldstein. De rivier stroomt vervolgens door het gebied Opper-Franken in noordelijke richting. De monding in de Elbe bevindt zich bij het stadje Barby, halverwege Dessau en Maagdenburg. Langs de Saale bevindt zich het wijnbouwgebied Saale-Unstrut, het noordelijkste van Duitsland (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saale_(rivier)).


Saale-Unstrut is een wijnbouwstreek in Duitsland, vijftig kilometer ten zuidwesten van Leipzig en ten zuiden van Halle in de deelstaat Saksen-Anhalt. Het is gelegen op de 51e noordelijke breedtegraad en daarmee Duitslands meest noordelijk gelegen wijnbouwgebied, genoemd naar de rivieren de Unstrut en Saale met als centrum de stad Freyburg. De Unstrut mondt uit in de Saale die op haar beurt weer een zijrivier van de Elbe is (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saale-Unstrut).
De wijbouw is hier al heel oud, maar dat ging viet vanzelf: de Dertigjarige Oorlog en de kleine ijstijd stonden  ontwikkelingen echter in de weg. Door de komst van de druifluis in 1887 bezweek het wijnbouwgebied bijna alsnog. Na de Eerste Wereldoorlog bestond het wijngaardoppervlak uit nog maar 100 ha. Na veredeling op Amerikaanse onderstammen werden de druivenstokken vanaf 1923 weer met succes geplant. Ook de DDR-tijd deed de wijnbouw hier geen goed. Veel wijnhuizen werden opgeheven of moesten volgens staatsinzicht gaan produceren. Hetgeen vaker op kwantiteit dan kwaliteit neerkwam. Het wijngaardoppervlak breidde zich uit tot 480 ha. De Duitse hereniging in 1989 deed de wijnbouw weer opbloeien. Veel onteigende wijnboeren kregen hun bezittingen weer terug. Het wijngaardareaal beslaat nu meer dan 600 ha (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saale-Unstrut).


Gotha is een stad in de Duitse deelstaat Thüringen, gelegen in het gelijknamige Landkreis. Gotha wordt gedomineerd door het barokslot Friedenstein. Het was als residentiestad de rivaal van Weimar (beide waren hoofdstad van een Ernestijns hertogdom) en was een bolwerk van natuurwetenschappen. Het Duitse verzekeringswezen heeft zijn wieg in Gotha. Ook is de stad bekend als uitgeversstad en als industriestad (machinebouw). De stad werd voor het eerst als Gothaha genoemd in een oorkonde van Karel de Grote uit het jaar 775 (http://nl.wikipedia.org/wiki/Gotha_(stad)).


Die Tradition der Brauerei Gotha liegt in Oettingen bis 1333 zurück, und wurde erstmals 1731 erwähnt. 1949 kaufte die Familie Kollmar Forstquell,1956 wurde das fürstliche Brauhaus zu Oettingen übernommen. Es wurde zur Oettinger Brauerei GmbH umfirmiert. Auf den Etiketten des Bieres steht, seit 1731, dieses rührt auf den Erwerb von Forstquell hin. Anfänglich lieferte die Brauerei das Bier an Lebensmittelmärkte und war darauf spezialisiert, niedrigpreisige Biere zu brauen. Die Oettinger Gruppe steigerte Anfang der 90 er Jahre ihre Produktivität. Es erfolgte eine direkte Belieferung des Einzelhandels ohne Großhändlerbeteiligung. Die Preissensibilität war in den Vordergrund gerückt. Gerade dieser Preisvorteil ist ausschlaggebend für den Geschäftserfolg.
Die Brauerei Gotha hieß zu DDR Zeiten VEB Brauerei Gotha und gehört seit 1969 zum VEB Getränkekombinat Erfurt . Nach der Wende wurde sie in Schlossbräu Gotha umbenannt und 1991 vom Brauhaus Oettingen übernommen. Seit dem heißt sie Brauerei Gotha GmbH. Die Brauhaus Oettingen hat 5 Standorte an denen sie 930 Mitarbeiter beschäftigt. Sie hat einen Ausstoß von 6,6 Mio. Hektoliter. Sie führt die Liste der größten Brauereien Deutschlands an (www.bierbrauereien.de/brauerei-gotha/).

Die Oettinger Brauerei GmbH ist eine Brauereigruppe mit vier Standorten in Deutschland. Neben der Zentrale in der schwäbischen Kleinstadt Oettingen wird auch in Gotha, Mönchengladbach und Braunschweig Bier gebraut. 2011 waren insgesamt etwa 1150 Mitarbeiter beschäftigt. Mit einem Bierabsatz von 6,6 Millionen Hektolitern (2009) führt Oettinger die Liste der größten deutschen Brauereigruppen an. Das Familienunternehmen produziert seine eigene Marke Oettinger sowie Handelsmarken für Supermärkte (http://de.wikipedia.org/wiki/Oettinger_Brauerei).


Gera is een stad in het oosten van de Duitse deelstaat Thüringen. De stad is gelegen aan de Witte Elster in het Thüringer Vogtland. Gera telt 95.384 inwoners en is daarmee de derde stad van Thüringen. Bestuurlijk heeft Gera de status van kreisfreie Stadt. De naam Gera werd in 995 voor het eerst opgetekend, maar verwees toen nog niet naar een stad. De nederzetting Gera ontstond in de 12de eeuw en kreeg voor 1237 stadsrechten. De stad werd in 1450 tijdens de Saksische Broederoorlog door George van Podiebrad ingenomen en verwoest. In 1920 ging Reuss j.l. op in Thüringen, waarvan Gera destijds de grootste stad was (Erfurt behoorde toen niet tot Thüringen) (http://nl.wikipedia.org/wiki/Gera_(stad)).



Brauerei Riebeck  is gevestigd aan de Braustraat 2 te Gera (The Rough Guide to Germany
 Door Gordon McLachlan).

Köstrizer Schwarzbierhaus is gevestigd aan Humboldtstraat 7 te Gera (The Rough Guide to Germany
 Door Gordon McLachlan): is the rich, smooth, coal-black beer produced in the little spa town of Bad Köstritz. It's Germany's best-selling dark beer, with a near-mythical status akin to that enjoyed by Guinness in the English-speaking world. 


Die Köstritzer Schwarzbierbrauerei GmbH ist eine Brauerei in Bad Köstritz bei Gera. Sie ist eine der ältesten Schwarzbierbrauereien Deutschlands. Im Jahr 1543 fand die Brauerei im so genannten Erbzinsregister als „Köstritzer Erbschenke“ erstmals urkundliche Erwähnung, damit ist sie eine der ältesten Brauereien Deutschlands. Die Grafen des Hauses Reuß übernahmen die Braustätte 1696 und benannten sie in „ritterschaftliche Gutsbrauerei“ um. Seit 1806 darf die Brauerei den Titel „Fürstliche Brauerei“ verwenden, da die Ritter des Hauses Reuß zu Fürsten erhoben wurden. Im Jahr 1811 wurden 6400 Hektoliter (hl) Bier unterschiedlicher Sorten hergestellt und bis Berlin, Dresden, Magdeburg oder Frankfurt am Main verkauft. Von dem in Weimar lebenden Johann Wolfgang von Goethe ist überliefert, dass er sich zeitweilig hauptsächlich von Bieren verschiedener Sorten u.a. der Brauereien Köstritz und Oberweimar sowie von Semmelbrot ernährte. Der Gelehrte Wilhelm von Humboldt schrieb am 17. November 1823 von Weimar aus an seine Ehefrau Caroline von Humboldt u.a. über seine eigene und Goethes Ernährung (http://de.wikipedia.org/wiki/K%C3%B6stritzer_Schwarzbierbrauerei):

„Seitdem ich keinen Tee mehr trinke, ist alles aus. Ich stehe einmal am Rand des Abgrundes und einen Schritt weiter, so schwimme ich im Bier. Ach Gott!, liebes Kind, Goethe hat auf nichts Appetit, nicht auf Bouillon, Fleisch, Gemüse; er lebt von Bier und Semmel, trinkt große Gläser am Morgen aus und deliberirt mit dem Bedienten, ob er dunkel- oder hellbraunes Köstrizer oder Oberweimarisches Bier- oder wie die Greuel alle heißen - trinken soll. Doch geht er meist in eine andere Stube dazu, wenn ich da bin. Die Scheu geht doch in einer menschlichen Brust nicht ganz aus."
(http://de.wikipedia.org/wiki/K%C3%B6stritzer_Schwarzbierbrauerei).


Es wurden nun die Sorten Köstritzer Schwarzbier und das Lagerbier Blume des Elsterthales produziert. Dem Schwarzbier wurde vom 19. Jahrhundert bis in die erste Hälfte des 20. Jahrhunderts eine gesundheitsfördernde Wirkung zugeschrieben. In einer Anzeige von 1893 warb die Brauerei, es werde von „hohen medizinische Autoritäten empfohlen für Blutarme, Lungenkranke, Wöchnerinnen, stillende Mütter u. Rekonvaleszenten jeder Art“. Die Brauerei sandte an Otto von Bismarck zu dessen Geburtstagen Gebinde mit Blume des Elsterthales und warb mit dessen lobender Beurteilung des Bieres. Zwischen 1906 und 1908 ließ Zersch in Köstritz einen neuen Backsteinbau als Betriebsgebäude errichten. Nach dem Zweiten Weltkrieg wurde die Brauerei im Oktober 1948 enteignet und in VEB Köstritzer Schwarzbierbrauerei umgewandelt. In der Deutschen Demokratischen Republik war die Köstritzer Brauerei eines der wenigen Unternehmen, welches Biere für den Export herstellten. Das Bier wurde von 1956 bis 1976 in die BRD exportiert, anschließend bis zur Wende nach ganz Osteuropa. Ein vollständiger Neubau der Brauerei erfolgte in den Jahren 1979 bis 1990. Der Betrieb wurde im April 1991 zu hundert Prozent von der Bitburger Holding übernommen (http://de.wikipedia.org/wiki/K%C3%B6stritzer_Schwarzbierbrauerei).


