Brouwerij Dilewyns is bekend van de Vicaris Tripel/Gueuze. Die dorstlesser heeft mij destijds behoorlijk verrastte en ik ben er sindsdien een fan van. Brouwerij Dilewyns werkt voor de gueuze-tripel samen met een gerenommeerd geuzesteker uit de Zennevalei. Ik weet niet wie, maar ik weet wel dat het idee is ontstaan na een bierfestival waar oprichter Vincent Dilewyns in gesprek raakte met hen. door het succes van dit bier deed de tandheelkundige besluiten om brouwer te worden. Hun bieren zijn allemaal in dezelfde stijl en daarmee is het een onderscheidend merk.
Vicaris Tripel/Gueuze... is door het complexe samenspel van Vicaris Tripel en gueuze een uniek type bier. De scherpe zurigheid van de spontaan vergiste lambiek wordt door de fruitige en zachte Vicaris Tripel in balans gebracht. Het eindresultaat is een rijk bier met een frisse lichtzurigheid en een zachte afdronk. Vicaris Tripel/Gueuze is enkel te verkrijgen van mei t.e.m. september (zolang de voorraad strekt). Alle Vicarisbieren zijn ongefilterd, niet gepasteuriseerd en hergist op fles en vat. (https://www.vicaris.be/nl/bier/vicaris-tripel-gueuze/)
Maar dit blogbericht gaat niet over dat toonaangevende signature-bier van Brouwerij Dilewyns, maar over een nieuwe loot aan de stam, met vlas.
Vlas is een gewas dat al eeuwen wordt geteeld in Europa. Het gewas wordt gebruikt voor het winnen van olie (olievlas) en voor de vezel (vezelvlas). Wiersum Plantbreeding kweekt alleen rassen voor de vezel. Vezelvlasrassen zijn langer dan olievlasrassen. De lengte is bovengronds ongeveer 1 meter (80 -120 cm). Vanaf eind maart tot half april wordt vlas gezaaid, meestal op een goede vochthoudende (klei)grond. Een vroege zaai geeft de beste vezellengte. Vlas is wel wat gevoelig voor nachtvorst. De zaaizaadhoeveelheid is ongeveer 120 kg per hectare. De bloeikleur van het vlas is overwegend blauw, maar er zijn witbloeiende rassen bekend. De bloeiperiode is enkele uren, de bloemblaadjes vallen daarna snel af. De bloeiperiode valt in juni. De oogst van het vlas is wanneer de zaadbollen (bruin)rijp zijn. De oogst valt ongeveer 100 dagen na het zaaien. Het grootste deel van Nederlandse areaal vlas wordt gebruikt voor de vermeerdering van zaaizaad, daarnaast wordt uiteraard de vezel afgeleverd. De meeste zaaizaden vinden uiteindelijk hun weg naar telers in België en vooral Frankrijk. De lange vezel wordt verwerkt tot linnen de korte vezel wordt verwerkt in diverse industrieën. (https://wiersum-plantbreeding.nl/vlas/)
Vlas (Linum usitatissimum) is een plant uit de vlasfamilie (Linaceae). Het is een gewas dat al lang verbouwd wordt. Er zijn blauwbloeiende en witbloeiende rassen. Daarnaast zijn er rassen met bruine zaden en rassen met gele zaden. De zaden van het vlas (lijnzaad) zijn ongeveer 5 mm lang. De rassen kunnen naar gebruik als volgt worden ingedeeld: Vezelvlas: voor linnen, al meer dan zesduizend jaar geteeld Olievlas: voor lijnzaadolie Planten van olievlas zijn korter en meer vertakt dan die van vezelvlas en worden verbouwd voor de zaden waar olie uit gewonnen wordt.... In Europa is de vezelvlasteelt voor linnen geconcentreerd in België en Noord-Frankrijk. In Normandië wordt Doudeville capitale du lin genoemd. In Nederland is Zeeuws-Vlaanderen, en was vroeger ook Noord-Groningen, een belangrijk teeltcentrum. De vlasteelt binnen deze drie productielanden is in het laatste kwart van de twintigste eeuw bijna verdriedubbeld en omvat ruim 100.000 hectare. Meer dan 70 % van het eindproduct linnen wordt tot kleding verwerkt. Het spinnen van linnen gebeurt in lagelonenlanden, in hoofdzaak in China. Vlasvezel uit West-Europa wordt gebruikt vanwege de hoge kwaliteit er van. De expansie van de productie van vezelvlas heeft bijna geheel op Franse bodem plaatsgevonden, van 25.000 naar 75.000 ha, mede door ontwikkeling van eigen Franse vlasrassen. De tijd dat Nederland toonaangevend was als exporteur van zaaizaad is voorbij. Dit is er mede de oorzaak van dat het vlasareaal daar niet explosief is gestegen.... Vezelvlas wordt geteeld om de vezel. De vezel bestaat uit een bundel van cellen, waarvan de celwanden verdikt zijn met cellulose. Om de vezelbundel zitten gelignificeerde cellen, de houtpijp.... De vlasplant wordt met wortel en al uit de grond getrokken om een zo lang mogelijke vezel te behouden. Vroeger gebeurde dit met de hand en werd het vlas in schoven gezet. Dit gaf het typische beeld van de "vlaskapelletjes": kleine bosjes drogend vlas. Tegenwoordig gebeurt het trekken meestal machinaal en wordt het vlas plat op de grond gelegd, een bewerking die in het vakjargon slijten wordt genoemd. Dat het vlas niet onmiddellijk van het veld wordt verwijderd heeft te maken met het roten. Door dit proces wordt de pectine die het lint bindt aan de vezel verwijderd. Dit heet dauwroten. Het vlas wordt dus terug plat op de akker gelegd en moet gekeerd worden, om een egale roting te verkrijgen. Ook hiervoor zijn er aparte machines ter beschikking. Tijdens het zogenaamde keren kan het vlas ook ontzaad worden. Dit is het keerrepelen, waarbij de zaadbollen enkele dagen later bij het keren verwijderd worden. Bij het trekrepelen wordt tegelijkertijd het stro van de zaadbollen ontdaan. Het trekken geeft het al of niet ongerepelde vlas. ... Tegenwoordig gebeurt het roten op het veld (dauwroten). Door het gerote vlas op machinale wijze te braken en te zwingelen (hout uit de vezel verwijderen) komt de zachte vezel vrij (lange vezel). Het overschot noemt men klodde. Deze worden dan voor verdere verwerking geperst in balen. De stukjes kern (houtpijp) worden scheven genoemd. Deze scheven worden (als toevoeging) gebruikt in meubelplaten, bouwplaten en isolatiemateriaal. Bij het zuiveren van de scheven komt nog wat vlasvezel vrij (korte vezel) dat samen met lompen wordt vermalen tot grondstof voor de papierfabricage. Hier wordt oud-Hollands papier, bankpapier of sigarettenpapier van gemaakt. Ook kan het verwerkt worden in isolatiemateriaal en producten voor vormdelen in auto's. Er komen steeds nieuwe toepassingen bij, zoals de hybride vlasvezel-carbonfiets of hechtdraad in de chirurgie. Het invoeren van geroot vlas in de zwingelmachine Na het zwingelen wordt gehekeld. Met de hekel worden de vezels ontdaan van verontreinigen en gekamd tot een lange gladde bundel. De lange vlasvezels worden gekaard en gekamd om ze geschikt te maken voor het spinnen van fijne garens. Het vlasgaren wordt geweven tot doek en na bleking geeft dit het gebleekte linnen. De hekelsnuit, de kamresten en de andere korte vezels worden gekaard waarbij alle vezels in dezelfde richting komen te liggen en gesponnen tot lokkengaren, grove draden (vlastouw, werk of etoupe). De korte vezels, hede genaamd, worden ook gebruikt voor de productie van touw dat door twijnen of slaan verkregen wordt. Op de vlasplant zitten evenveel korte als lange vezels, welke tegenwoordig ook droog gesponnen tot middelmatig fijne garens kunnen worden verwerkt of door middel van cotonisatie (verder ontbinden van de vezels door chemicaliën) of versnijden op katoenmachines goedkoop kunnen worden gesponnen. De fijnste lange vezels worden op natspinmachines (de lont loopt hier via warm water) tot uiterst fijne garens gesponnen die door het gebruikte water zoveel cohesie hebben gekregen, dat ze weinig uitstekende vezels hebben en meteen geschikt zijn om als ketting te worden gebruikt (zonder eerst gelijmd (gesterkt) te worden). Dit maakte het vlasgaren lang een ideaal kettinggaren tegenover katoen, dat in enkeldraads steeds gesterkt moet worden. Tot in de achttiende eeuw was de vlasvezel in Europa naast wol de belangrijkste grondstof voor textiel, maar in de negentiende eeuw is hij als zodanig verdrongen door katoen. De teelt kan zich nu alleen nog staande houden met behulp van subsidies. In de musea het Vlasschuurken (Koewacht, Nederland) en Texture (Kortrijk, Belgie) kan men verwerking van vlas van nabij volgen. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Vlas_(gewas))