Jena is een stad in het oosten van Duitsland, gelegen aan de Saale in de deelstaat Thüringen. De stad telt 106.915 inwoners en is daarmee de op een na grootste van Thüringen. Bestuurlijk is Jena een kreisfreie Stadt. Jena is bekend als centrum van de optische industrie. Bekende bedrijven die uit Jena komen zijn Carl Zeiss en Jenoptik (http://nl.wikipedia.org/wiki/Jena_(Duitsland)). Carl Zeiss is voor eeuwig verbonden met Jena en met lenzen en objectieven. Hij stichtte een industrieel imperium, begon met microscopisch glas en verbeterde later de lenzen van camera's. Het Optische museumte Jena getuigt daarvan (www.anwb.nl/bestemmingen/landeninformatie/vakantie/bestemmingIndex.html?
btiId=BTI_66&themaId=BEST_9). Drie wetenschappers waren hierbij met name belangrijk:
Ernst Karl Abbe (ook Ernst Carl Abbe, * 23 januari 1840 in Eisenach, † 14 januari 1905 in Jena) natuurkundige en optiek wetenschapper. Werkte samen met Carl Zeiss en Otto Schott aan de grondbeginselen van de moderne optiek, ontwikkelde vele optische instrumenten en ondersteunde de firma Carl Zeiss op haar weg naar wereldroem.
Carl Zeiss (* 11 september 1816 in Weimar; † 3 december 1888 in Jena) was werktuigbouwkundige en ondernemer. Oprichter van de firma Carl Zeiss.
Friedrich Otto Schott (* 17 december 1851 in Witten; † 27 augustus 1935 in Jena) chemicus en glastechnicus. Vakwetenschappelijke correspondentie met de fysicus Abbe deed hem in 1882 naar Jena verhuizen. Daar vestigde hij samen met Ernst Abbe, Roderich en Carl Zeiss in 1884 een Glastechnisch Laboratorium, waaruit later de firma Jenaer Glaswerk Schott& Genossen zou ontstaan. Bezoek het SCHOTT Glasmuseum in Jena (www.thuringerwald.nl/wetenschappers.html).

De naam van de stad Jena komt ook terug in de Jenaplanschool: de bedenker van dit schoolsysteem, Peter Petersen, kwam uit Jena. In 1230 kreeg Jena stadsrechten. In 1672 werd het hoofdstad van een zelfstandig vorstendom Saksen-Jena. In 1692 verviel de stad aan de linie Saksen-Eisenach en in 1741 werd het deel van het hertogdom Saksen-Weimar-Eisenach. Op 14 oktober 1806 overwon Napoleon in de Slag bij Jena Pruisen. Na de Eerste Wereldoorlog werd het een deel van Thüringen. Na de opdeling van na de Tweede Wereldoorlog lag Jena in de DDR (http://nl.wikipedia.org/wiki/Jena_(Duitsland)).

Am 24. April 1332 verlieh die Landgräfin Elisabeth von Thüringen der Stadt Jena das Recht Bier zu brauen.
Diese beurkundete Befreiung der Stadt vom Bierzins ist die erste urkundliche Erwähnung des Jenaer Bieres (www.holmar.de/holmar1/jena.htm).

Gasthaus - Brauerei
"Talschänke"
Im Pennickental 44
07749 Jena - Wöllnitz
Opened in 1997 in Wöllnitz, a village near Jena.
Only one beer is made, a sour wheat beer similar to a Berlinerweisse (www.beeradvocate.com/beer/profile/7325/?view=events)




Prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld (1911-2004), Prins der Nederlanden, is geboren in Jena. De beste man heeft als volledige naam: Bernhard Leopold Frederik Everhard Julius Coert Karel Godfried Pieter, Prins der Nederlanden, Prins van Lippe-Biesterfeld, geboren als Bernhard Friedrich Eberhard Leopold Julius Kurt Carl Gottfried Peter Graf von Biesterfeld (Jena, 28 of 29 juni 1911 – Utrecht, 1 december 2004), was de prins-gemaal van koningin Juliana der Nederlanden en de vader van onder anderen koningin Beatrix (http://nl.wikipedia.org/wiki/Bernhard_van_Lippe-Biesterfeld). Bernhard was als student aan de Friedrich-Wilhelm Universiteit in de herfst van 1932 lid geworden van de Deutsche Studentenschaft. Zijn door hem ondertekende lidmaatschapskaart is bewaard gebleven. De kaart is aangevuld met gegevens over zijn lidmaatschappen van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP), Sturmabteilung (SA), het Deutsche Luftsport Verband en de tennisclub van de eveneens nationaalsocialistische corpsvereniging Borussia. Toen hij zich in december 1934 uitschreef als student, werd hij ook geschrapt uit de ledenlijst van de studentenvereniging. Hij heeft altijd ontkend lid geweest te zijn van de NSDAP. Zelfs toen er bewijs was voor zijn NSDAP-lidmaatschap bleef hij volhouden zich nooit als lid te hebben aangemeld. Uit de ledenadministratie blijkt echter dat zijn contributie nauwgezet betaald werd. Wel heeft Bernhard toegegeven dat hij aspirant-lid is geweest van de SA en/of de paramilitaire Schutzstaffel (SS). Volgens hem had hij zich om opportunistische redenen aangemeld. Door zijn lidmaatschap zou hij als student zijn vrijgesteld van het afleggen van een politiek examen, maar zoiets bestond toen niet. Af en toe moest de prins (in uniform) op wacht staan, zoals rond 1 juni 1934 tijdens de Nacht van de Lange Messen (Ondanks het woord 'nacht' duurden de arrestaties en de liquidaties bij elkaar een lang weekend, van 30 juni tot en met de dood van Röhm op 2 juli.).
Bernhard heeft prinses Juliana in februari 1936 voor het eerst ontmoet tijdens de Olympische Winterspelen in het Duitse Garmisch-Partenkirchen. De ontmoeting ging uit van prins Bernhard. Nadien ontmoetten de Nederlandse kroonprinses en Bernhard elkaar nog verschillende keren. Het paar verloofde zich op 8 september 1936. Op 4 november 1936 kreeg Bernhard het Nederlands staatsburgerschap
Het burgerlijk huwelijk vond op 7 januari 1937 plaats in Den Haag en werd diezelfde dag ingezegend in de Grote of Sint-Jacobskerk aldaar. Bernhard kreeg bij Koninklijk Besluit van 6 januari 1937 de titel Prins der Nederlanden met het predicaat Koninklijke Hoogheid. Bij het verkrijgen van het Nederlanderschap werden zijn negen voornamen vernederlandst en werd zijn achternaam veranderd van zur Lippe-Biesterfeld in Van Lippe-Biesterfeld. Bernhard dwong als een van de huwelijksvoorwaarden af dat hij een vaste jaarlijkse toelage zou krijgen. Zijn voorganger, de inmiddels overleden prins Hendrik van Mecklenburg-Schwerin, had die nooit ontvangen en had zich onder meer om die reden vaak in financiële problemen bevonden. Bernhard wilde dat laatste voorkomen. Het huwelijk maakte meteen een einde aan de grote financiële problemen van zijn familie. Zijn vader was kort ervoor overleden, zijn ouderlijk huis was in zeer slechte staat en er waren grote hypotheekschulden. Naast zijn toelage kreeg hij van Wilhelmina een bedrag van 200.000 gulden om de noodzakelijke herstelwerkzaamheden van zijn ouderlijk huis te financieren.
Op 10 mei 1940 viel Duitsland Nederland binnen. De prins week enkele dagen later met zijn gezin over zee uit naar Londen, maar al snel keerde Bernhard voor korte tijd terug naar het nog niet bezette Zeeland. Vervolgens maakte hij een tot nu toe onopgehelderde reis naar het eveneens nog niet door de Duitsers veroverde Parijs[ Terug in Engeland, dat al sinds 1939 in oorlog met Duitsland was, bood Bernhard zijn diensten aan bij de Britse geheime dienst, maar werd wegens zijn Duitse afkomst gewantrouwd. Op 25 juni 1940, drie dagen na de Franse capitulatie, sprak hij voor de Overseas Service van de Britse staatszender BBC over Adolf Hitler als "een Duitse tiran" en sprak hij al zijn vertrouwen uit in de Britse overwinning op nazi-Duitsland. Hij had geen formele positie binnen de geallieerde bevelstructuur. verzetsgroepen in bezet Nederland. Aangezien er geen formele bevelstructuur of samenhangende organisatie voor het gewapend verzet bestond, waren zijn rol en taak in de praktijk onduidelijk, ook al omdat de verzetsgroepen het gezag van de prins niet zonder meer erkenden. De prins was aanwezig bij de vredesbesprekingen tussen de Duitse generaal Johannes Blaskowitz en de Canadese generaal Charles Foulkes op 5 mei 1945 in Hotel De Wereld in Wageningen. Bij de feitelijke ondertekening, een dag later, was hij niet aanwezig (http://nl.wikipedia.org/wiki/Bernhard_van_Lippe-Biesterfeld).


Prins Bernhard (Jena, 1911 - 2004) toont zich nog altijd een levensgenieter, die de dag begint met een glas bier bij het ontbijt en de smaak van roze champagne en witte wijn op waarde weet te schatten. ,,Ik heb een enorme wil om te leven'', meldt hij in het tv-gesprek van vanavond (http://vorige.nrc.nl/binnenland/article1555626.ece). Er is eigenlijk maar één iemand waarvan ik gehoord heb dat hij bier dronk bij zijn ontbijt. Dat was prins Bernhard. Die man is er heel oud mee geworden en dat in goede gezondheid, dus wellicht zal iemand hem al eerder ingefluisterd hebben dat bier goed is voor zijn gestel (www.bierburo.nl/Bierburo/Bierlog_2007/
Artikelen/2006/7/14_Bier_en_botten.html). Ook was hij vaak/soms bij bierbrouwers te vinden.


De Surinaamse Brouwerij in Paramaribo werd in 1955 geopend door prins Bernhard. Het initiatief kwam van de Zeeuwse bierbrouwersfamilie Dumoleyn, nadat de Europese bierconsumptie in de naoorlogse periode dramatisch was ingezakt. De brouwerij startte als dochter van Amstel maar is na de overname in 1968 in handen van Heineken. Vanaf het midden van de jaren tachtig lag de brouwerij van het merk Parbobier geregeld plat. Omdat de stroomvoorziening vanuit het stuwmeer wegviel door sabotage van het Junglecommando tijdens de Binnenlandoorlog. Of omdat er begin jaren negentig geen deviezen waren om hop en mout te importeren. Na een investering van 16 miljoen Amerikaanse dollar van Heineken in 1996, heeft de Surinaamse Brouwerij de lokale biermarkt weer in zijn geheel kunnen overnemen (www.chansbv.nl/nl/nieuws/laatste/lancering-nieuwe-website.html).