Vlas kweken in een hobbytuin kan heel goed. Het is een makkelijke plant die weinig eisen stelt aan de grond. Het bloeit rijk en met hele mooie bloemen. Lees hieronder hoe je zelf vlas in de tuin kan zaaien. Dit artikel gaat alleen maar over het eenjarige vlas Linum usitatissimum.In Nederland werd vlas in de landbouw veel geteeld om linnen van te maken en om olie uit de zaden te persen. Tegenwoordig zie je het niet meer zoveel. Toch wordt het nog wel gekweekt, vooral om de historie levend te houden en voor bijen en andere insecten. Bijen komen massaal af op een weide vol bloeiend vlas. Erg mooi om te zien. De vlasplant wordt niet zo hoog, ze krijgt een hoogte van 30 tot 70 cm, meestal ongeveer 50 cm. (https://www.tuinplantenzaden.nl/vlas-kweken/)
Vlasbier is een Belgisch bier. Het wordt gebrouwen door Brouwerij Van Eecke te Watou, een deelgemeente van de Poperinge.... Het bier wordt vooral verkocht in de Leiestreek. Dit is een regio waar traditioneel vlas werd geteeld. De naam van het bier verwijst naar deze traditie en niet naar de samenstelling van het bier. Op het etiket staat het schilderij de vlasoogst van Emile Claus. Op de etiketten staat correct aangegeven dat het bier wordt gebrouwen bij Van Eecke en niet bij Brouwerij Het Sas, zoals de website van Het Sas aangeeft (beide brouwerijen horen wel samen en zijn eigenlijk 2 vestigingsplaatsen van één bedrijf). Vlasbier is erkend als streekproduct van de Westhoek.[1]..... Vlasbier is een blond bier van hoge gisting met nagisting in de fles. Het heeft een alcoholpercentage van 6,5% en een densiteit van 14° Plato.[2] (https://nl.wikipedia.org/wiki/Vlasbier)
Van Eecke Vlasbier 6.3 / 10 Dit bier wordt vooral verkocht in de Leiestreek. De regio waar traditioneel veel vlas wordt geteeld. Er zit gelukkig geen vlas in dit bier. Je proeft de honing in het bier in de aroma's en niet in de smaak. Daardoor krijg je de indruk dat het bier zoet is en kruidig. Zoet is het niet echt, maar kruidig is het wel. (https://www.misterhop.com/products/van-eecke-vlasbier)
Na het grote succes van het Lustrumbier naar aanleiding van het vijftienjarig bestaan van Vicaris en het tienjarig bestaan van brouwerij Dilewyns was dit de logische stap. Het nieuwe vlasbier krijgt een vaste plaats in de reeks van topbieren en is LINO gedoopt. De Vicaris Lino is een blond bier met een aangename hoppigheid en een zachte afdronk. Lino is Italiaans voor vlas, wat meteen ook het unieke ingrediënt is in dit bier en het is het eerste bier ter wereld gebrouwen met vlas. Het resultaat is een evenwichtig en vlot doordrinkbaar bier met een stevige schuimkraag. Het rijke aroma bevat naast toetsen van vlas ook citrushoppen die zorgen voor een frisse en zachte bitterheid. 6,5 Vol.% Alc. Vlasvezels worden voornamelijk gebruikt voor linnen. Maar intussen zorgt deze edele grondstof voor heel wat innovatieve toepassingen zoals tennisraketten, surfplanken, fietsen,… Andere hoogtechnologische toepassingen kan je terugvinden in de automotive- en bouwsector. Verder is vlas een bron voor bio-energie en wordt de olie uit het lijnzaad gebruikt voor verf, cosmetica, etc en sinds kort heeft dit duurzaam product zijn weg gevonden naar de ambacht van het brouwen. Het friszoete aroma, de vanilletoesten en de stroblonde kleur zijn de meest uitgesproken kenmerken van dit authentieke product. Laat het smaken! (https://vlaamsebrouwers.be/nieuwe-telg-bij-vicaris-lino/)
Brouwerij Dilewyns brengt eeuwenoude vlasambacht weer tot leven om er feestbier voor Ros Beiaard mee te brouwen Een bier brouwen met... vlas. Dat gebeurt op dit ogenblik voor de eerste keer ooit in Dendermonde. Brouwerij Dilewyns, hoofdsponsor van de Ros Beiaardommegang in 2020, komt met dit ‘specialleke’ op de proppen voor het Ros Beiaard. Na anderhalf jaar experimenteren, is het gestart met brouwen van het Ros Beiaard Feestbier. Tegen november kan het gedronken worden. En tegen de ommegang volgend jaar met liters tegelijk geserveerd. Nele Dooms 22-08-19, 12:29 Laatste update: 22-08-19, 13:44 0 REACTIES Claire Dileywns en papa Vincent van de gelijknamige brouwerij aan de Vlassenhout op industrieterrein Dendermonde, gekend van onder andere het Vicarisbier, hadden Kloddezakken uit Zele laten afzakken naar het bedrijf om er ter plekke vlas te draaien om het brouwproces van het nieuwe bier te starten. Het zorgde voor een gezellige bedrijvigheid en een oude ambacht kwam er weer mee tot leven. “Het is die folklore die we nu koppelen aan de folklore van het Ros Beiaard”, zegt Claire. “Een uniek huwelijk voor wat een uniek product moet opleveren.”... Want inderdaad, met vlas is nog nooit eerder bier gebrouwen. Dilewyns had er ruim anderhalf jaar tijd van experimenteren voor nodig. “Voor het Ros Beiaard feestbier wilden we natuurlijk iets heel speciaals”, legt Claire uit. “Met kruiden hebben allerlei brouwerijen al zoveel gedaan, dus we wilden iets anders. In onze zoektocht naar een uniek ingrediënt, brainstormden we ook over gewassen die vroeger zo belangrijk waren voor de streek. Dan kan je niet om vlas heen. Daarmee gingen we aan de slag. Het was een hele zoektocht om te ontdekken welk deel van het vlas best bruikbaar was, welke hoeveelheid meest geschikt was voor de juiste smaak,... Verschillende proefbrouwsels werden gemaakt en getest. Nu staat alles op punt, zodat het brouwproces in onze grote ketels nu kan starten.”... Burgemeester Piet Buyse (CD&V) was aanwezig voor het startschot en is enthousiast. “Fantastisch hoe ze hier een uitgestorven ambacht weer tot leven brengen. Vlas was indertijd zeer belangrijk voor onze streek. Het belang daarvan is op de achtergrond geraakt en stilaan vergeten. Maar nu kunnen we de mensen daar eens aan herinneren. Dankzij de inventiviteit van Dilewyns komt het nu opnieuw in de belangstelling. En dat dit dan nog een bier oplevert voor ons Ros Beiaard is helemaal geweldig. Belangrijk detail overigens: voor dit bier wordt gelukkig geen Aalsterse hop gebruikt”, knipoogt hij. Twee brouwsels van elk 7.500 liter zullen van het feestbier gemaakt worden. Dilewyns plantte hiervoor zelf haar eigen vlas op haar bedrijfsterrein aan de Vlassenhout. De vezels ervan worden gebruikt. Met 6,5 graden wordt het bier een mooie doordrinker. Midden oktober zal de botteling plaatsvinden in magnumflessen en flessen van 75 centiliter. “Het design, met gebruik van het huidige campagnelogo van het Ros Beiaard, daarvoor is momenteel volop in ontwerp”, zegt Claire. “Tegen november zal het bier te drinken zijn. Wie proeft, mag zich aan een lichte grasachtige toets verwachten en citrus. We gaan ze tegen de Ros Beiaardommegang ook verdelen op vaten, zodat de cafés bij deze hoogdag liters van dit bier naar hartenlust kunnen tappen voor de Dendermondse feestvierders.” (https://www.hln.be/dendermonde/brouwerij-dilewyns-brengt-eeuwenoude-vlasambacht-weer-tot-leven-om-er-feestbier-voor-ros-beiaard-mee-te-brouwen~a5012561e/?referrer=https%3A%2F%2Fduckduckgo.com%2F)
Vicaris Lino is een blond bier met een aangename hoppigheid en een zachte afdronk. Lino is Italiaans voor vlas, wat meteen ook het unieke ingrediënt is in dit bier. Dit is namelijk het eerste bier ter wereld gebrouwen met vlas. Het resultaat is een evenwichtig en vlot doordrinkbaar bier met een stevige schuimkraag. Het rijke aroma bevat naast toetsen van vlas ook citrushoppen die zorgen voor een frisse en zachte bitterheid. 6,5 Vol.% Alc. (https://www.vicaris.be/nl/bier/vicaris-lino/)