Meiningen ist eine Kreisstadt und bekannte Kulturstadt im fränkisch geprägten Süden von Thüringen. Meiningen ist ein Mittelzentrum und die größte Stadt im Landkreis Schmalkalden-Meiningen und gilt als das Kultur- und Justizzentrum Südthüringens. Die Mittelstadt stützt sich wirtschaftlich im Wesentlichen auf die Hightech-Branche, den Maschinenbau, den Tourismus sowie auf verschiedene Gesundheitseinrichtungen. Das zur Region Franken gehörende Meiningen liegt an der Werra, besitzt im Stadtzentrum ausgedehnte Parkanlagen und zahlreiche klassizistische Bauwerke. Die noch von den mittelalterlichen Wassergräben der einstigen Stadtbefestigung umschlossene historische Altstadt wird von einem eklektizistischen Stadtviertel und Fachwerkbauten sowie Bürgerhäusern geprägt.
Meiningen wurde 982 erstmals urkundlich erwähnt und gehörte über ein halbes Jahrtausend zum Hochstift Würzburg. Auf Grund seiner günstigen Lage entwickelte es sich bald zur bedeutendsten Stadt im heutigen südthüringer Raum (http://de.wikipedia.org/wiki/Meiningen).

Die Meininger Privatbrauerei GmbH & Co. KG war eine eigenständige, mittelständische Brauerei in der südthüringischen Kreisstadt Meiningen. Von 1841 bis 1858 braute Braumeister Christian Gieße am Standort Bielstein Bier für eine Wirtschaft. 1858 erwarb Gottfried Völler das Grundstück und begann 1860 mit dem Braubetrieb Völlersche Brauerei. Die Brauerei firmierte zuvor unter den Namen Völlersche Brauerei (1860–1908), Vereinigte Brauerei AG Meiningen (1908–1946), VEB Vereinigte Brauereien Meiningen (1946–1971), Getränkekombinat Rennsteig-Meiningen (1971–1990), Brauerei Meiningen (1990–1992), Brauhaus Meiningen (1992–1995) und Meininger Privatbrauerei Müller GmbH + Co.KG (1995–1999) (http://de.wikipedia.org/wiki/Meininger_Privatbrauerei). De brouwerij kwam in 2011 in geldnood en bij gebrek aan investeerders ging het bedrijf in 2012 failliet.

Seit 29 Jahren arbeitet Carmen Röder in der Meininger Brauerei. Sie kennt die Geschichte, die Höhen und Tiefen des Betriebes wie kaum ein anderer. Die Braumeisterin hatte nach dem Ende der DDR den Verkauf durch die Treuhand an die Schickedanz-Unternehmensgruppe in Fürth miterlebt, die anschließende Übernahme durch einen Investor aus Koblenz, dann die Insolvenz und die Rettung durch Klaus Weydringer, Sohn einer unterfränkischen Brauerfamilie (www.insuedthueringen.de/lokal/meiningen/meiningen/Zwei-Interessenten-fuer-insolvente-Meininger-Brauerei;art83442,1675379).

Carmen Röder, Braumeisterin arbeitet seit genau 30 Jahren in der Meininger Brauerei. Jetzt (2012) muss sie ohnmächtig mit ansehen, wie sich der Betrieb als Teil ihres Lebens Stück für Stück auflöst. Im März vorigen Jahres hatte Geschäftsführer Klaus Weydringer angesichts der wirtschaftlichen Schieflage den Insolvenzantrag stellen müssen. Alle Rettungsversuche des Insolvenzverwalters scheiterten. Niemand fand sich, der den Betrieb erwerben wollte. Nun wird er ausgeschlachtet. Was sich verkaufen ließ, wurde verkauft - und das ist so gut wie alles: Abfüll- und Filteranlagen, Lager- und Gärtanks, Fässer, Kessel, Tanks, Kühlaggregate, Holzpaletten. Bis 31. Juli 2012 soll alles abgeholt sein und leere Räume übrig bleiben. Für das Grundstück interessiert sich ein Baustoffhändler....Für Braumeisterin Carmen Röder sind das schwere Augenblicke. Sie freut sich, dass es Fans ... für ein Meininger Produkt gibt. Aber sie stellt sich auch die bohrende Frage, warum es für das Unternehmen mit seiner 150-jährigen Geschichte keine Zukunft geben konnte. "Es ist wirklich jammerschade", meint ein älterer Meininger, der sich für Heimatgeschichte interessiert, von der früheren großen Zahl an Brauereien in der Stadt erzählt und nun in den Betrieb gekommen...Der Schmerz über das Ende der Brauerei ist groß. Auch wenn es weiterhin Meininger Bier in Fässern gibt - produziert in einer anderen Thüringer Brauerei und vertrieben von einem Unternehmer in Dreißigacker  (www.insuedthueringen.de/lokal/meiningen/meiningen/Die-letzten-Tage-der-Brauerei;art83442,1971776).




Rudolstadt is een plaats in de Duitse deelstaat Thüringen, gelegen in de Landkreis Saalfeld-Rudolstadt. De stad telt 22.811 inwoners. Naburige steden zijn onder andere Bad Blankenburg, Königsee en Lehesten. Rudolstadt werd rond 776 als Rudolfestat voor het eerst vermeld en heeft sinds 1326 stadsrechten. Het kwam rond 1340 in het bezit van de graven van Schwarzburg en was van 1599 tot 1920 hoofdstad van de staat Schwarzburg-Rudolstadt. In de 18e en 19e eeuw beleefde de stad samen met Weimar en Jena een culturele bloeiperiode. Rudolstadt is de geboorteplaats van de componist Christiaan Ernst Graaf en bovendien de plaats waar Goethe en Schiller elkaar voor het eerst hebben ontmoet(met museum). In Rudolstadt staat de fabriek die sinds 1892 de wereldberoemde Anker-bouwdozen produceert (http://nl.wikipedia.org/wiki/Rudolstadt).

Pörze Privatbrauerei KG
300 Jahre Brautradition in Rudolstadt: Am 28. Februar 1711 verlieh Ludwig Friedrich I. von Schwarzburg-Rudolstadt dem Gasthof  “Zum Wilden Mann”. Zwei Weltkriege, Wirtschaftskrisen und 40 Jahre DDR konnten der Brauerei nichts anhaben. Nach der politischen Wende in der DDR erhielt der zuvor zwangsenteignete Alteigentümer den Traditionsbetrieb von der Deutschen Treuhandanstalt zurück. Zunächst ließ der Alteigentümer 1991 die Bierproduktion in Rudolstadt einstellen. Seitdem wird im Lohnbrauverfahren durch Fremdbrauereien produziert. Schließlich führte der Alteigentümer die Pörzbrauerei 1997 in die Gesamtvollstreckung  (http://t.rolschter.de/ueber-uns/historie). Ze brouwen o.a. een pils en een schwarzbier.

Firma: Pörze Privatbrauerei KG
Straße: Theodor-Neubauer-Str. 33
PLZ: 07407
Ort: Rudolstadt
Kreis: Saalfeld-Rudolstadt
Bundesland: Thüringen
(www.bierunion.de/bier-porze-privatbrauerei-kg-in-rudolstadt-7751)

Saalfeld/Saale is een plaats in de Duitse deelstaat Thüringen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Saalfeld/Saalewww.saalfeld-tourismus.de/). Saalfeld (German: Saalfeld/Saale) is a town in Germany, capital of the Saalfeld-Rudolstadt district of Thuringia. It is best known internationally as the ancestral seat of the Saxe-Coburg and Gotha branch of the Saxon House of Wettin, which was renamed the House of Windsor during their British reign in 1917. The town is situated in the valley of the Saale River north of the Thuringian Highland, 48 km (30 mi) south of the German cultural centre Weimar.
Saalfeld is one of the historic towns of Thuringia, possibly founded by the 7th century around a Thuringii (Gothic) fortress today called Hoher Schwarm or Sorbenburg (Sorbs' Castle). The area was first mentioned in an 899 deed. Kitzerstein Castle standing on an eminence above the Saale River, was said to have been originally erected by the German King Henry the Fowler, although the present-day building was not built before the 16th century. Traditionally, Saalfeld was known for its silver mines. Today, Saalfeld has a number of prosperous industries, including the manufacture of machinery, bricks, paint, malt, cigars, hosiery and vinegar. Other industries are brewing, printing and iron-founding, and there are ochre and iron mines in the area. (http://en.wikipedia.org/wiki/Saalfeld).

"Saalfeld? Da sind doch die Feengrotten?" (www.thueringen.info/saalfeld.html). Die Hauptattraktion der Stadt Saalfeld sind die Feengrotten. Jedes Jahr bestaunen große und kleine Besucher die farbenprächtigen Tropfsteine des Schaubergwerks (www.thueringen.info/saalfelder-feengrotten.htmlwww.saalfeld-tourismus.de/). Herzlich Willkommen in der Feengrottenstadt Saalfeld. Saalfeld zählt mit seiner über 1100-jährigen Geschichte zu den ältesten Städten Thüringens. Dass die attraktive Saalestadt viel zu bieten hat, verrät schon ihr Beiname „Steinerne Chronik Thüringens“ (www.saalfeld-tourismus.de/).


Feengrotten-Jubiläumsbier zum 100-jährigen Bestehen der Schaugrotten (https://online-zeitung.de/2014/01/30/feengrotten-jubilaeumsbier-zum-100-jaehrigen-bestehen-der-schaugrotten/).

Ein besonderes Jubiläum sollte mit einem besonderen Bier gefeiert werden - in diesem Punkt waren sich die Feengrotten-Chefin Yvonne Wagner und der Brauerei-Chef Jürgen Kachold bereits vor einem Jahr einig. Deshalb gibt es aus Anlass des 100. Jubiläums der Eröffnung des Schaubergwerkes ein Saalfelder Festbier im Feengrotten-Look. Mit diesem Feengrotten-Jubiläumsbier möchten wir die enge Verbundenheit zu Saalfeld und den Feengrotten unterstreichen. Es ist ein besonderes Dankeschön an alle Saalfelder Bierliebhaber, die unseren Traditionsbieren die Treue halten  (www.brauhaus-saalfeld.de/aktuell.htm).