Herontdekking van het vlas Vlasvezels worden voornamelijk gebruikt voor linnen. Maar intussen zorgt deze edele grondstof voor heel wat innovatieve toepassingen zoals tennisraketten, surfplanken, fietsen,… Andere hoogtechnologische toepassingen kan je terugvinden in de automotive- en bouwsector. Verder is vlas een bron voor bio-energie en wordt de olie uit het lijnzaad gebruikt voor verf, cosmetica, etc. Sinds kort heeft dit duurzaam product zijn weg gevonden naar de ambacht van het brouwen. Vicaris Lino is een blond bier van hoge gisting, waar de natuurlijke klasse en veelzijdigheid van het vlas volledig tot zijn recht komt. Het friszoete aroma, de vanilletoesten en de stroblonde kleur zijn de meest uitgesproken kenmerken van dit authentieke product. (https://www.vicaris.be/nl/bier/vicaris-lino/)
Het bier ruikt en smaakt net zoals gewone pils? Het heeft een prettige bittere afdronk. Vlas of vanille herkende ik er niet in.
Het mooie vind ik wel dat ook hier het bier mooi past bij de andere bieren, zoals de Vicaris Quinto is de minder zware variant van de Vicaris Tripel. Gebrouwen met dezelfde ingrediënten als de Vicaris Tripel. Quinto of “vijfde” in het Italiaans verwijst naar het vijfde Vicarisbier, het alcoholpercentage en de Italiaanse brouwinstallatie. Blijkbaar is Italiaans een van de inspiratiebronnen van de brouwerij. Ook blijkt uit de foto's van de artikelen over het bier dat ze respect hebben voor het oude ambacht. Ook de Ros Beiaardommegang is een belangrijk iets voor de brouwerij. Het logo is erop geïnspireerd en ooit had brouwer Dilewyns verzocht dat zin dochters zouden deelnemen als berijders van het ros (heemskinderen).
De Ros Beiaardommegang vindt zijn oorsprong in de religieuze processies die in de Middeleeuwen door de straten van Dendermonde trokken. Sinds de 15e eeuw werden aan deze processies steeds meer wereldse elementen toegevoegd, waaronder reuzenfiguren. Dankzij de verspreiding van een populaire sage, vonden ook het Ros Beiaard en de Vier Heemskinderen hun weg naar Dendermonde. Het heldhaftige Ros groeide sindsdien uit tot de hoofdrolspeler van zijn eigen ommegang. Deze is sinds 2005 door Unesco erkend als Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid. (https://www.rosbeiaard.be/Historiek)
Het Ros Beiaard van Dendermonde is een folkloristisch paard, dat zijn oorsprong vindt in de sage van de Vier Heemskinderen. Het is de hoofdfiguur in een tienjaarlijkse, middeleeuwse ommegang. Het Ros Beiaard van Dendermonde staat sinds 2005 op de Lijst van Meesterwerken van het Orale en Immateriële Erfgoed van de Mensheid van de Unesco. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Ros_Beiaard_(Dendermonde))
Dit is de sage zoals ze in de Dendermondse overlevering bestaat. Ze is voor een groot deel vorm gegeven door Prudens Van Duyse. Voor een meer algemene beschouwing van dit onderwerp in de literatuur, zie Vier Heemskinderen. Aymon, heer van Dendermonde, leefde jarenlang in ruzie met Karel de Grote. Er kwam pas verzoening toen heer Aymon huwde met Adelheid, een zus van Karel De Grote. Het echtpaar zette vier kloeke zonen op de wereld: Ritsaert, Writsaert, Adelaert en Reinout. Hun vader sloeg hen tot ridder en gaf ze elk een paard. Reinout was evenwel zo sterk dat hij zijn rijdier met één vuistslag velde. Een tweede paard werd hem aangeboden, maar reeds bij de eerste rit brak hij het de lenden. Omdat een ridder toch een paard moest hebben, bracht heer Aymon zijn zoon naar een burcht waarin het door iedereen gevreesde Ros Beiaard zat opgesloten. Na een heroïsch gevecht wist Reinout het paard te temmen. Tijdens een hoog oplopende discussie aan het hof van Karel de Grote onthoofdde Reinout met één slag van zijn zwaard Karels zoon Lodewijk. De Vier Heemskinderen (verbastering van Aymonskinderen), gezeten op Beiaard, sloegen op de vlucht. Vanuit hun sterke burcht verdedigden de vier ridders zich tegen de steeds aanvallende legerbenden van Karel de Grote. De vier broers zagen echter de ongelijke strijd in en Beiaard bracht hen terug naar het ouderlijk verblijf in Dendermonde. Ze troffen er hun rouwende moeder aan. Heer Aymon was namelijk in de handen van Karel de Grote gevallen. Karel wilde enkel vrede sluiten als het Ros Beiaard aan hem werd uitgeleverd. Reinout weigerde op dit voorstel in te gaan. Uiteindelijk zwichtte hij onder de smeekbede van zijn moeder. Het Ros werd naar de Dendermonding (Schelde) gebracht, kreeg een aantal zware molenstenen rond de nek en werd in het water gestort. Het Ros verbrijzelde tot tweemaal toe de stenen en zwom hinnikend naar de oever waar Reinout stond. Het tragische schouwspel werd hem te machtig en hij wendde het hoofd af. Het Ros Beiaard dat voor een derde keer boven water kwam, dacht dat zijn meester hem verloochende en verdronk. 't Peird van Dendermonde Het Ros Beiaard, de drie gildereuzen en het folkloristisch patrimonium vinden hun oorsprong in de religieuze processies die in de Middeleeuwen door de straten van Dendermonde trokken. Sinds de 15e eeuw werden aan deze processies steeds meer wereldse elementen toegevoegd, waaronder reuzenfiguren. Doorheen de tijd groeide het Ros Beiaard uit tot de hoofdrolspeler van zijn eigen ommegang. Elke 10 jaar wordt het Ros Beiaard uit Dendermonde onder massale belangstelling door de stad gedragen. Het Ros Beiaard wordt voorafgegaan door een middeleeuwse ommegang met honderden figuranten, acrobaten en praalwagens die ook de sage van Ros Beiaard vertelt. Het Ros Beiaard is het onovertroffen symbool van Dendermonde en de trots van de Dendermondenaren. Wanneer er zich een ommegang aankondigt stijgt de spanning en nervositeit in de stad en leeft elke inwoner in extase naar de ommegang van het Ros Beiaard toe. Met vele nevenactiviteiten wordt er dan ook maandenlang uitgekeken naar de dag van de ommegang. Het zien voorbijkomen van het Ros Beiaard doet veel Dendermondenaars een traantje wegpinken, wat door buitenstaanders vaak op hoongelach onthaal wordt. Doch wordt het opzwepende, bijna bovenzinnelijke effect van die passage van het Paard vaak onderschat. Daarnaast speelt de duurtijd van 10 jaar tussen twee ommegangen ook op de emotionele snaar van de inwoners, op 10 jaar verandert er immers heel wat in een mensenleven. Vooral op latere leeftijd komt het besef dat het misschien de laatste keer is dat er samen met de ouders naar de ommegang gekeken wordt, dat mensen er zelf voor de de eerste keer met eigen kinderen naar kijken of beseffen oudere mensen dat het misschien de laatste keer is dat ze hun Paard hebben kunnen aanschouwen. Zo vormt het Ros Beiaard ook een emotioneel geladen baken in de tijd. (https://nl.wikipedia.org/wiki/Ros_Beiaard_(Dendermonde))
De Ros Beiaardommegang heeft in feite zijn ontstaan te danken aan kerkelijke plechtigheden en godsdienstige processies. De eerste Ommegang was in 1393. Aanvankelijk bestond de stoet uit godsdienstige groepen, later stapten de gilden en ambachten mee op. In het midden van de 16de eeuw kwam er een scheiding tussen het religieuze en het profane. De Ros-Beiaardommegang vindt om de tien jaar plaats. De Ommegang werd hoe langer hoe meer een kleurrijke stoet met knaptanden, huppelpaarden, Hottentotten, reuzen, een klein peerd en nog zoveel meer. Enkele populaire figuren zijn (of waren): Kalleke Step Wie Dendermondenaar is met hart en ziel kent de naam Kalleke Step. In de Ommegang bewondert groot en klein de Vier Heemskinderen op het Ros Beiaard en de nar die het Ros Beiaard leidt. Iedereen kijkt vol bewondering naar de pijnders die langs het Peird meelopen en denkt even aan de pijnders onder het Peird. De dragers van de "zuip" en de ladders krijgen