Unser Braumeister hat sein Bestes getan, um für dieses Jubiläum eine besondere Spezialität anbieten zu können.” so der Brauereichef. Abgefüllt wird ein hell goldenes, vollmundiges Festbier mit einem Alkoholgehalt von 5,6 % vol. bei dem die Süße des Malzes auf ein geballtes Hopfenaroma trifft. “Mit diesem Feengrotten-Jubiläumsbier möchten wir die enge Verbundenheit zu Saalfeld und den Feengrotten unterstreichen. Es ist ein besonderes Dankeschön an alle Saalfelder Bierliebhaber, die unseren Traditionsbieren die Treue halten.” betonte Jürgen Kachold (https://online-zeitung.de/2014/01/30/feengrotten-jubilaeumsbier-zum-100-jaehrigen-bestehen-der-schaugrotten/).

Erhältlich ist das Bier ab sofort in der klassischen 0,5 l Bügelverschluss-Flasche (www.brauhaus-saalfeld.de/aktuell.htm).


Het bier wordt gebrouwen door Bürgerliches Brauhaus Saalfeld (Bier-Spezialitäten-Brauerei in Thüringen).

Het bier wordt gebrouwen door Saalfelder (http://www.brauhaus-saalfeld.de/).

In den Jahren 1891 und 1892 wurde durch die Familie Gütermann in der Pößnecker Straße, unweit des Saalfelder Bahnhofes, eine nach damaligen Gesichtspunkten moderne Brauerei errichtet. Im Jahre 1908 erfolgte die Umwandlung der Privatbrauerei in eine GmbH mit mehreren Gesellschaftern. Zehn Jahre später wurde die Vereinigte Dampfbierbrauerei Saalfeld vom Bürgerlichen Brauhaus aufgekauft und stillgelegt, d.h. ab dem Jahre 1918 gab es in Saalfeld nur noch eine Brauerei. Die zur Vereinigten Dampfbierbrauerei gehörende Mälzerei führte das Bürgerliche Brauhaus bis ins Jahr 1952 weiter. Im Juni 1990 erfolgte die erneute Umwandlung in eine GmbH mit dem Gesellschafter "Treuhandanstalt Berlin". Seit 1991 befindet sich die Brauerei in privater Hand. Die Gebäuden und Anlagen kann sich das Bürgerliche Brauhaus Saalfeld sowohl von innen als auch von außen nun wieder sehen lassen (www.brauhaus-saalfeld.de/historie.htm).

Schon seit über 100 Jahren spielt in Saalfeld Bier eine große Rolle. Anfangs wurde es noch in kommunalen Brauhäusern gebraut, seit 1892 in unserer Brauerei. In den vergangenen Jahren wurden umfangreiche Investitionen getätigt, so dass sich das Bürgerliche Brauhaus Saalfeld zu einer der modernsten Brauereien in Thüringen entwickeln konnte und hier in der Region einen hervorragenden Ruf genießt (www.brauhaus-saalfeld.de/index.html). Ze brouwen o.a. Saalfelder Premium Pilsner (4,8%), Saalfelder Pilsnern (4,8%), Saalfelder Jubiläumsbier (mit Sonderetikett zum Jubiläum 100 Jahre Saalfelder Feengrotten) (5,6%), Saalfelder Weizenbier (5,4%) en Saalfelder Radler (2,4%).


Ein altes Sprichwort sagt: "Hopfen möchte jeden Tag seinen Herrn sehen". Das spiegelt für die hohe Arbeitsintensität wieder, die ein Hopfenfeld seinen Pflegern abverlangt. Dennoch nehmen wir diese zusätzlichen Aufgaben gerne an, da die rankenden Hopfenpflanzen neben einer Zierde auch Lieferanten für ein ganz besonderes Bier, das "Saalfelder EXCLUSIV" sind. Diese wird immer beliebter, ist aber leider nur kurzzeitig nach der Hopfenernte erhältlich (www.brauhaus-saalfeld.de/hopfengarten.htm).

Steinach is een gemeente in de Duitse deelstaat Thüringen, en maakt deel uit van de Landkreis Sonneberg (http://nl.wikipedia.org/wiki/Steinach_(Th%C3%BCringen)). Brauereigasthof "Anker Bräu" in Steinachach, Herr Holger Greiner
Steinbächlein 6a
96523 Steinach
Im Brauereigasthof "Anker Bräu" in Steinach können Sie in Fässern oder gemütlichen Gästezimmern übernachten, in einer Fass-Sauna schwitzen, Thüringer Landfrühstück genießen, mit Braumalz panierte Schnitzel essen, ein frisches Ankerla-Kellerbier probieren, beim Brauen zuschauen, Wandern, Skifahren u.v.m. (www.rennsteig.de/tourist-detailview/al_tourist/objekt/zeige/brauereigasthof-anker-braeu-ankerla-fassdorf/).


Suhl is een kreisfreie Stadt in de Duitse deelstaat Thüringen. De stad telt 35.967 inwoners. Van 1949 tot 1990 maakte Suhl deel uit van de communistische DDR, waar het vanaf 1952 de hoofdplaats was van het gelijknamige Bezirk Suhl (http://nl.wikipedia.org/wiki/Suhl). De stad ligt 50 km van Erfurt. The region around Suhl is marked by up to 1,000-meter high mountains, including Thuringia's highest peak, the Großer Beerberg (983 m), approximately 5 kilometres (3 miles) NE of the city centre (http://en.wikipedia.org/wiki/Suhl).



Suhl was first mentioned in 1318 and stayed a small mining and metalworking town, until industrialization broke through in late 19th century and Suhl became a centre of Germany's arm production, specialized on rifles and guns with companies such as Sauer & Sohn. Furthermore, the engineering industry was based in Suhl with Simson, a famous car and moped producer (Hitler's government forced the Jewish family Simson to flee the country in 1936. Under the dispossession of Jewish industrialists a trustee took control of the firm, and so by merger with other factories the Berlin Suhler Waffen- und Fahrzeugwerke (BSW) was formed. In the same year the factory produced its first motorcycle, http://en.wikipedia.org/wiki/Simson_(company)). In 1952, Suhl became one of East Germany's 14 district capitals, which led to a government-directed period of urban growth and conversion. Its results – a typical 1960s concrete architecture-marked city centre – are defining until today (http://en.wikipedia.org/wiki/Suhl). In het midden van de 16e eeuw stond Suhl al bekend als de 'wapensmidse' van Europa. Het waffenmuseum toont de geschiedenis van handvuurwapens met als 'antiekje' een buks uit 1399! (www.anwb.nl/bestemmingen/landeninformatie/vakantie/bestemmingIndex.html?btiId=BTI_66&themaId=BEST_9).


J. P. Sauer und Sohn GmbH (Sauer & Sohn) is a German manufacturer of firearms (www.sauer.de/). Founded in 1751 in Suhl, Thuringia, Sauer & Sohn is the oldest firearms manufacturer still active in Germany. The company's production remained there for two centuries, before relocating to Eckernförde in 1951. The move was precipitated by the fall of Nazi Germany, as the German military was responsible for the majority of the company's sales, and by the fact that the partition of Germany left Suhl in Communist East Germany.
Sauer & Sohn has manufactured both handguns and long arms, including pistols, rifles, and shotguns. Of particular note is the company's Sauer 38H, the first mass-produced semiautomatic pistol to feature a cocking/decocking lever (http://en.wikipedia.org/wiki/Sauer_%26_Sohn). The "H" in the model number denotes "hammerless"—the pistol uses an internal hammer. The "H" in the model number indicates this pistol uses a shrouded hammer as opposed to striker style firing of earlier Sauer models. Other features included a traditional double action trigger, single-column magazine and an action spring surrounding a fixed barrel. A revolutionary feature was the first use of a lever that either cocked or decocked the hammer safely. The hammer on the Sauer 38H could be lowered for safe carry at any time. The cocking feature was necessary due to the shrouded hammer and the decocking mechanism was a safety feature. A hollow space on the trigger indicated if the concealed hammer was cocked; if completely exposed, the hammer was lowered. A small pin protruded at the rear of the slide as a loaded chamber indicator. Another advanced feature for its time was the magazine safety, a device that deactivates the trigger when the magazine is removed from the pistol. Almost all modern pistols manufactured by SIG Sauer today feature a decocking lever, including the highly successful SIG P226 family. The spirit of the Sauer 38H lives on in the SIG Sauer P232 and its predecessor the P230, which also feature a fixed barrel, decocking lever, and similar internal design. As a testament to their fine design, many Sauer 38Hs are regularly used by owners to this day, albeit usually with replacement grips (http://en.wikipedia.org/wiki/Sauer_38H).


Sauer & Sohn often collaborates with Swiss Arms AG (formerly SIG Arms AG) since the mid-1970s in the design and manufacture of semi-automatic pistols branded as "SIG-Sauer". Prior to this, a previous collaboration with Weatherby (1958 - early 1970s) was the mass production of their Mark V hunting rifles. They are also well known for their hunting rifles. JP Sauer & Sohn Gmbh is also a manufacturer of high pressure air & gas compressors. Some of the pistols designed and manufactured in collaboration with Swiss Arms AG: SIG P226 and SIG Pro series of pistol (recently adopted by French police)
(http://en.wikipedia.org/wiki/Sauer_%26_Sohn)


SIG Sauer GmbH is the German subsidiary of Switzerland-based manufacturing firm L&O Holding, which also owns Swiss Arms AG. Initially SIG Sauer Inc was established in 1985 with the name Sigarms (until October 2007) to import and distribute SIG firearms into the United States. Since 2000 SIG Sauer Inc is organizationally separate from manufacturer SIG Sauer GmbH  (http://en.wikipedia.org/wiki/SIG_Sauer).


SIG Sauer is the largest member of a worldwide group of firearms manufacturers that includes J.P. Sauer & Sohn, Blaser Gmbh and Swiss Arms AG.  The origins of these companies stretch back hundreds of years and represent the finest in precision firearm engineering.
SIG, or Swiss Industrial Company (Schweizerische Industrie-Gesellschaft), began in 1853 as a wagon factory in Switzerland.  Three men, Friedrich Peyer im Hof, Heinrich Moser and Conrad Neher, built a state of the art factory for producing rail cars and wagons. After just a few years in business, the company secured a contract from the Swiss Army to build a world-class rifle.  The contract was for 30,000 muzzle loading Prelaz-Burnand rifles.  This contract forever changed the direction of Sig.
J.P. Sauer & Sohn was started in 1751 in the town of Suhl.  Suhl is considered one of the oldest firearm regions in Europe. J.P. Sauer moved to the area of Eckernforde following World War II due to the fact that the region’s residents were skilled in metal working from ships and armaments manufactured during the conflict.  The company set up shop in an old torpedo factory (http://gunsforsale.com/manufacturer/sig-sauer-firearms).