even aandacht. De vedelaar of menestreel is een artiest. Maar...de man die het meest opvalt is Kalleke Step, de man in het leuke narrenpak, de acrobatische tuimelaar. Hij geeft ergens de indruk het Ros te leiden en te begeleiden door middel van twee touwen die verbonden zijn met het bit van het Ros. De linten zijn in de kleuren van Dendermonde, rood en wit. Kalleke Step lijkt er aan vastgesnoerd van kop tot teen, van bij het vertrekpunt tot aan de aankomst, de grandioze apotheose op de Markt. Kalleke Step is een lenig, energiek persoon die zonder ophouden de hele Ommegang door blijft dansen, springen en plezier maken. De naam Kalleke Step dateert uit het begin van onze eeuw. In Ommegang 1914 was Kalleke Step de bijnaam van deze nar. Sindsdien spreekt niemand nog van 'nar', wel van Kalleke Step! De Draak Behalve het Ros Beiaard werden in de Ommegang ook een aantal andere reuzendieren gedragen, "kermisbeesten" genoemd. Zo was de draak zeer populair. Hij werd meestal bekampt door Sint-Joris. Tot in 1602-1603 vond men in de archieven rekeningen over de draak die gestoffeerd of hersteld moest worden. Men vond ook een rekening over "poeder". Dat kan er op wijzen dat hij eventueel "vuur" spuwde of zelf onder vuur genomen werd. Later werd er niets meer over geschreven. De Eenhoorn Ook de eenhoorn wordt een paar maal vermeld. Hij stamt als dier uit de fabelwereld en wordt voorgesteld als een paard met een lange rechte hoorn in het midden van het voorhoofd. De eenhoorn beschikt, volgens het volksgeloof, over de macht om vergiftigde bronnen te zuiveren, door zijn hoorn in het water te steken, of door er met zijn hoorn het kruisteken over te maken. Zijn beeld komt voor als uithangteken van apothekers en drogisten omwille van de hoorn van de unicornus die als een universeel geneesmiddel gold. De eenhoorn treedt slechts éénmaal op in de stad. Rupelmonde en Dendermonde werkten toen namelijk samen en Dendermonde mocht twee kemels en één eenhoorn gebruiken voor zijn Ommegang in 1540. Die werden geladen en gelost door arbeiders en pijnders. De Kemels Nadat Dendermonde in 1540 twee kemels geleend had van Rupelmonde besloot men nog hetzelfde jaar ook een aantal kemels te maken. In 1540 werd de schijnwerker Albrecht van Gheemeencht betaald voor het maken van drie kemels. Wat moeten we ons voorstellen bij een "kemel"? Het is een kameel, een dier dat met zijn lange schapenkop en hoge poten steeds een exotische attractie geweest is in de Ommegang. Men maakt deze kameel na: een houten romp, bedekt met lijkwaad, geverfd en gepolijst. De kemel werd voorzien van twaalf kleine en zes grote bellen. De kemels werden gedragen door "dragers". Niemand weet of die dragers tot een bepaalde gilde of ambacht behoorden. Een kemel liep niet in zijn eentje rond. Er hoorde steeds een begeleider en een muzikant bij. De Knaptanden Bij onze Ommegang horen zeker de knaptanden. Het waren typische dieren in de 17de eeuwse Dendermondse Ommegangen. Er bestaan verschillende rekeningen in verband met de knaptanden want ze moesten regelmatig hersteld worden. Een knaptand bestond - en bestaat nog - uit een soort wolfskop op een stok waarvan de beweeglijke kaaksbeenderen van vreselijke tanden voorzien zijn. De stok werd gedragen door een man die schuilging onder het kleed dat aan de stok bevestigd was. Met behulp van een koord kon hij de kaken laten open- en dichtklappen. De knaptanden treden vooral op om te plagen en te spotten, om aan kleren te trekken, om hoeden en mutsen af te rukken. Geen wonder dat ik er als kind zo'n schrik van had. Van 1754 tot 1914 waren ze plots verdwenen uit de Ommegang. Maar in 1914 werd de traditie in ere hersteld en sindsdien komen ze met veel succes in elke Ommegang voor. De Olifant Van de olifant vond men slechts één rekening terug. Nochtans kwamen deze dieren in andere steden wel