The origins of the original SIG company lies in the Swiss Wagon Factory created in 1853 by Friedrich Peyer im Hof, Heinrich Moser and Conrad Neher. After winning a competition put on by Switzerland's Federal Ministry of Defense, a contract to produce 30,000 muskets was awarded. They changed their name to Schweizerische Industriegesellschaft (SIG), German for "Swiss Industrial Company" (in French regions of Switzerland was known as Société Industrielle Suisse).
In the 1970s, SIG began work on designing a handgun that would balance price with quality. Swiss law limits the ability of Swiss companies to manufacture firearms and Swiss companies who wish to do this have to do so by using a foreign partner. In the case of SIG they chose the German firm of Sauer & Sohn. The SIG Sauer line of handguns began in 1975 with the SIG Sauer SIG P220. Prior to World War II, Sauer had been primarily a maker of shotguns and hunting rifles. During the war, they produced a handgun, the Sauer 38H, but afterwards had withdrawn from this market. With SIG as their partner/owner, Sauer returned to the business of manufacturing handguns (http://en.wikipedia.org/wiki/SIG_Sauer).


SIG also produced a machine gun, the MG 710 which was a general-purpose machine gun chambered in 7.62x51mm NATO and based on the German GMPG MG42. It also used roller-delayed blowback as used in the CETME/G3/SIG 510 rifles and sometimes had a muzzle capable of launching rifle grenades. However, the MG 710 had a high price so the weapon was only exported to Bolivia  (http://en.wikipedia.org/wiki/SIG_Sauer).
The SIG MG 710 (also often referred to as the SIG model 710 or simply SIG 710) is an air-cooled, belt fed, retarded-blowback operated machine gun. The barrel is stationary but can be easily replaced through the opening in the right side of the relatively short barrel jacket. The barrel is fitted with a special handle on the right side which is used to remove hot barrels from the gun.
The locking system is based on the SIG Stgw.57 assault rifle, which, in turn, is an evolution of WW2-era German designs, either the Mauser Stg 45(M) or Grossfuss MG 45 (http://world.guns.ru/machine/switch/sig-mg-710-e.html).


In 1985, Sigarms Inc. was created as the American branch of SIG in Tysons Corner, Virginia to import the P220 and P230. Sigarms, and its European sister companies, Sauer & Sohn, Blaser, Mauser Jagdwaffen GmbH and Swiss Arms were bought by Michael Lüke and Thomas Ortmeier in October 2000. On October 1, 2007, Sigarms officially changed their name to SIG Sauer Inc. Today, SIG Sauer is the largest of the five companies and one of the largest firearms manufacturing entities in the world. It is also the fastest growing firearms maker in the United States, expanding its operations and increasing sales nearly 50% since 2005. SIG Sauer has recently tripled its work force and invested eighteen million dollars into state-of-the-art manufacturing facilities and equipment. According to SIG Sauer, one-third of US police use SIG firearms. SIG Sauer operates a firearms training school in the U.S. led by German specialists, the SIG Sauer Academy, in Epping, New Hampshire (http://en.wikipedia.org/wiki/SIG_Sauer).


The SIG SAUER® plant in Eckernförde is one of the most experienced firearms productions facilities in the world. More than 250 years of industrial firearms manufacturing stand behind this state-of-the-art rifle. The SIG516™ Patrol models were first off the line and featured a 16" hammer-forged barrel, quad-rail for-end and collapsible buttstock.
Based on the AR15/M16 platform, the SIG516™ offers users refined reliability. A short-stroke gas pushrod [EDITOR: piston] system prevents carbon fouling and excess heat from ever reaching the chamber, significantly improving functionality. A four-position gas valve allows operators to choose between normal gas flow, extra flow for adverse situations, a reduced flow to enhance suppressor use, and a complete gas cutoff for optimized suppression and accuracy. Fully ambidextrous controls make the SIG516™ the perfect choice for left-handed shooters while accuracy is enhanced through a built-in tensioning device, eliminating any play between the upper and lower receivers. A fully supported extractor enhances operator safety in the event of an overcharged round (www.oa2.org/Forum/viewtopic.php?f=55&t=12874).

De Sig MPX is de nieuwe serie van de wapenfabrikant (http://youviewed.com/2013/05/11/sigsauer-introduces-the-sig-mpx-the-state-of-the-art-in-machine-pistols/https://universityofguns.com/category/sig-sauer/)


Na al dat schiettuig (schietgeweren en pistooletjes) hoop ik dat er ook brouwkoper te vinden is in Suhl...

Ik vind een Sauer bier:

Brauerei Sauer Röttenbach is echter gevestigd in het Beierse Röttenbach (www.ratebeer.com/brewers/brauerei-sauer-rottenbach/8820/).


The Sauer Peach is een Berliner Weisse met perzik van 4,3% die wordt gebrouwen door Brewery Sloop uit het Amerikaanse New York (www.beeradvocate.com/beer/profile/30081/86182/,
www.beermenus.com/beers/sloop-brewing-the-sauer-peach/label).

Weimar was volgens Goethe het paradijs. De naam betekent ‘heilige poel’ in het OudDuits (ANWB (ANWB 2006) Noord-en Midden-Duitsland).

Eines der wichtigsten Zeugnisse des klassischen Weimars: Fast 50 Jahre lang bewohnte Johann Wolfgang von Goethe das im barocken Stil erbaute Haus am Frauenplan. Es wurde nach den Vorgaben des Dichters umgebaut und gestaltet. Heute ist weitgehend der Zustand aus Goethes letzten Lebensjahren zu besichtigen. Aus konservatorischen Gründen ist die Besucherzahl limitiert (www.weimar.de/tourismus/
sehenswuerdigkeiten/historische-wohnhaeuser/goethes-wohnhaus/).

Goethes Wohnhaus, Frauenplan 1, 99423 te Weimar is te bezoeken (www.weimar.de/
tourismus/sehenswuerdigkeiten/historische-wohnhaeuser/goethes-wohnhaus/).

Weimar is een Duitse stad gelegen in de deelstaat Thüringen. De stad telt 63.236 inwoners (2006) en is een universitair, toeristisch en industrieel centrum. Weimar is een kreisfreie Stadt. Weimar werd voor het eerst vermeld in 899 en was tussen 946 en 1346 centrum van het graafschap Weimar respectievelijk Weimar-Orlamünde. De stad ontving in 1410 stadsrechten. Weimar kwam in de 14e eeuw in het bezit van het Huis Wettin. Hertog Johan Frederik de Grootmoedige maakte het tot residentie van het hertogdom Saksen-Weimar, het latere Saksen-Weimar-Eisenach, wat het tot 1920 zou blijven. Onder de heerschappij van groothertog Karel August (1757-1828) was de stad de intellectuele thuishaven van de kring rond de Duitse schrijver Johann Wolfgang von Goethe (Weimarer Klassik). In 1919 kwam in Weimar de grondwetgevende Nationale Vergadering bijeen. Naar deze bijeenkomst is de Weimarrepubliek genoemd. De stad werd in 1920 hoofdstad van de deelstaat Thüringen. In 1937 werd in de buurt van Weimar het concentratiekamp Buchenwald opgericht, waarvan Karl Koch de beruchtste kampcommandant was (http://nl.wikipedia.org/wiki/Weimar_(Th%C3%BCringen)).


By 1928, the Weimar republic was ready to enact a comprehensive firearms law. The Gesetz über Schußwaffen und Munition (Law on Firearms and Ammunition) required a license to manufacture, assemble, or repair firearms and ammunition, or even to reload cartridges. A license was also required to sell firearms as a trade. Trade (http://freenorthcarolina.blogspot.nl/2013_01_21_archive.html,
www.stephenhalbrook.com/article-nazilaw.pdf). Bijzonder dat dergelijke wetten de nazi's niet konden tegenhouden. Sterker nog de nazi's konden deze wet gebruiken om hun tegenstanders te ontwapenen. Nog vreemder is dat dergelijke weetjes nu gebruikt worden als argument tegen gun-control in de V.S.  (http://freenorthcarolina.blogspot.nl/2013_01_21_archive.html).


Met de term Weimarrepubliek wordt het Duitsland in de periode van 1918/1919 tot 1933 aangeduid. De republiek was de opvolger van het Duitse Keizerrijk (1871-1918), dat ophield te bestaan toen aan het einde van de Eerste Wereldoorlog de keizer afgezet werd. De naam verwijst naar de stad Weimar, waar de republiek in 1919 haar grondwet kreeg. In de republiek, die officieel nog steeds het Duitse Rijk heette, gebruikte men aanvankelijk vooral de naam Duitse Republiek. De term Weimarrepubliek werd pas vanaf 1929 gebruikt, en dan met name door tegenstanders van de republiek: de conservatieven, de nazi's en de communisten.
De republiek was zwaar belast door het Vredesverdrag van Versailles dat het einde van de Eerste Wereldoorlog bezegelde. Duitsland moest herstelbetalingen doen, zich op grote schaal ontwapenen en grondgebied inleveren. Mede daardoor duurde het langere tijd voordat Duitsland weer een rol in de internationale politiek speelde.
Binnen het land zelf waren er conflicten die op een burgeroorlog leken. Politieke extremisten, voornamelijk communisten en nationaalsocialisten, wonnen veel aanhang, vooral sinds de Grote Depressie (1929 en volgende jaren). In 1933 wist de leider van de nationaalsocialisten, Adolf Hitler, de macht over te nemen.
In de Duitse geschiedenis staat de Weimarrepubliek wel geboekt als de eerste Duitse democratie (en de Bondsrepubliek Duitsland vanaf 1949 als de tweede). De hervormingen van oktober/november 1918 en later hebben het bestuur democratisch gemaakt en op een parlementaire basis gesteld. Aan het hoofd van het Rijk stond niet meer de erfelijke Duitse Keizer (de Pruisische koning), maar een direct door het volk gekozen Rijkspresident, eerst de sociaaldemocraat Friedrich Ebert, later de conservatieve generaal Paul von Hindenburg. Delen van de grondwet van Weimar, sommige politieke gewoontes en symbolen uit die tijd leefden voort in de Bondsrepubliek (http://nl.wikipedia.org/wiki/Weimarrepubliek).

Al op 11 november 1918 tekende een commissie onder de linkse katholiek Matthias Erzberger de wapenstilstand met de geallieerde mogendheden Frankrijk, Groot-Brittannië en de VS. In juni 1919 kreeg de Nationalversammlung de vredeseisen van de overwinnaars te horen:
Duitsland werd de enige schuldige aan de oorlog bevonden en moest alle kosten van de oorlog vergoeden. Het Duitse eigendom in het buitenland werd weggenomen, en voor vijf jaar moest Duitsland aan de overwinnaars grote voordelen in het handelsverkeer toestaan (principe van meest bevoorrechte natie, Meistbegünstigung).
Duitsland verloor dertien procent van zijn grondgebied en tien procent van zijn bevolking (vooral, maar niet uitsluitend mensen met een andere etnische achtergrond). Duitsland verloor ook zijn koloniën.
Het Duitse leger moest worden verkleind tot 100.000 leden (veel minder dan Frankrijk of Polen had) en mocht bepaalde zware wapens en vliegtuigen niet bezitten. Bepaalde gebieden van Duitsland moesten van Duits militair personeel en van vestingen worden ontruimd.
Het Rijnland, het Duitse gebied westelijk van de Rijn, werd door geallieerde troepen bezet, sommige delen voor vijf, andere voor tien en weer andere voor vijftien jaar.
Dit Verdrag van Versailles ontstond zonder dat er onderhandeld werd met Duitsland, en de Duitse delegatie werd op de vredesconferentie in Versailles met opzet vernederend ontvangen. De Duitse minister van Buitenlandse Zaken trad op zijn beurt bewust onbeleefd op door zijn verklaring zittend af te leggen. Toch moest Duitsland het verdrag tekenen, omdat anders de geallieerde troepen geheel Duitsland zouden hebben bezet (http://nl.wikipedia.org/wiki/Weimarrepubliek).

In Duitsland werd het verdrag buitengewoon negatief ontvangen. Naast de materiële verliezen was het vooral de bewering dat Duitsland de enige schuldige aan de oorlog zou zijn geweest, die niet in goede aarde viel. Ondanks alle harde eisen betekende het verdrag echter dat Duitsland als land bleef bestaan en na een tijd weer een grootmacht vergelijkbaar met Frankrijk en Groot-Brittannië kon worden (http://nl.wikipedia.org/wiki/Weimarrepubliek). De vernedering van Duitsland kon niet beletten dat in Frankrijk grote teleurstelling heerste over de vrede van Versailles. De Franse regering had Duitsland zo veel mogelijk willen verzwakken, bijvoorbeeld door het op te delen, maar president Wilson vond dat strijdig met het zelfbeschikkingsrecht der volkeren en de Britten wilden Frankrijk niet te sterk maken ten opzichte van Duitsland. Het Amerikaanse Congres zou uiteindelijk het verdrag van Versailles verwerpen, hoewel Wilson er een zwaar stempel op gezet had. De Verenigde Staten sloten later een afzonderlijk vredesverdrag met Duitsland en traden niet toe tot de Volkenbond (http://nl.wikipedia.org/wiki/Verdrag_van_Versailles_(1919)).

De jonge republiek had het in de eerste vier jaar bijzonder moeilijk, onder meer door haar politieke tegenstanders. Aan de linkerkant van het politieke spectrum stond de Kommunistische Partei Deutschlands, die door de Sovjet-Unie werd gesteund om van Duitsland een communistische dictatuur te maken. Duitsland had een belangrijke plek in de wereldveroveringsplannen van de communisten, die vooral de industrieel gevorderde landen communistisch wilden maken. In 1919-1923 probeerden ze herhaaldelijk lokaal en nationaal de macht in Duitsland te grijpen.
Aan de andere kant stonden rechts-radicalen van verschillende ideologische afkomst, onder hen Adolf Hitler, die in 1923 in Beieren de macht wilde overnemen (de zogeheten Bierkellerputsch, tegenwoordig in Duitsland echter de Hitler-Putsch genoemd). Geheime rechts-radicale groeperingen vermoordden onder meer de voormalige minister van Financiën Matthias Erzberger in 1921 en de minister van Buitenlandse Zaken Walther Rathenau in 1922 (http://nl.wikipedia.org/wiki/Weimarrepubliek).

Rathenau werd geboren als zoon van Emil Rathenau, een prominente Joodse zakenman en stichter van de Allgemeine Elektricitäts-Gesellschaft (AEG), fabrikant van elektrische en elektronische onderdelen en apparaten. Hij studeerde natuurkunde, scheikunde en filosofie in Berlijn en Straatsburg en werkte een tijdje als ingenieur vooraleer hij zich bij het bestuur van AEG vervoegde in 1899. Tijdens de Eerste Wereldoorlog bekleedde Rathenau hoge posities op de afdeling voor grondstoffen van het ministerie van Oorlog. Daarnaast werd hij hoofd van AEG na zijn vaders overlijden in 1915. Hij wist de economie van Duitsland naar een oorlogsmodel om te vormen en stelde het land op die manier in staat om de oorlog gedurende vier jaren te blijven voeren, ondanks het acute gebrek aan werkkrachten en grondstoffen.
In 1921 werd Rathenau benoemd tot minister van Wederopbouw en op 1 februari 1922 werd hij minister van Buitenlandse Zaken. Zijn vastberadenheid om Duitsland de verplichtingen van het Verdrag van Versailles te doen nakomen, terwijl hij tegelijkertijd aan een herziening van de bepalingen werkte, zette kwaad bloed bij Duitse nationalisten. Hij joeg hen ook tegen zich in het harnas door de onderhandeling van het Verdrag van Rapallo met de jonge Sovjet-Unie, waardoor Duitsland als eerste deze nieuwe staat de jure erkende en Duitsland afstand deed van alle Duitse eigendom in de Sovjet-Unie (dat aan nationalisatie onderworpen werd). De leiders van de (dan nog obscure) nazipartij en andere rechtse elementen beweerden dat hij deel uitmaakte van een "joods-communistische samenzwering." (http://nl.wikipedia.org/wiki/Walther_Rathenau).

Uiteindelijk probeerde de nazi's in 1923 de Weimar-republiek om ver te werpen met de Bierhal Putsch (München Putsch). Deze slaagde niet, maar Hitler leerde hier wel lessen uit, die goed van pas kwamen toen hij in 1933 alsnog de macht greep/kreeg.


Voor de opkomende nationaalsocialisten vormde het Verdrag_van_Versailles_(1919) samen met de dolkstootlegende een uitstekende kans om nadien het Duitse ongenoegen te kanaliseren en aan te zetten tot verdere gezamenlijke acties.
De militaire beperkingen van het verdrag om zware tanks te bezitten, leidde in de Weimarrepubliek tot experimenten met lichte, snellere tanks. Zo groeide bij Erich von Manstein en Heinz Guderian de idee om onafhankelijk van elkaar Panzerdivisionen te vormen en daarmee de latere Blitzkrieg mogelijk te maken. Dit lag mee aan de basis van het verbluffende militaire succes van het Duitse leger tijdens de invasie Van België, Nederland en Frankrijk (http://nl.wikipedia.org/wiki/Verdrag_van_Versailles_(1919)).

Heinz Wilhelm Guderian (Culm (West-Pruisen), 17 juni 1888 – Schwangau, 14 mei 1954) was een Duitse tankgeneraal van de 2e Pantserdivisie uit de Tweede Wereldoorlog. Guderian werd geboren in Culm, West-Pruisen (het huidige Chelmno, Polen). Van 1901 tot 1907 maakte Guderian deel uit van verschillende militaire scholen. In 1907 ging hij als een vaandrig in het Hannoverse Jäger Bataillon nr. 10, op dat moment onder bevel van zijn vader, Friedrich Guderian. Na het volbrengen van de oorlogsacademie in Metz kreeg hij in 1908 de rang Leutnant (volledige luitenant). Op 1 oktober 1913 trouwde hij met Margarete Goerne, met wie hij twee zonen kreeg, Heinz Günter (2 augustus 1914-2004) en Kurt (17 september 1918-1984). Beide zonen werden hoog onderscheiden Wehrmacht-officieren tijdens de Tweede Wereldoorlog (http://nl.wikipedia.org/wiki/Heinz_Guderian).

Meer dan als tankgeneraal kan Guderian worden gezien als de 'vader van de Blitzkrieg'. Hij was in Duitsland een van de weinigen die de potentie van gemotoriseerde en gepantserde divisies al voor de Tweede Wereldoorlog onderkende. Hij zette zijn ideeën uiteen in zijn boek Achtung, Panzer! (1937). Hoewel dit boek evenmin als zijn andere geschriften van voor de oorlog een typische Blitzkrieg propageerde, was Guderian wel degene die de echte Blitzkrieg voor het eerst plande in zijn gesprekken met Erich von Manstein over de beste strategie voor Fall Gelb. Hij was ook degene die door eigenmachtig optreden deze veldtocht tot een echte Blitzkriegcampagne maakte, hoewel die door het opperbevel niet zo bedoeld was. In deze paste hij de zogenoemde Auftragstaktik toe.Na een conflict met Hitler over de situatie aan het oostfront werd hij in maart 1945 ontslagen. Op 10 mei 1945 werd hij door de Amerikanen gevangengenomen. In 1948 werd hij vrijgelaten en tot zijn dood in 1954 sleet hij zijn verdere leven als schrijver van een autobiografie[1] en adviseur bij het opzetten van een nieuw Duits leger de latere Bundeswehr.
Guderians zoon, Heinz Günther Guderian, stapte in zijn vaders sporen en werd in de naoorlogse Bundeswehr en de NAVO eveneens een belangrijke generaal (http://nl.wikipedia.org/wiki/Heinz_Guderian).

Erich von Manstein wordt door militaire experts gezien als een van de bekwaamste bevelhebbers van zijn tijd. Het strategische concept van de zogenaamde Blitzkrieg-aanval op Frankrijk (Fall Gelb) is goeddeels door hem uitgedacht. Na de door de Duitsers verloren Slag om Stalingrad stabiliseerde hij het oostfront. Met de strategische inzichten van Hitler kon Von Manstein zich vaak niet verenigen. Zo wilde Von Manstein  in de slag om Koersk, de grootste tanksslag ooit, meteen aanvallen, maar moest hij van Hitler wachten op versterkingen. Omdat onder zijn commando aan het oostfront diverse oorlogsmisdaden hadden plaatsgevonden (vooral in de zogenaamde partizanenbestrijding) werd hij eind 1949 veroordeeld tot 18, later 12 jaar gevangenisstraf. Hiertegen rees, ook van Britse zijde, veel protest. Winston Churchill pleitte voor hem omdat de Britten en de Amerikanen zijn competentie en expertise ter zake wel eens konden gebruiken indien het op een treffen met de Sovjets zou uitdraaien. Von Manstein kwam in mei 1953 vrij. Later verwierf hij een belangrijke adviesfunctie bij de West-Duitse regering voor de opbouw van een nieuw leger (de Bundeswehr) (http://nl.wikipedia.org/wiki/Erich_von_Manstein).