voor. In 1490 was er in de Ommegang te Leuven zelfs een olifant te zien waarop vier vrouwen zaten, die de werelddelen voorstelden. In Antwerpen en Brussel moet er ook een olifant geweest zijn. De olifant treedt op als symbool van zachtmoedigheid. Bevindt hij zich in het midden van een kudde vee, dan gedraagt hij zich uiterst voorzichtig om de zwakke en tere dieren niet te raken en zeker niet te kwetsen. Heeft een reiziger de rechte weg verloren, en hij ontmoet in de woestijn een olifant, dan is hij gered en hoeft hij niets meer te vrezen. De olifant brengt hem weer in de juiste richting en op de goede weg. Het Rad van Avontuur of van Fortuin Ook het Rad van Avontuur of van Fortuin vormt een belangrijk onderdeel van het oorspronkelijk ommegangpatrimonium. Het is het symbool van de wisselvalligheden in het menselijk bestaan. Hoe het er precies uitzag kon men moeilijk achterhalen. De oorspronkelijke benaming "radt van fortune" kan er op wijzen dat het beeld van Fortuna op een centrale spil stond. Op de rand van een schuin geplaatst wiel, dat voortgetrokken werd door een paard, stonden acht poppen die door hun kleding een bepaalde stand van de maatschappij voorstelden. Het wiel draaide voortdurend rond door aanraking met de grond en elke stand van de maatschappij kwam nu eens boven en dan weer beneden te staan en illustreerde zo de wisselvalligheden van het leven. Het Schip Een schip tref je normaal aan op het water maar sinds vele eeuwen maakt het ook deel uit van de Dendermondse Ommegang. In het begin beeldde het schip de legende van Sint-Ursula en haar duizend maagden uit. Het ging hier dus om een uitgesproken religieus tafereel. Pas in 1651-1652 spreekt men van een Oorlogsschip. In 1754 mocht het schip zelfs de Ommegang openen. Het was vergezeld van plaatselijke schippers. Aan boord zaten drie personen die af en toe met een klein kanon een schot losten. De Walvis Ook de walvissen behoren tot de normale attributen van onze zeventiende-en achttiende-eeuwse Ommegangen. De Dendermondse walvis dateert pas uit 1711 en kwam op een speciale manier in de Ommegang terecht. Het verhaal gaat als volgt: een witte dolfijn werd op 7 juli 1711 in de omgeving van het Schoor van Grembergen gevangen door vissers van de heer van Grembergen en vissers van Baasrode. De vissers stelden hem voor een kleine toegangsprijs tentoon te Dendermonde, en toonden hem later in Gent, Brussel en andere steden. De magistraat van Dendermonde liet hem opzetten en...hij mocht mee in de Ommegang van augustus 1711. Een nimf met pijl en boog zat op de vis die water spuwde alsof hij in volle zee was! Sedert 1850 figureerde hij in elke Ommegang in het gezelschap van Neptunus. Hij is voorzien van een groot waterreservoir en Neptunus, de ongevaarlijke watergod, zoekt spottend zijn slachtoffers om ze naar hartelust nat te spuiten. De Zeewagen Een zeewagen klinkt een beetje ongewoon in een Ommegang. Zee en wagen horen feitelijk niet samen maar in het verleden was dat anders. De zeewagen stond in dienst van Neptunus. De wagen had de vorm van een schelp. Veel is er niet over bekend, alleen was er sprake van de zeewagen in 1651-1652. De Zwaan En ten slotte is er de zwaan. Van dit dier weet men enkel dat het in 1754 meeging in de Ommegang. Na 1807 verdween de zwaan als afzonderlijk element uit de Ommegang. Vele auteurs bestempelen de zwaan als het dier van de minne, dat Venus en Aimor begeleidt. Bron: www.stedeninfo.be (https://volksverhalen.be/Dendermonde_RosBeiaardommegang)
De Ros Beiaardommegang werd tweemaal uitgesteld. Een noodzakelijke beslissing voor de gezondheid van de bevolking, met praktische gevolgen voor o.a. tickethouders: Gekochte tickets voor zaterdag 23 mei 2020 en zondag 24 mei 2020, blijven geldig voor de nieuwe data: zaterdag 28 mei 2022 en zondag 29 mei 2022. (https://www.rosbeiaard.be/kaartenverkoop)