De Slag om Koersk (Russisch: Курская битва; Koerskaja bitva) of Operatie Citadel (Duits: Unternehmen Zitadelle) was de grootste tankslag in de geschiedenis en een beslissende slag aan het oostfront in de Tweede Wereldoorlog. Deze slag kende tevens de dag met de grootste verliezen in de geschiedenis van de luchtoorlog. De slag vond plaats in juli en augustus 1943 tussen Duitsland en de Sovjet-Unie bij de stad Koersk in Rusland. Bij de slag werden aan Duitse zijde 800.000 man infanterie, 2.700 tanks en 2.000 vliegtuigen ingezet en aan de Sovjetzijde 1.300.000 man infanterie, 3.600 tanks en 2.400 vliegtuigen (http://nl.wikipedia.org/wiki/Slag_om_Koersk).

Na de Slag om Stalingrad ontstond er door de grote verliezen een troepentekort aan het Zuidelijk front. Von Manstein liet zijn troepen daarom terugtrekken om de aanvoerlijnen van het Rode Leger te verlengen. De Russen waren ervan overtuigd, dat het Duitse leger al zo goed als verslagen was en dat de oorlog zijn einde naderde. De Duitsers waren echter nog steeds in staat aanvallen op de Russen uit te voeren. De Duitsers verzamelden de eigen troepen nabij de stad Krasnograd en startten op 18 februari 1943 een tegenoffensief in de richting van de stad Charkov op de rechtervleugel van de Russen waar generaal Nikolaj Vatoetin zich bevond. De Russische troepen werden snel teruggedreven (http://nl.wikipedia.org/wiki/Slag_om_Koersk).

De grootste tankslag uit de geschiedenis vond plaats op de velden rond Prochorovka. De Russen gingen op 12 juli massaal in de aanval met honderden tanks. Hoth zette als reactie ook zijn tanks in. Over deze tankslag is veel geschreven en pas recentelijk is aan het licht gekomen wat er werkelijk is gebeurd. Veel van de artikelen zijn doorspekt met onjuiste informatie gebaseerd op Russische propaganda. Volgens de laatste lezingen bezaten de Duitse aanvalsspitsen op dat moment 186 pantservoertuigen, waarvan 117 tanks. De Russische generaal Pavel Rotmistrov was onverwacht snel opgerukt vanuit het oosten met 800 T-34 tanks, waarvan hij er direct 400 tegen de uitgeputte Duitsers inzette. Hoewel onduidelijk is wat er precies gebeurd is, zou de voorhoede van de Russische tanks in een antitankgracht zijn gereden, waarna de bestuurders van de achteropkomende tanks in paniek probeerden te keren en daarbij een makkelijk doelwit voor de Duitsers waren en zelfs tegen elkaar opbotsten. De Russische verliezen zouden die dag 235 tanks bedragen tegen 3 voor de Duitsers. Hogere schattingen gaan zelfs uit van een verlies van 822 tanks aan Russische zijde. De Duitse Tiger tanks voerden een zwaarder kanon van 88 mm en hadden een dikker pantser van 100 mm. De T34 droeg een lichter kanon en maar 45 mm pantser, onder 60° schuin geplaatst, maar er waren er meer van. De Russische tanks reden in een zwerm op volle snelheid naar de Duitse tanks toe, om pas van dichtbij het vuur te openen. Russische infanterie mikte molotovcocktails naar de luchtroosters van de Duitse tanks (http://nl.wikipedia.org/wiki/Slag_om_Koersk).

Jozef Stalin was razend over dit enorme verlies, en eiste uitleg. Rotmistrov en zijn politiek commissaris Nikita Chroesjtsjov (die later Sovjet-leider zou worden als opvolger van Stalin, die op zijn beurt Molotov was opgevolgd. Molotov was medeverantwoordelijk voor de Holodomor (een hongersnood op het grondgebied van de Socialistische Sovjetrepubliek Oekraïne in de jaren 1932-1933. Het wordt er gezien als een genocide. De vierde zaterdag in november is de officiële herdenkingsdag voor de slachtoffers van de Holodomor in Oekraïne.) en de Grote Zuivering (waarbij in drie jaar twee miljoen mensen worden terechtgesteld of naar de Goelag gezonden op basis van de Kirovwet met betrekking tot het onderzoek en de behandeling van zaken rond terroristische organisaties en terroristische daden tegen de functionarissen [arbeiders] van de Sovjetmacht). Molotov werd in het bijzonder bekend door het Molotov-Ribbentroppact (het Niet-aanvalsverdrag tussen Duitsland en de USSR. gedateerd op 23 augustus 1939, maar eigenlijk ondertekend te Moskou in de vroege uren van 24 augustus, genoemd naar de ondertekenaars, de Duitse minister van Buitenlandse Zaken Joachim von Ribbentrop en zijn sovjetcollega Vjatsjeslav Molotov. De overeenkomst staat ook bekend als het Duits-Russisch pact, Hitler-Stalin pact, Monsterverbond of het Duivelspact. Zonder dit pact had Hitler zijn oorlog met Polen (en daarmee de Tweede Wereldoorlog) niet kunnen starten omdat hij dan een groot risico liep op twee fronten oorlog te moeten voeren, gezien de dreigementen van Engeland en Frankrijk in geval van een aanval op Polen en de voorheen zeer slechte verhouding met de bolsjewieken in de Sovjet-Unie. Een week na de ondertekening viel Duitsland Polen binnen en begon de Tweede Wereldoorlog. Op 17 september 1939 viel de Sovjet-Unie Polen uit het oosten binnen om zijn deel van de buit binnen te halen. De Russische legers ontmoetten de Duitse, en vierden hun samenwerking met een grote parade in Brest-Litovsk, dat nu opnieuw een Russische stad aan de Duitse grens was geworden.), dat Molotov in naam van Stalin sloot met nazi-Duitsland in 1939. De molotovcocktail is naar hem vernoemd (door Finnen tijdens de Winteroorlog tussen de Sovjet-Unie en Finland van 30 november 1939 tot 13 maart 1940. In de Vervolgoorlog van 25 juni 1941 tot 19 september 1944 vocht Finland aan de zijde van Duitsland tegen Rusland. Na september 1944 was er vrede tussen Finland en de Sovjet-Unie en ontstond de Laplandoorlog tegen Duitsland.). Molotov stierf in november 1986 op de leeftijd van 96 jaar in Moskou, slechts vijf jaar voor het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Toen hij stierf was hij de enige nog levende belangrijke deelnemer aan de gebeurtenissen van 1917.) zouden hierop besloten hebben hun carrière en wellicht hun leven te redden door de mythe van de 'heroïsche veldslag' de wereld in te helpen. Hoe het ook zij: de Russische verliezen overtroffen waarschijnlijk de Duitse veelvoudig. Von Manstein wilde het enigszins herwonnen initiatief na deze tankslag uitbuiten, maar na tussenkomst van Hitler werd Operatie Citadel afgeblazen, vanwege de Landing op Sicilië (http://nl.wikipedia.org/wiki/Slag_om_Koersk).

Maar goed, de tweede wereldoorlog is al weer 70 jaar voorbij en bier is er nog steeds. Ook in Weimar:


Das Rittergut ist seit 1836 im Besitz der Familie Heydenreich, es wurde damals durch Karl Heydenreich gekauft und wurde anfänglich als Vorwerk genutzt. Die Gründung der Brauerei 1840 auf dem alten Rittergut durch Rittergutsbesitzer Richard Heydenreich unter dem Namen "Rittergutsbrauerei". Am 1945 wird der Guts- und Brauereibetrieb unter sowjetische Militärverwaltung gestellt und schlussendlich 1947 im Zuge der Bodenreform enteignet. Am 30.4.1947 wurde die Brauerei an die Konsumgenossenschaft unter dem Namen "Konsumbrauerei Weimar-Ehringsdorf"übergeben. Am 1950 begann die systematische Erneuerung des Brauereibetriebes d.h. Nach dem Zusammenbruch der DDR wurde 1990 aus der Konsumbrauerei die Weimarer Brauerei. Von 1990 bis 1994 tauchten in Ehringsdorf einige Herren einer Brauerei aus Offenburg auf und lieferten ihre gebrauchte Abfüllanlage. In dieser Zeit kam auch ein gewisser Bankkaufmann Peter Werg aus Wuppertal und gründete die Weimarer Privatbrauerei. Seit 1995 gab es in Ehringsdorf keinen Brauereibetrieb mehr. 1998 taucht die Rosenbrauerei Pößneck als letzter Retter in der Not auf. Sie ersteigerte das Betriebsgelände, um dort wieder eine Braustätte aufzubauen. Am 2000 kommt es zur Zwangsversteigerung der Brauerei Weimar-Ehringsdorf (Wirtschaftsgebäude), den Zuschlag erhält der Meistbietende, die Rosenbrauerei Pößneck. Seitdem wurde das Weimarer Bier nach der Weimarer Originalrezeptur gebraut und in Pößneck abgefüllt, bis ein normaler Braubetrieb in Ehringsdorf wieder möglich war. Das Jahr 2003 war für die Wiederaufnahme des Braubetriebes realistisch. Seit dem 14. Mai 2003 wird wieder gebraut in Weimar! (www.ehringsdorfer.de/cms/index.php?id=unternehmen,
http://de.wikipedia.org/wiki/Brauerei_Weimar-Ehringsdorf)

Ehringsdorfer Colabier

Brauerei Weimar-Ehringsdorf GmbH,
Hainweg 13,
99425 Weimar-Ehringsdorf
(www.ehringsdorfer.de/cms/index.php?id=unternehmen)

Die Brauerei Weimar-Ehringsdorf GmbH ist eine mittelständische Bierbrauerei. Sie gehört zur Rosenbrauerei Pößneck. Der Unternehmenssitz ist seit 170 Jahren in Ehringsdorf, einem jetzigen Stadtteil von Weimar, in Thüringen (http://de.wikipedia.org/wiki/Brauerei_Weimar-Ehringsdorf).


schuifpuzzel van het logo van Felsenkeller

Aan de Humboldtstr. 37, 99425 te Weimar staat de Gasthausbrauerei Felsenkeller. Im Felsenkeller können Sie die traditionelle Thüringer Küche und dazu ein hausgebrautes Bier direkt neben den Braukesseln oder mit Blick über Weimar, bei schönem Wetter auch draußen im schattigen Biergarten genießen. Die erste Thüringer Gasthausbrauerei „Felsenkeller“ ist ein Haus mit langer Tradition. Seit 1792 existieren ihre Gewölbe. Am 22. August 1875 erwarb Ludwig Deinhardt die Weimarer Stadtbrauerei. Dazu gehörten auch die vor der Stadt liegenden Felsenkeller, in denen das Bier der Stadtbrauerei gelagert und in kleinem Umfang Bier gebraut wurde. Die Tradition des Brauens wird bis heute fortgesetzt. Das Gebäude entstand nach Entwürfen des Baumeisters Clemens Wenzelslaus Coudray. Nach Rekonstruktion und Umgestaltung zur ersten Gasthausbrauerei Thüringens konnte die Neueröffnung am 09. November 1990 erfolgen. Nun begrüßen Sie nach 1 ½ -jähriger Schließung und kurzer Umbauphase seit August 2005 die neuen Eigentümer, Familie Geiger (www.felsenkeller-weimar.de/).

Theaterplatz 1
99423 Weimar

Das Bauhaus kommt aus Weimar. Das provisorisch im ehemaligen Kulissenhaus untergebrachte Bauhaus-Museum Weimar vermittelt mit mehr als 300 Exponaten einen Einblick in die Entwicklung des Staatlichen Bauhauses an seinem Gründungsort Weimar. Das Bauhaus, im April 1919 in Weimar eröffnet, ab 1925 in Dessau ansässig, 1933 in Berlin von den Nationalsozialisten geschlossen, ist bis heute der wirkungs­vollste und erfolgreichste Exportartikel deutscher Kultur des 20. Jahrhunderts (www.weimar.de/tourismus/
sehenswuerdigkeiten/museen/bauhaus-museum/).


Wir begrüßen Sie in unserem familiengeführten Köstritzer Schwarzbierhaus (Scherfgasse 4, 99423 Weimar). Das schönste Fachwerkhaus Weimars, erbaut 1547. Inmitten des historischen Stadtkerns, erreichen Sie das Goethe- und Schillerhaus, das Deutsche Nationaltheather, die Anna-Amalia-Bibliothek und den Goethepark sowie weitere Sehenswürdigkeiten in wenigen Minuten zu Fuß. Wir haben für Sie täglich von 11.00 bis 01.00 Uhr geöffnet (www.koestritzer-schwarzbierhaus-weimar.de/KSH-Weimar.de/Willkommen.html). Wir verwöhnen unsere Gäste mit Original Thüringer Küche und saisonalen Spezialitäten (www.koestritzer-schwarzbierhaus-weimar.de/KSH-Weimar.de/restaurant.html). Ze brouwen niet, maar tappen wel. Ze hebben op hun drankenkaart o.a. een Köstrizer Schwarzbier, Köstritzer Edelpils, Radler / Diesel en een Cola /Bananen – Weizen


Zum Januar 2009 hat Cab mit Cab Banana & Beer ein neues Produkt auf den Markt gebracht. Cab bietet mit Cab Banana den beliebten und oft selbst gemischten Banane-Weizen-Mix nun als fertigen Biermix an. Cab Banana & Beer ist ein prickelnder Biermix aus 50 % Weizenbier und 50% Erfischungsgetränk mit Bananensaftkonzentrat - innovativ und einzigartig durch den Bananen-Weizen-Genuss direkt aus der Flasche. Ein Schuss Dragonfruit macht das neue Cab zu einem außergewöhnlichen Geschmackserlebnis. Durch den Anteil an Saftkonzentrat ist Cab Banana & Beer besonders vollmundig und fruchtig im Geschmack. Das neue Cab hat 2,5 Vol. Prozent Alkohol (www.os-community.de/Gruppe/320765/Cab_Banane_und_Weizen_-_einfach_geil).

Cola-Bananen-weizen?

Wie in einer Pressemitteilung der Werbeagentur BBDO verlautet, zeichnet diese verantwortlich für eine aktuelle Kampagne des Herstellers Cab Drinks aus Kreuztal. Cab steht für Cola & Beer und wirbt bei seinen allen Getränken mit dem Aroma der ominösen Drachenfrucht. Neben den weiteren Geschmacksrichtungen Lemon & Beer sowie Blood Orange & Beer steht jetzt ganz neu Banana & Beer auf der Produktpalette. BBDO hat dazu den Slogan “Weizenbier goes Bananas” zusammen mit einer lustig verbogenen Bierflasche kreiert, denn der Biermix besteht zu 50% aus einem Erfrischungsgetränk mit Bananensaftkonzentrat (www.weizenblog.de/2009/05/weizenbier-goes-banane/http://forums.finalgear.com/food/beer-2011/page-19/).


Beliebte Weißbiermischungen:
  • "Russ": Besonders beliebt ist der "Russ", teilweise auch "Russn-Maß", "Russe" oder "Zitronenweizen" genannt. Es handelt sich hierbei um eine Mischung aus Weißbier und weißer Limonade. Besonders im süddeutschen Raum ist dieses Biermischgetränk äußerst bekannt und beliebt. Warum dieses Getränk "Russ" genannt wird, ist nicht genau bekannt. Möglicherweise haben die russischen Arbeiter dem Biermischgetränk seinen Namen verliehen. Nach dem Ersten Weltkrieg wollten die Brauereien sparen und mischten daher das Bier mit Limonade, was den russischen Arbeitern wohl besonders gut schmeckte.
  • "Colaweizen": Ein weiteres Getränk aus der Kategorie Weißbiermischungen ist das "Colaweizen". Oft sieht man auch die Abkürzung "Cab" was für "Cola and beer" steht. Hier hat man auch schon den Inhalt dieses Weißbiermischgetränkes: Cola und Weißbier. Beides wird jeweils zur Hälfte miteinander gemischt Im nördlichen Teil Deutschlands ist eine Schaumkrone auf dem Bier nicht so erwünscht wie im Süden, deshalb wird hier zuerst Cola und dann das Weißbier eingeschenkt. In den Regionen, in denen eine Schaumkrone beliebt ist, schenkt man zuerst Weißbier und dann Cola ein und verwendet oftmals auch ein anderes Mischungsverhältnis. Oft wird nur ein Schuss Cola in das "Colaweizen" gegeben.
  • "Heller Moritz", "Bananenweizen", "Kirschweizen": Zu den Weißbiermischungen gehören auch Getränke mit den Namen "Heller Moritz" und das "Bananenweizen". Wer einen "Hellen Moritz" bestellt, der erhält eine Mischung aus Weißbier und Sekt sowie eine Zitronenscheibe gegen das Schäumen. Ein Bananenweizen erhält man, wenn man Weißbier und Bananensaft mischt. Statt Bananensaft können auch andere Fruchtsäfte mit dem Weißbier gemischt werden. Das Getränk heißt dann je nach Art des Saftes zum Beispiel "Pfirsichweizen" oder "Kirschweizen".(www.paradisi.de/Health_und_Ernaehrung/Getraenke/Biermischgetraenke/Artikel/18715.php)


Die Bierherstellung kann auf eine lange Tradition zurückblicken. So handelt es sich hierbei um ein Produkt, welches bereits seit Jahrhunderten ein integraler Bestandteil unserer Kultur ist. Doch wie sieht es in diesem Zusammenhang mit Biermischgetränken aus?
Mit Radler fing alles an. Als erstes Biermischgetränk kann das Radler bezeichnet werden, welches spätestens seit Mitte des 20. Jahrhunderts gesellschaftliche Akzeptanz genoss.
In der 2. Hälfte des 20. Jahrhunderts entstanden daraufhin zahlreiche Biermischgetränke, welche oftmals stark mit einem Kulturkreis bzw. regionalen Bräuchen verwurzelt waren. Eine noch stärkere Unterstützung erhielten Biermischgetränke im Jahre 1993. So wurde das Biersteuergesetz angepasst, sodass es Herstellern nun auch möglich war, Biermischgetränke als fertiges Produkt anzubieten. Zuvor mussten diese Getränke stets separat erworben und im privaten Bereich gemischt werden.
Einen letzten Schub erhielten Biermischgetränke nach dem Jahre 2004, als eine Alcopopsteuer eingeführt wurde. Diese verteuerte alkoholische Mischprodukte, in welchen Schnaps enthalten ist (www.paradisi.de/Health_und_Ernaehrung/Getraenke/Biermischgetraenke/Artikel/10750.php).


  • The Radler (translation: cyclist) is a mixture of Sprite (or any other lemon soda) and beer, particularly a Pilsner. They are available bottled, but often mixed 3:2 beer:sprite at bars, pubs, and beer gardens from a tap. This usually brings the alcohol percentage of the beer down to 2.5-3%.
  • Weinscholre (translation: wine spritzer) is typically a dry white wine mixed with mineral water. Some people even drink their Weinschorle süß (translation: sweet) with Sprite. 
  • Apfelschorle, a mixture of apple juice and mineral water, is maybe the most popular non-alcoholic beverage in Germany. Germans love apples, so why not mix it with their beloved soda water for a day at the park.
  • Spezi, a mixture of cola and orange soda. Pepsi markets it as Schwip Schwap while Coca-Cola markets it as Mezzo Mix. I market it as a don’t buy, but it sure is “spezi” to some people.
  • Cola-Weizen is another popular beer mixture, but a bit opposite the aforementioned Radler as it is a wheat beer mixed with cola. 
  • Bananen-Weizen, which is a wheat beer with you guessed it, banana juice. It’s the perfect breakfast beer, I must say. (www.speaking-denglish.com/2014/04/german-drink-mixtures/)
Je kan zelf ook een bananenweizen maken:



Bananenweizen (Banana Wheat Beer)
Ingredients:
1 liter wheat beer (Weissbier, preferably a German Brand, i.e. Weihenstephaner.)
0.1 liter juice (Banana)
1 pilsner beer (glass)
Uitvoering: weizenbier en bananensap naar smaak samenvoegen in een glas.


Viewing all articles
Browse latest Browse all 1692